GMK VP P4.1 - Quiz

Welk geneesmiddel is een bloedverdunner?
A
Desloratadine
B
Oxycodon
C
Pantoprazol
D
Xarelto (Rivaroxaban)
1 / 25
volgende
Slide 1: Quizvraag
GeneesmiddelkennisMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welk geneesmiddel is een bloedverdunner?
A
Desloratadine
B
Oxycodon
C
Pantoprazol
D
Xarelto (Rivaroxaban)

Slide 1 - Quizvraag

Wat is de indicatie van metoprolol?
A
Hart- en vaatziekten
B
Hoog cholesterol
C
Diabetes
D
Pijnstiller

Slide 2 - Quizvraag

Op het etiket van amoxicilline staat:
3x per dag innemen
Welke tijden geef je dit?
A
Alles om 8:00u 's ochtends
B
Bij elke maaltijd (8-12-18u)
C
Elke 8 uur (7-15-23u)
D
Alles om 18:00u 's avonds

Slide 3 - Quizvraag

Welk medicijn is een plastablet?
A
Enalapril
B
Furosemide
C
Lactulose
D
Nitrofurantoïne

Slide 4 - Quizvraag

Welk middel is een antidepressivum?
A
Citalopram
B
Diazepam
C
Haloperidol
D
Pregabaline

Slide 5 - Quizvraag

Welke toedieningsvorm is NIET voor rectale toediening?
A
Klysma
B
Rectiole
C
Zetpil
D
Ovule

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het advies bij het toedienen van oogdruppels?
A
De oogflacon op het oog zetten
B
Maximaal 1 druppel tegelijk in het oog
C
Na toedienen 2 sec. de traanbuis dichtduwen
D
Bovenlid omhoog trekken bij toedienen

Slide 7 - Quizvraag

Welke toedieningsvorm mag gemalen worden?
A
Gewone tablet
B
Tablet MSR
C
Tablet MGA
D
Retard tablet

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een alarmsymptoom bij simvastatine?
A
Blaasontsteking
B
Blauwe plekken
C
Lage bloeddruk
D
Spierpijn

Slide 9 - Quizvraag

Wat is belangrijk bij het gebruik van een dosisaerosol?
A
Schudden voor gebruik
B
Met voorzetkamer gebruiken
C
Mond spoelen na inhaleren
D
Alle drie

Slide 10 - Quizvraag

Bij welk middel is soms een maagbeschermer nodig?
A
Allopurinol
B
Ezetimib
C
Ibuprofen
D
Tramadol

Slide 11 - Quizvraag

Een patiënt wil weten of hij alcohol mag drinken bij zijn medicijn. Op welke website kun je dat vinden?
A
Apotheek.nl
B
Lareb.nl
C
Rijveiligmetmedicijnen.nl
D
Thuisarts.nl

Slide 12 - Quizvraag

Wat is/zijn behandeldoel(en) bij HVZ?
A
Causaal
B
Symptomatisch
C
Profylactisch
D
Palliatief

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Wat is waar over statines?
A
Hoofdpijn kan wijzen op een ernstige bijwerking
B
Je mag hierbij alles eten en drinken
C
Geef simvastatine en pravastatine 's avonds
D
Verlagen de bloeddruk

Slide 15 - Quizvraag

Bloeddrukverlagers worden alleen gebruikt bij een hoge bloeddruk
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Wat is waar over diuretica?
A
Een voorbeeld is enalapril
B
Bijwerking is bradycardie
C
Voor het slapen gaan innemen
D
Tijdens hitte grotere kans op uitdroging

Slide 18 - Quizvraag

Een patiënt heeft een droge hoest. Door welk middel kan dit komen?
A
Acetylsalicylzuur
B
Atorvastatine
C
Furosemide
D
Perindopril

Slide 19 - Quizvraag

Wat is een veel voorkomende bijwerking van amlodipine?
A
Blozen
B
Dikke enkels
C
Last van maagzuur
D
Alle drie

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Bij welke bloedverdunner is vaak een maagbeschermer nodig?
A
Acetylsalicylzuur
B
Acenocoumarol
C
Rivaroxaban (Xarelto)
D
Alle drie

Slide 22 - Quizvraag

Wat klopt over acenocoumarol?
A
Vitamine K kan effect verminderen
B
Geef om 18:00u
C
Mag niet samen met miconazol creme samen
D
Alle drie

Slide 23 - Quizvraag

Een patiënt krijgt rivaroxaban altijd om 10:00u en 22u. Je komt er om 17:00u dat ze haar laatste gift niet heeft gehad. Wat doe je?
A
Zo snel mogelijk alsnog geven
B
Gift overslaan
C
Twee tabletten om 22:00u
D
Anders

Slide 24 - Quizvraag

Als iemand diabetes heeft en alleen tabletten gebruikt. Hoe vaak moet dan de glucose gemeten worden?
A
Niet, tenzij de arts dat aangeeft
B
1x per dag
C
2x per dag
D
4x per dag

Slide 25 - Quizvraag