mavo 2 - 38.1

• Duits
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

bei Deutsch

mavo 2

erste Periode 

38. Woche

Heute:

werkwoorden vervoegen

Aufträge machen 

online-trainer

Ziel

Je kan de stam van een werkwoord maken

Je weet de uitgangen van de regelmatige/zwakke werkwoorden

STAM

=

werkwoord - en

reden (=praten)

reden

stam: red

Wat is de stam van dit werkwoord?
wohnen

Wat is de stam van dit werkwoord?
vermieten

Wat is de stam van dit werkwoord?
erklären

ich

du

er/sie/es

persoonlijk voornaamwoord

wir

ihr

sie/Sie

e

st

t

uitgang

en

t

en

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

e

st

t

en

t

en

e st t en t en

sleep de uitgang naar het juiste pers. vnw.

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

en

en

e

st

t

t

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

e

st

t

en

t

en

wohnen +

wohne

maak het werkwoord kloppend
vul alleen het werkwoord in
ich (wohnen)

maak het werkwoord kloppend
vul alleen het werkwoord in
du (wohnen)

übersetze ins Deutsche

hij

übersetze ins Deutsche

wij wonen (wohnen)

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

e

st

t

en

t

en

rede

reden + e

reden + e

redest

redet

reden + e

redet

reden

reden

übersetze ins Deutsche

jij praat

1. du redets
2. du redst
3. du redest
4. du redts

du = st

eindigt de stam al op een s of ß ? 

dan alleen een t

übersetze ins Deutsche

jij heet

1. du heißest
2. du heißt
3. du heißst
4. du heißts

Opdrachten uit je boek

alleen

tweetallen

klassikaal

Aufträge

Seite: 

12 (Auftrag 10)

13 (Auftrag 11)

14 (Auftrag 12, 13)

15 (Auftrag 14, 15)

klaar? 

online grammaticatrainer

(''versterk jezelf'')

der nächste Unterricht

Laptop / lader / boek mee

ZN schrijf je met een hoofdletter

lernen (zie studiewijzer)

das Ende

Heb je het lesdoel bereikt?

het lesdoel was:

Je kan de stam van een werkwoord maken

Je weet de uitgangen van de regelmatige/zwakke werkwoorden

steek je hand op

1 vinger = nee

5 vingers = ja

2,3,4 = een beetje