Dinsdag 26 november 2024

Goedemorgen! 
Fijn dat je er bent.

- Doe je telefoon in de rode bak;
- Pak je Chromebook uit de kast en log in. 

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Goedemorgen! 
Fijn dat je er bent.

- Doe je telefoon in de rode bak;
- Pak je Chromebook uit de kast en log in. 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

1e lesuur:

Slide 5 - Tekstslide

4.1: assenstelsel en coördinaten
Ik leer wat een assenstelsel, coördinaten, horizontale as, verticale as en oorsprong zijn en hoe je de coördinaten van een punt afleest en opschrijft.

Ik leer wat een roosterpunt is en hoe je een punt met decimale coördinaten opschrijft.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 11 - Tekstslide

2e lesuur:

Slide 12 - Tekstslide

Pauze
timer
15:00

Slide 13 - Tekstslide

3e lesuur:

Slide 14 - Tekstslide

leerdoel
Ik kan de kenmerken noemen van dieren, planten, schimmels en bacteriën.
Ik  weet wanneer organismen tot dezelfde soort behoren.

Biologen delen organismen in groepen in. Dat doen ze om overzicht te krijgen. Ze kijken naar de kenmerken van organismen.

Slide 15 - Tekstslide

Groepen maken
In afbeelding 1 zie je acht verschillende dieren. Deze dieren kun je in groepen verdelen. Dat kan op verschillende manieren. Je kunt kijken naar de kleur. Alle groene dieren komen dan bij elkaar in één groep. Je kunt ook kijken hoeveel poten het dier heeft, of wat voor huid.

 

De kleur is een kenmerk van het dier. Ook het aantal poten en de huidsoort zijn kenmerken. Als je organismen ordent, verdeel je ze in groepen. In elke groep komen organismen met hetzelfde kenmerk.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Wat is een kenmerk?

Slide 18 - Open vraag

Vier groepen
Biologen ordenen organismen in groepen. Je moet vier groepen kennen:
• dieren
• planten
• schimmels
• bacteriën
In afbeelding 2 zie je deze vier groepen.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Cellen van de vier groepen
Bij de indeling letten biologen op de kenmerken van cellen. Die kenmerken zijn voor elke groep verschillend. In afbeelding 4 zie je van elke groep een voorbeeld en een tekening van een cel. Bij de cel staan de kenmerken:
• Dieren hebben geen celwand.
• Planten hebben bladgroenkorrels.
• Schimmels hebben geen bladgroenkorrels, maar wel een celkern en celwand.
• Bacteriën hebben geen celkern.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Soorten
De groep dieren kun je verder indelen in kleinere groepen. Bijvoorbeeld insecten, vissen, vogels, enzovoort. De kleinste groep heet een soort. Een voorbeeld van een soort zijn honden.

In afbeelding 6 zie je twee honden: een labrador en een poedel. Deze honden kunnen zich met elkaar voortplanten. Ze krijgen dan jonge hondjes. Als die groot zijn, kunnen ze zich ook weer voortplanten.

Dieren van dezelfde soort kunnen zich samen voortplanten en hun jongen kunnen zich ook weer voortplanten. Daarom horen een labrador en een poedel bij dezelfde soort.
In afbeelding 7 staan soorten die zich niet samen kunnen voortplanten

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Wat is een soort?

Slide 26 - Open vraag

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 27 - Tekstslide

4e lesuur:

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Link

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 30 - Tekstslide

Pauze
timer
20:00

Slide 31 - Tekstslide

Lezen
timer
10:00

Slide 32 - Tekstslide

5e lesuur:

Slide 33 - Tekstslide

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 34 - Tekstslide

6e lesuur:
Werkstuk/ Sinterklaas

Slide 35 - Tekstslide

Afsluiting

Slide 36 - Tekstslide