De verkoper vraagt: 'Heeft u nog iets nodig?'
'Ja', zegt Paul, 'ik zoek een mooi horloge.'
De verkoper zegt: 'Een moment alstublieft.'
Hij komt terug met een groot zwart horloge.
Paul vindt het horloge heel mooi.
Het horloge is duur.
Maar Paul zegt: 'Ik koop alles!'