In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Welkom
Geschiedenis
Kenmerkende aspecten
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Aan het eind van deze les...
Ken je de 10 tijdvakken die we bij geschiedenis onderscheiden.
Kun je bij ieder tijdvak aan de juiste afbeelding koppelen.
Kun je 5 kenmerkende aspecten van verschillende tijdvakken benoemen.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Bij welk kenmerkend aspect hoort de bron?
Slide 8 - Open vraag
Bij welk kenmerkend aspect hoort de bron?
Slide 9 - Open vraag
Leg uit dat: a. Een van deze maatregelen past bij een kenmerkend aspect van de vroege middeleeuwen. b. De andere maatregel past bij een kenmerkend aspect van de late middeleeuwen. Noem dus 2x het aspect en geef verwijs in je uitleg naar de bron.
Slide 10 - Open vraag
Bij welk kenmerkend aspect hoort de bron?
Slide 11 - Open vraag
Een gegeven: Omstreeks 1500 bestudeerde de humanist Erasmus de Bijbel aan de hand van de oorspronkelijke Griekse teksten. Hierdoor ontdekte hij in de gangbare Latijnse vertaling van de Bijbel veel fouten. Leg uit dat dit gegeven past bij twee kenmerkende aspecten van de zestiende eeuw.
Slide 12 - Open vraag
Bij welk kenmerkend aspect hoort de bron?
Slide 13 - Open vraag
Bij welk kenmerkend aspect hoort de bron?
Slide 14 - Open vraag
Bij welk kenmerkend aspect hoort de bron?
Slide 15 - Open vraag
Bij welk kenmerkend aspect hoort de bron?
Slide 16 - Open vraag
Bij welk kenmerkend aspect hoort de bron?
Slide 17 - Open vraag
Bij welk kenmerkend aspect hoort de bron?
Slide 18 - Open vraag
Bij welk kenmerkend aspect hoort de bron?
Slide 19 - Open vraag
De periode van de vroege middeleeuwen wordt de ''tijd van monniken en ridders'' genoemd. Geef je commentaar op deze benaming door: 1. Met een kenmerkend aspect van de vroege middeleeuwen duidelijk te maken waarom dit de tijd van ''monniken'' genoemd kan worden. 2. Met een kenmerkend aspect van de vroege middeleeuwen duidelijk maken waarom dit de tijd van ''ridders'' genoemd kan worden.
Slide 20 - Open vraag
Bij welk kenmerkend aspect hoort de bron?
Slide 21 - Open vraag
Gebruik bron 3. Deze bron past bij een kenmerkend aspect van de vroege middeleeuwen. Noem dit aspect en geef aan hoe dit uit de bron blijkt.
Slide 22 - Open vraag
Schrijf 2 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 23 - Open vraag
Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen
Slide 24 - Open vraag
De kenmerkende aspecten...
ken ik al goed, ik ben er al veel mee bezig geweest.
ken ik al redelijk, ik ben er al veel mee bezig geweest.
ken ik al redelijk, maar ik heb er nog niet zo veel voor gedaan.
vind ik nog erg lastig, ook al ben ik er veel mee bezig geweest.
vind ik nog erg lastig, maar ik heb er ook nog niet zo veel voor gedaan.