Les Dak en thuislozen

Doelgroepen


Dak- en thuislozen


Groep TBLMMZ2320A
Marianne Purchase

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
DoelgroepenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Doelgroepen


Dak- en thuislozen


Groep TBLMMZ2320A
Marianne Purchase

Slide 1 - Tekstslide

Woekerwinsten, meer miljonairs, maar meer dak- en thuislozen

Slide 2 - Tekstslide

Dak- en Thuislozen
Leerdoelen:
- Je kan de begrippen dakloos en thuisloos uitleggen.
- Je kan vertellen wat het verschil is tussen dakloos en thuisloos.
- Je herkent de achterliggende problematiek van dak- en thuislozen.

Slide 3 - Tekstslide

Dak- of thuislozen
Definitie: mensen zonder eigen woongelegenheid en gebruik maken van maatschappelijk dag- en nachtopvang

Daklozen: Een dakloze heeft geen vaste woon- of verblijfplaats, en staat dan ook niet in het bevolkingsregister ingeschreven. 

Thuislozen: Een thuisloze heeft vaak wel een (wisselend) adres waar wordt overnacht, en staat via dat adres dan ook bij het bevolkingsregister ingeschreven.


Slide 4 - Tekstslide

Cijfers dak- en thuislozen
  • 26,6 duizend dakloze mensen begin 2022
  • Vooral  mannen
  •  De vier grootste gemeenten (Rotterdam, Den Haag, Utrecht of Amsterdam):
  • Iedereen kan dakloos worden!
  • 1 op de 10 Nederlanders  loopt de kans om dakloos te worden. 
  • Dat kan allerlei oorzaken hebben. 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Geef jij geld aan bedelaars?
JA
Nee

Slide 8 - Poll

Slide 9 - Video

Dakloos en bijstand
Ben je dakloos en wil je een  bijstand uitkering aanvragen? 
Dan moet je ingeschreven staan in het Basisregistratie Personen (BRP) en heb je een briefadres nodig.

Je bent dakloos als:
je geen adres hebt en je geen postadres (briefadres) hebt, en
tijdelijke (maatschappelijke) opvang niet mogelijk is.
Ook als je in verschillende gemeenten verblijft, wordt je als dakloos gezien.   

Slide 10 - Tekstslide

Oorzaken

3 belangrijke begrippen rondom deze doelgroep.

Sociaal netwerk - Financiën - Psychiatrie

Bedenk en benoem wat de link is tussen 
deze begrippen en de doelgroep.


Slide 11 - Tekstslide

Problemen
Dakloze mensen hebben vaak te kampen met meerdere problemen (psychische problemen, verslaving, seksueel misbruik, mishandeling, schulden). De maatschappelijke opvang is veel meer dan het verstrekken van bed, bad en brood.
Het leven op straat is meestal hard en gevaarlijk. Daklozen hebben geen toegang tot onderwijs of medische voorzieningen. Daarbij zijn ze vatbaarder voor misdrijven (vaak door andere daklozen).

Slide 12 - Tekstslide

Lichamelijke gezondheid
  • Voor jezelf zorgen gaat lastig, dus vaak slecht gebit en pijnlijke spieren en gewrichten. 
  • Weinig rust en comfort: klachten ontstaan of verergeren.
  • Geen geld voor hulpmiddelen (bril, gehoorapparaat, etc.). 
  • Drank en drugs creëeren alleen maar meer problemen.

Slide 13 - Tekstslide

Begeleiding
Hoe kun je als beroepskracht MZ het zelfvertrouwen van een cliënt vergroten?

- Benader cliënt positief, complimenten
- Communiceer open, duidelijk en realistisch
- Stimuleer een cliënt in het maken van kleine stapjes
- Stimuleer innerlijke interesse, is er een bepaalde droom?

Slide 14 - Tekstslide

Samenwerken met andere instanties
Als begeleider bij dak- en thuislozen heb je verschillende coördinerende taken. Het gaat hierbij vooral om het coördineren van de samenwerking met andere instanties. Instanties waar je mee te maken hebt zijn:
GGZ
Politie
HA
Wooncorporaties
Gemeente

Slide 15 - Tekstslide

Politie
  • De meeste dak- en thuislozen komen wel eens in aanraking met de politie. Dit kan zijn     vanwege diefstal, reizen zonder geldig vervoersbewijs of bijvoorbeeld omdat ze ergens  ‘rondhangen’ waar dat niet mag. 
  • Als begeleider van dak- en thuislozen kom je hierdoor ook regelmatig in contact met de         politie. Bijv. de wijkagent
  • Het kan ook voorkomen dat je zelf de hulp van de politie moet inschakelen.  Bijvoorbeeld als een cliënt binnen de instelling voor problemen zorgt en agressief is. Het kan dan nodig zijn om de politie te vragen om in te grijpen.

Slide 16 - Tekstslide

Geestelijke gezondheidszorg
  • Dak- en thuislozen met psychische en/of psychiatrische problemen moeten hiervoor     behandeld worden. 
  • Deze zorg wordt geboden door een instelling in de geestelijke gezondheidszorg (ggz).  
  • Hier onderzoeken zij de psychische klachten van de cliënt en kunnen eventueel een diagnose stellen. 
  • Vervolgens zullen ze een behandelplan opstellen. De behandeling kan bestaan uit het voorschrijven van een zinvolle dagbesteding, therapie en    medicatie.

Slide 17 - Tekstslide

Uitstroomfase
Ideale uitstroomfase = succesvol uitstromen
 
Bijv. zelfstandig wonen (ambulante begeleiding)
Realiteit is anders. Veel terugval in oude patronen.

Einddoel “zelfstandig eigen woonruimte” niet voor iedereen haalbaar.
Zelfstandig een rol vervullen in de maatschappij, wonen, werken, leven.
Van crisisopvang naar begeleid wonen = ook een volgende stap




Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Welke soorten
verslaving ken je?

Slide 20 - Woordweb

Verslaving


Roken
Softdrugs
Drank
Gamen
Seks
Plastische chirurgie
Tattoos
Eten
Geld uitgeven
Fame
Internet
Gokken


Slide 21 - Tekstslide

Een verslaving ontwikkelt zich in fasen. Welke uitspraak past bij welke fase? 
Experimenteerfase
Fase van sociaal gebruik
Fase van overmatig gebruik
Verslavingsfase
"Ik moet echt een borrel, ze zoeken het maar uit, ik ga naar huis!"
"Pak er toch ook nog één, gezellig!"
"Laat mij eens wat proberen?"
"Rijden? Natuurlijk kan ik rijden. Doe niet zo moeilijk en stap gewoon in"

Slide 22 - Sleepvraag

Ik zie mezelf wel werken in de dak- en thuislozen opvang
JA
NEE

Slide 23 - Poll

Vragen?

Slide 24 - Tekstslide