Quiz werkwoordspelling herhaling MP

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Quiz werkwoordspelling herhaling MP

Werkwoordspelling - Wat kun je al ?

Het voorstel (bieden) vorig jaar een goede oplossing voor het probleem.

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. INF
3. PV VT
4. VD

Het voorstel (bieden) vorig jaar een goede oplossing voor het probleem.

1. biedt
2. boden
3. bood
4. geboden

Nu (oordelen) de jury niet positief.

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. INF
3. PV VT
4. VD

Nu (oordelen) de jury niet positief.

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. oordeelt
2. oordeeldt
3. oordeeld
4. oordelen

Engelse werkwoorden
Hij heeft de bal over het net (smashen).

1. gesmasht
2. gesmashed
3. gesmashet
4. gesmashd

Engelse werkwoorden

Ik heb jaren als webdesigner (freelancen)

1. gefreelancet
2. gefreelanct
3. gefreelanced
4. gefreelancd

(Engelse werkwoorden)
Hij (barbecueën-vt)

1. barbecuedde
2. barbecuede
3. barbecuete
4. barbecuette

(Engelse werkwoorden)
Hij (racen-vt)

1. racte
2. racette
3. racde
4. racete

(Engelse werkwoorden)
Hij (timen - vt)

1. timde
2. timdde
3. timete
4. timede

Welk Engels werkwoord is correct gespeld?

1. Hij racet naar huis.
2. Ik downloadt die file wel even voor je?
3. Hij heeft de overwinning geclaimt.
4. Zij flirte met hem.

(Vinden) je leraar het goed dat je nu met je mobiel belt?

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. INF
3. PV VT
4. VD

(Vinden) je leraar het goed dat je nu met je mobiel belt?

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. Vind
2. Vint
3. Vindt
4. Vinden

De hondenpoep (verspreiden) gisternacht een vreselijke geur.

Hoe heet deze werkwoordsvorm?

1. PV TT
2. INF
3. PV VT
4. VD

De hondenpoep (verspreiden) gisternacht een vreselijke geur.

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. verspreid
2. verspreide
3. verspreidt
4. verspreidde

Het (gebeuren) nu niet meer.

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. INF
3. PV VT
4. VD

Het (gebeuren) nu niet meer.

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. gebeurt
2. gebeurdt
3. gebeurd
4. gebeuren

(Worden) je volgende week nog opgenomen in de selectie?

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. INF
3. PV VT
4. VD

(Worden) je volgende week nog opgenomen in de selectie?

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. Werd
2. Word
3. Wordt
4. Worden

Ik ben in 2009 (verhuizen) naar Amsterdam.

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. VD
3. PV VT
4. INF

Ik ben in 2009 (verhuizen) naar Amsterdam.

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. verhuist
2. verhuisdt
3. verhuisd
4. verhuizen

Gisteren (wachten) zijn zusjes niet op hem.

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. INF
3. PV VT
4. VD

Gisteren (wachten) zijn zusjes niet op hem.

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. wachte
2. wachten
3. wachtte
4. wachtten

Dat het vaker (gebeuren) is, blijkt uit het rapport.

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. INF
3. PV VT
4. VD

Dat het vaker (gebeuren) is, blijkt uit het rapport.

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. gebeurt
2. gebeurdt
3. gebeurd
4. gebeuren

(Blijven) er met je vingers vanaf!

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. Gebiedende wijs
2. VD
3. PV VT
4. INF

(Blijven) er met je vingers vanaf!

Hoe spel je deze werkwoordvorm?

1. Blijf
2. Bleef
3. Blijft
4. Blijven

De leerlingen maakten de test (klagen).

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. onvoltooid deelwoord
3. PV VT
4. VD

De leerlingen maakten de test (klagen).

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. klagen
2. geklagen
3. klagend
4. geklaagd

De herdershond (gehoorzamen) tegenwoordig zijn baasje bijna nooit.

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. INF
3. PV VT
4. VD

De herdershond (gehoorzamen) tegenwoordig zijn baasje bijna nooit.

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. gehoorzaamd
2. gehoorzaamde
3. gehoorzaamt
4. gehoorzamen

De schrijfster heeft lang (tobben) over de titel van haar boek.

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. VD
3. PV VT
4. INF

De schrijfster heeft lang (tobben) over de titel van haar boek.

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. getobben
2. getobd
3. getobt
4. getobdt

Het concertkaartje (worden) je morgen toegestuurd.

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. VD
3. PV VT
4. INF

Het concertkaartje (worden) je morgen toegestuurd.

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. word
2. werd
3. wordt
4. worden

Vorig jaar (geloven) mijn vader niet dat dat mogelijk was.

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. INF
3. PV VT
4. VD

Vorig jaar (geloven) mijn vader niet dat dat mogelijk was.

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. geloofde
2. geloofd
3. geloofdde
4. geliefde

Zullen we de volgende keer gaan (lopen)?

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. INF
3. PV VT
4. VD

Zullen we de volgende keer gaan (lopen)?

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. lopen
2. gelopen
3. liepen
4. looppen

Na 10 minuten werd de les weer (hervatten).

Welke werkwoordsvorm komt tussen de haakjes?

1. PV TT
2. INF
3. PV VT
4. VD

Na 10 minuten werd de les weer (hervatten).

Hoe spel je deze werkwoordsvorm?

1. hervat
2. hervadt
3. hervad
4. hervatten