Unterrichtsstunde 7

2H5: Geen plattegrond als er goed gewerkt blijft worden :)
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

2H5: Geen plattegrond als er goed gewerkt blijft worden :)

Slide 1 - Tekstslide

Geen plattegrond als er goed gewerkt blijft worden :)

Slide 2 - Tekstslide

Unterrichtsstunde 7

Herzlich Willkommen!!!

Bitte, die Bücher auf dem Tisch

Slide 3 - Tekstslide

Was machen wir heute?
  1. Keine Hausaugaben
  2. Der/die/das wiederholen (kaartjes)
  3. Neue Grammatik erklären: Plural
  4. Grammtik Aufgaben machen
  5. Blooket/Gimkit?
  6. Hausaufgaben? 



Lerziele: 
  1. Aan het einde van hoofdstuk 3 kan ik in het Duits de kloktijden vertellen en schrijven. 
  2. Aan het einde van hoofdstuk 3 kan ik umlauten herkennen en correct uitspreken tijdens het voorlezen van een korte tekst. 
  3. Aan het einde van hoofdstuk 3 kan ik het geslacht van zelfstandig naamwoorden bepalen. 
  4. Aan het einde van hoofdstuk 3 kan ik Duitse woorden in het enkelvoud veranderen in het meervoud. 

Slide 4 - Tekstslide

Die Hausaufgaben
/

Lernen: die Uhrzeit + die Lernliste Niederländisch-Deutsch + Aussprache üben (umlauten) + Grammatik der/die/das

Slide 5 - Tekstslide

Grammatik der/die/das wiederholen

Het geslacht van zelfstandige naamwoorden (das Substantiv)

  • der: mannelijk
  • die: vrouwelijk
  • das: onzijdig
  • die: meervoud

Slide 6 - Tekstslide

der: mannelijk (männlich)
1. Mannelijke personen
- der Jung, der Man usw.

2. Mannelijke diernamen
- der Stier

 

Slide 7 - Tekstslide

die: vrouwelijk (weiblich)
1. Vrouwelijke personen

- die Frau, die Oma usw.

2. Vrouwelijke diernamen
- die Kuh, die Katze usw.

3. De meeste woorden die eindigen op -e
- die Adresse, die Toilette, die Lampe usw.

4. Woorden die eindigen op -heit, -keit, -schaft, -ung.
- die Einheit, die Möglichkeit, die Freundschaft, die Zeitung usw. 



Slide 8 - Tekstslide

das: onzijdig (sächlich)
1. Het- woorden
- das Pferd, das Fenster, das Buch, das Haus, das Lied usw. 

Slide 9 - Tekstslide

die: meervoud (plural)
1. woorden die meervoud zijn krijgen altijd 'die'
- die Straßen, die Brüder usw. 

Slide 10 - Tekstslide

Het meervoud van zelfstandig naamwoorden

Het lidwoord is altijd 'die', maar wat verandert er aan het zelfstandig naamwoord?

Slide 11 - Tekstslide

Mannelijke zelfstandig naamwoorden
1. umlaut + e
- der Ball -> die Bälle
- der Arzt -> die Ärzte

2. Mannelijke woorden die eindigen op -el / -er / -en blijven in het meervoud meestal onveranderd
- der Onkel -> die Onkel
- der Computer -> die Computer
- der Lehrer -> die Lehrer

Slide 12 - Tekstslide

vrouwelijke zelfstandig naamwoorden
1. + (e)n
- die Straße -> die Straßen
- die Prüfung -> die Prüfungen


3. Bij vrouwelijke woorden treedt er net als bij het Nederlands verdubbeling van de -n of -s op: 
- die Freundin -> die Freundinnen

Slide 13 - Tekstslide

Onzijdig zelfstandig naamwoorden
1. + e
- das Heft -> die Hefte

2. Onzijdige woorden die eindigen op -el/ - er / -en blijven meestal onveranderd in het meervoud
- das Mädchen -> die Mädchen

3. Bij onzijdige woorden treedt er net als bij het Nederlands verdubbeling van de -n of -s op:
- das Ereignis -> die Ereignisse 

Slide 14 - Tekstslide

Overige regels
1. Veel woorden op -a, -i, -o, -y: + s

- das Handy -> die Handys

2. Bij -au komt de umlaut op de -a
- das Haus -> die Häuser



Slide 15 - Tekstslide

Mach die Aufgaben:
22, 23, 24, 25 und 26 (max. 15 Min.)


Tijd over? ⇨ Blooket oder Gimkit
timer
15:00

Slide 16 - Tekstslide

Wat hebben jullie vandaag geleerd?

Slide 17 - Tekstslide

Die Hausaufgaben
22, 23, 24, 25 und 26 machen

Lernen: die Uhrzeit + die Lernliste Niederländisch-Deutsch + Aussprache üben (umlauten) + Grammatik der/die/das + Grammatik plural (meervoud)

Slide 18 - Tekstslide