vrijdag 11 april

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

vandaag een les over tulpen
Dit weekend vieren we Pasen dus dinsdag komt er weer een nieuwe les.
Probeer alle LessonUps te maken en te oefenen met Quizlet
Je kunt ook nog Kahoot doen. De laatste heeft John gewonnen!
Verder kun je Disk of Taal Compleet doen
Nieuwsbegrip en rekenen 

Slide 2 - Tekstslide

inleveren
De leerlingen van het AZC kunnen dinsdagmorgen 14-4 -2020 hun boeken en spullen in de doos bij de receptie doen 
Tussen 10.00 uur en 12.00 uur
Wij kijken alles na en brengen het woensdag 15-4-2020 
14.00 uur weer terug.

Slide 3 - Tekstslide

tulpen

Slide 4 - Tekstslide

de tulp
bloemen
bladeren

bloembol
wortels

Slide 5 - Tekstslide

het zoogdier = dier dat levende jongen krijgt  (geen eieren)
zuiveren = schoon maken
Zo kun je water zuiveren

Slide 6 - Tekstslide

zwak = niet sterk
allesbehalve = niet
Hij is allesbehalve zwak  

Slide 7 - Tekstslide

bewonderen = heel mooi vinden
verachten = niet mooi of goed vinden

Slide 8 - Tekstslide

de fantasie
zichtbaar = je kunt het zien

Slide 9 - Tekstslide

telen = laten groeien
uitzinnig = heel blij

Slide 10 - Tekstslide

ontwerpen = bedenken
de narcis

Slide 11 - Tekstslide

de vormen
bollen planten

Slide 12 - Tekstslide

volop = heel veel
 de soorten 
Er zijn veel soorten dieren

Slide 13 - Tekstslide

op den duur = in de toekomst 
Op den duur zullen er meer elektrische auto's komen
de lelie

Slide 14 - Tekstslide

0

Slide 15 - Video

een bloem telen betekent
A
een bloem verkopen
B
een bloem pakken
C
een bloem laten groeien voor de verkoop
D
een bloem bestellen

Slide 16 - Quizvraag

wat zijn vormen?
A
agent, bakker, slager
B
cirkel, driehoek, vierkant
C
tulp, narcis, lelie
D
twintig, dertig, veertig

Slide 17 - Quizvraag

volop betekent
A
helemaal vol
B
alles is op
C
heel veel
D
helemaal leeg

Slide 18 - Quizvraag

wat is niet zichtbaar met je blote oog
A
de zon
B
een bacterie
C
een korrel zand
D
een mug

Slide 19 - Quizvraag

bewonderen =
A
iets leuk vinden
B
iets moeilijk vinden
C
iets makkelijk vinden
D
iets heel mooi vinden

Slide 20 - Quizvraag


A
de narcis
B
de naarcis
C
de narsis
D
de narcies

Slide 21 - Quizvraag

wat betekent op den duur?
wat is ontwerpen?

Slide 22 - Open vraag

wat zijn deze mensen?
A
uitzinig
B
inzuinig
C
inzinnig
D
uitzinnig

Slide 23 - Quizvraag

lees deze tekst
Typisch Nederlands?
Tulpen zijn onlosmakelijk met Nederland verbonden. Denk je aan Nederland, dan denk je aan tulpen, molens, kaas en klompen. Tulpen hebben koude nachten en koude winters nodig om te kunnen groeien. Daarom leent het Nederlandse klimaat zich uitstekend voor het telen van tulpen. Toch komt de ‘oer-Hollandse' tulp oorspronkelijk niet uit Nederland. De ‘roots’ van de tulp liggen in Kazachstan. Via onder andere Turkije en Antwerpen kwam de eerste tulp rond 1593 in Nederland terecht.


Slide 24 - Tekstslide

moeilijke woorden
onlosmakelijk = niet los te maken
verbonden/verbinden = zitten aan elkaar vast
leent zich uitstekend voor = is geschikt voor
oorspronkelijk  uit =  het begint in
terecht komen = komen daar 
rond 1900  = ongeveer in het jaar 1900


Slide 25 - Tekstslide

onlosmakelijk
A
los maken
B
niet los te maken
C
vast maken
D
lekker smaken

Slide 26 - Quizvraag

Zij komt oorspronkelijk uit Iran
A
Zij gaat naar Iran
B
Ze woont in Iran
C
Ze gaat wonen in Iran
D
Ze is geboren in Iran

Slide 27 - Quizvraag


A
de narcis
B
de roos
C
de bloembol
D
de plant

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Video

Wat weet je nu over tulpen?
Maak 3 zinnen

Slide 30 - Open vraag