H2 les 2

De totale groep waarop een onderzoek zich richt heet
A
steekproef
B
proportie
C
populatie
D
data
1 / 18
volgende
Slide 1: Quizvraag
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

De totale groep waarop een onderzoek zich richt heet
A
steekproef
B
proportie
C
populatie
D
data

Slide 1 - Quizvraag

Welke is een kwalitatieve variabele?
A
haarkleur
B
leeftijd
C
schoenmaat
D
temperatuur

Slide 2 - Quizvraag

Welke is een kwantitatieve variabele?
A
brildrager zijn
B
stemgerechtigd zijn
C
in bezit van rijbewijs
D
woon-werk-afstand

Slide 3 - Quizvraag

Welke kwantitatieve variabele is discreet?
A
aantal broers en zussen
B
lichaamslengte
C
watertemperatuur
D
benzineverbruik

Slide 4 - Quizvraag

Het meetniveau van de variabele geslacht (m/v) is
A
nominaal
B
ordinaal

Slide 5 - Quizvraag

Het meetniveau van de variabele aantal broers/zussen is
A
nominaal
B
ordinaal

Slide 6 - Quizvraag

lesdoel
Voor- en nadelen (eigenschappen) kennen
 van de 3 centrummaten
gemiddelde
mediaan
modus

Slide 7 - Tekstslide

Gemiddelde
  • Alleen bij kwantitatieve variabelen (getallen).
  • Gebruikt alle waarnemingsgetallen
  • Gevoelig voor uitschieters (waarnemingsgetallen met grote afwijking).

Slide 8 - Tekstslide

Mediaan
  • Alleen bij kwantitatieve variabelen (getallen).
  • Ongevoelig voor uitschieters.
  • Alleen het middelste getal is van belang.

Slide 9 - Tekstslide

Modus
  • Geschikt voor elk type variabele (kwalitatief en kwantitatief).
  • Er is niet altijd een modus.

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeld



Gemiddelde = 3                                           Gemiddelde = 3,4
Modus = 3                                                       Modus = 3
Mediaan = 3                                                   Mediaan = 3
N
1
2
3
4
5
15
f
4
5
6
4
3
1
N
1
2
3
4
5
6
f
4
5
6
4
3
1
uitschieter
                  ↓

Slide 11 - Tekstslide

Verwerking
Bij les 2 horen de vragen
32 t/m 35

Succes!

Slide 12 - Tekstslide

Het gemiddelde kun je niet gebruiken bij
A
een kwalitatieve variabele
B
een kwantitatieve variabele

Slide 13 - Quizvraag

De centrummaat ... gebruikt alle waarnemingsgetallen.
A
gemiddelde
B
modus
C
mediaan

Slide 14 - Quizvraag

Welke centrummaat is er niet altijd?
A
gemiddelde
B
modus
C
mediaan

Slide 15 - Quizvraag

Welke centrummaat is gevoelig voor uitschieters?
A
modus
B
mediaan
C
gemiddelde

Slide 16 - Quizvraag

Welke centrummaat is geschikt voor elk type varabele (kwalitatief en kwantitatief)?
A
gemiddelde
B
modus
C
mediaan

Slide 17 - Quizvraag

Voor welke centrummaat geldt dat alleen de grootte van de middelste waarneming(en) van belang is?
A
gemiddelde
B
modus
C
mediaan

Slide 18 - Quizvraag