-Hebben we de ruimtefiguren: prisma, balk en kubus herhaald -Weten we hoe we een vergrotingsfactor kunnen uitrekenen -Kunnen we de zijdes van een driehoek berekenen bij gelijkvormige driehoeken
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2
In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Aan het einde van deze les:
-Hebben we de ruimtefiguren: prisma, balk en kubus herhaald -Weten we hoe we een vergrotingsfactor kunnen uitrekenen -Kunnen we de zijdes van een driehoek berekenen bij gelijkvormige driehoeken
Slide 1 - Tekstslide
Hoe heet dit ruimtefiguur?
A
kubus
B
kegel
C
balk
D
prisma
Slide 2 - Quizvraag
Hoe heet het ruimtefiguur hiernaast?
A
prisma
B
kegel
C
piramide
D
balk
Slide 3 - Quizvraag
Hoe heet dit ruimtefiguur?
A
balk
B
cilinder
C
prisma
D
kubus
Slide 4 - Quizvraag
Hoe heet dit ruimtefiguur?
A
kegel
B
prisma
C
cilinder
D
piramide
Slide 5 - Quizvraag
Hoe heet dit ruimtefiguur?
A
prisma
B
balk
C
kegel
D
cilinder
Slide 6 - Quizvraag
Hoe heet dit ruimtefiguur?
A
piramide
B
kegel
C
cilinder
D
prisma
Slide 7 - Quizvraag
Welk figuur is vlak?
A
kubus
B
balk
C
cirkel
D
prisma
Slide 8 - Quizvraag
Welk ruimtefiguur is hiernaast afgebeeld?
A
driehoek
B
vlieger
C
piramide
D
prisma
Slide 9 - Quizvraag
Hoeveel platte vlakken heeft het prisma?
A
6
B
7
C
8
D
9
Slide 10 - Quizvraag
Hoeveel hoekpunten heeft het prisma?
A
12
B
14
C
16
D
18
Slide 11 - Quizvraag
Hoeveel ribben heeft het prisma?
A
12
B
14
C
16
D
18
Slide 12 - Quizvraag
Gelijkvormige driehoeken
-Welke hoeken zijn hetzelfde? Schrijf ze in je schrift
Slide 13 - Tekstslide
Twee figuren zijn gelijkvormig als het origineel en het vergrote/verkleinde figuur:
Slide 14 - Tekstslide
Twee figuren zijn gelijkvormig als het origineel en het vergrote/verkleinde figuur:
Dezelfde vorm hebben Gelijke hoeken hebben
Slide 15 - Tekstslide
Wat betekent het volgende: ΔKLM ~ ΔNOP
Slide 16 - Open vraag
Maak een verhoudingstabel met de volgende gegevens:
∠A = ∠D ∠B = ∠E ∠C = ∠F
Dus: ΔABC ~ ΔDEF
Slide 17 - Tekstslide
Hoe bereken je de vergrotingsfactor?
Slide 18 - Open vraag
Opdracht 1
Bereken de lengte van zijde EF en ED
Slide 19 - Tekstslide
Opdracht 2
Bereken de lengte van zijde EF
Slide 20 - Tekstslide
Opdracht 3
Schrijf van alle drie de afbeeldingen de overeenkomstige hoeken op
Slide 21 - Tekstslide
Kijk de opdrachten na
Opdracht 1: Vergrotingsfactor = 40 : 30 = 1.3 <A =< F DE = 27 * 1.3 = 35. 1 mm <B = < D EF = 13 * 1.3 = 16.9 mm <C = <E