In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Programma
Herhaling feitelijke en waarderende argumenten
Verschil: tegenargumenten en weerleggingen
Zelfstandig werken aan weektaak
Slide 1 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen een feitelijk argument en een waarderend argument?
Slide 2 - Open vraag
Het is voor iedereen goed om op een teamsport te zitten, want dat is de beste manier om te leren samenwerken.
A
Feitelijke uitspraak
B
Waarderende uitspraak
Slide 3 - Quizvraag
Er komen nog steeds veel jongeren met een alcoholvergiftiging in het ziekenhuis. Daarom moet de verkoop van alcohol aan jongeren strenger gestraft worden.
A
Feitelijke uitspraak
B
Waarderende uitspraak
Slide 4 - Quizvraag
Tegenargument
Richt zich tegen het standpunt.
Slide 5 - Tekstslide
Aangezien het een oplossing voor het fileprobleem is,moet iedereen meer met de trein reizen.
Met de trein ben je veel langer onderweg.
Weerlegging of tegenargument?
Slide 6 - Tekstslide
Weerlegging
Richt zich tegen het argument.
Slide 7 - Tekstslide
Iedereen zou biologisch veel moeten eten. De dieren worden op een biologische boerderij beter behandeld.
Op een biologische boerderij worden de dieren veel vaker ernstig ziek.
Weerlegging of tegenargument?
Slide 8 - Tekstslide
Alpinisme is een van de gezondste sporten: je beweegt veel en bent de hele dag buiten.
Per jaar sterven er tientallen alpinisten tijdens de uitoefening van hun sport.
A
Weerlegging
B
Tegenargument
Slide 9 - Quizvraag
Omdat de overheid veel geld kwijt is aan zorgkosten, moet roken helemaal verboden worden.
Door een verbod zou de staat juist veel inkomsten aan accijns mislopen.
A
Weerlegging
B
Tegenargument
Slide 10 - Quizvraag
Doordat hij veel kijkers trekt, heeft Arjen Lubach veel invloed.
Slechts vijf procent van de Nederlands kijkt naar Zondag met Lubach.
A
Weerlegging
B
Tegenargument
Slide 11 - Quizvraag
Zelfstandig werken
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Open vraag
Programma
Herhaling argumentatieschema's
Uitleg: formuleren - dubbelop
Werken aan weektaak
Slide 14 - Tekstslide
Ik ben vorige week voor het eerst naar het Achterhuis geweest. Daardoor begrijp ik nu pas goed hoe erg het moet zijn geweest om onder te duiken.
A
Argumentatie op basis van autoriteit
B
argumentatie op basis van een voorbeeld
C
argumentatie op basis van oorzaak gevolg
D
argumentatie op basis van vergelijking
Slide 15 - Quizvraag
Leraren in het basisonderwijs zouden evenveel moeten verdienen als docenten op middelbare scholen. Ze doen immers hetzelfde werk.
A
Argumentatie op basis van autoriteit
B
argumentatie op basis van een voorbeeld
C
argumentatie op basis van oorzaak gevolg
D
argumentatie op basis van vergelijking
Slide 16 - Quizvraag
Haar nieuwe baas komt uit Limburg. Hij zal dus wel met een zachte g praten.
A
Argumentatie op basis van autoriteit
B
argumentatie op basis van een voorbeeld
C
argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap
D
argumentatie op basis van vergelijking
Slide 17 - Quizvraag
Als we met de klas een dag weggaan, wil ik heel graag naar een attractiepark. ik was vorig jaar in de Efteling en het was er heel erg leuk.
A
Argumentatie op basis van autoriteit
B
argumentatie op basis van een voorbeeld
C
argumentatie op basis van oorzaak gevolg
D
argumentatie op basis van vergelijking
Slide 18 - Quizvraag
Mobiele telefoons moeten tijdens de les uit staan. In het theater en in de bioscoop moet dat namelijk ook.
A
Argumentatie op basis van autoriteit
B
argumentatie op basis van een voorbeeld
C
argumentatie op basis van oorzaak gevolg
D
argumentatie op basis van vergelijking
Slide 19 - Quizvraag
Formuleren
Paragraaf 1: Dubbelop
Blz. 229
Slide 20 - Tekstslide
Onjuiste herhaling
Voor een toename van het aantal orgaandonoren zijn de afgelopen jaren al heel wat campagnes voor gehouden.
Slide 21 - Tekstslide
Onjuiste herhaling
Voor een toename van het aantal orgaandonoren zijn de afgelopen jaren al heel wat campagnes voor gehouden.
Slide 22 - Tekstslide
Tautologie
Als hetzelfde twee keer wordt gezegd, meestal met verschillende woorden van dezelfde woordsoort (synoniem).
Slide 23 - Tekstslide
Tautologie
De president kreeg van de pers veel kritiek op zijn uitspraken, maar steeds kon hij echter rekenen op waardering van de bevolking.
Slide 24 - Tekstslide
Tautologie
De president kreeg van de pers veel kritiek op zijn uitspraken, maar steeds kon hij echter rekenen op waardering van de bevolking.
Slide 25 - Tekstslide
Pleonasme
Wat is hier dubbelop?
Witte sneeuw
Slide 26 - Tekstslide
Pleonasme
De meeste slachtoffers van het consumptievuurwerk rond oud en nieuw zijn minderjarige kinderen.
Slide 27 - Tekstslide
Pleonasme
De meeste slachtoffers van het consumptievuurwerk rond oud en nieuw zijn minderjarige kinderen.