Week 44 Blok 2 Grammatica

Week 44 Grammatica blok 2
Werkwoorden
tegenwoordige tijd/ verleden tijd
Persoonsvorm en de tijdsproef
Woensdag nieuwsbegrip en donderdag boekpresentatie
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Week 44 Grammatica blok 2
Werkwoorden
tegenwoordige tijd/ verleden tijd
Persoonsvorm en de tijdsproef
Woensdag nieuwsbegrip en donderdag boekpresentatie

Slide 1 - Tekstslide

Wie weet welk spreekwoord dit is ?

Slide 2 - Tekstslide

Naast zijn ______ lopen.
A
schoenen
B
vriendin
C
fiets
D
geweten

Slide 3 - Quizvraag

Oost West, thuis ___
A
rust
B
komen
C
best
D
West

Slide 4 - Quizvraag

Op een ___ bijten.
A
stokje
B
plankje
C
steentje
D
houtje

Slide 5 - Quizvraag

Water naar de ___ dragen.
A
haven
B
zee
C
mensen
D
zandbak

Slide 6 - Quizvraag

Geen ___ meer kunnen zeggen.
A
poffertje
B
pap
C
brood
D
yoghurt

Slide 7 - Quizvraag

Het ____ woord hebben.
A
mooiste
B
hardste
C
laagste
D
hoogste

Slide 8 - Quizvraag

Als ___ broodjes over
de toonbank gaan.
A
dure
B
zoete
C
oude
D
lekkere

Slide 9 - Quizvraag

De baard in de ___ hebben.
A
keel
B
kneep
C
krullers
D
hals

Slide 10 - Quizvraag

___ bij de vis.
A
water
B
boter
C
verhaal
D
vlees

Slide 11 - Quizvraag

Het oog is groter dan de ___
A
bril
B
neus
C
maag
D
waarheid

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Werkwoorden
Vogelspinnen leven onder meer in Zuid- en Midden-Amerika.
Een vogelspin wordt ongeveer zo groot als de hand van een volwassen mens.
Met zijn gifkaken verlamt hij zijn prooi.
Hij eet alleen levend voer, zoals sprinkhanen, muizen en zelfs vogels.
Een vogelspin is geen knuffeldier.
Dat alles maakt hem minder geschikt als huisdier

Slide 14 - Tekstslide

Tegenwoordige tijd en verleden tijd.
tt of vt

Het paard staat in de stal.
Tim koopt een nieuwe scooter.
Vind jij dit een leuke school ?
Ik fietste naar school.
Ik schrok enorm.

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag
Maak de opdrachten 9 t/m 12

Morgen gaan we verder met de opdrachten 13 t/m 16

Slide 16 - Tekstslide

De bloemetjes buiten zetten.

Slide 17 - Tekstslide

Spreekwoorden
De hond in de pot vinden

Dit betekent niet echt, dat er een hond in de pot zit. Dit betekent, je bent te laat voor het eten en alles is op

Slide 18 - Tekstslide

Beoordeling blok toets 2
Het gemiddelde van de onderdelen : grammatica, spelling, over taal en lezen. 
En het cijfers van de bloktoets.
Welk onderdeel heb ik weggelaten ?

Slide 19 - Tekstslide

Persoonsvorm
Is de vorm van een werkwoord die je in de tt en in de vt kunt schrijven.
Dat noemen we ook wel de tijdsproef

Slide 20 - Tekstslide

TT of VT
Romy speelt gitaar.
Zij houdt van moderne muziek.
Romy oefent vaak.
Elke week bezoekt ze de muziekschool.
Daar krijgt ze les.
Soms geeft Romy samen met andere leerlingen een optreden.

Slide 21 - Tekstslide

En nu jullie
De  opdrachten 13 t/m 16

Wil je onderdelen voor grammatica opnieuw doen dan kan dat alleen deze week.

Slide 22 - Tekstslide

Leesoffensief Schrijvers in de klas
8 november Roziena Salihu
9 november Buddy Tegenbosch
12 november Mijke Pelgrim

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Video