Hoofdzin en bijzin

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Welkom MYPB

Leg pen en papier op tafel.

Vandaag:

- herhaling signaalwoorden

- woordvolgorde in de bijzin

- tekst lezen over Vermeer

Tekstverbanden

Voorbeeld: bijvoorbeeld, onder andere, zo, zoals

Opsomming: en, of, ook, ten eerste, ten tweede, verder, bovendien, daarnaast

Tegenstelling: maar, toch, echter, in tegenstelling tot

Oorzaak-gevolg, reden: omdat, doordat, want, daarom, hierdoor, daardoor, zodat. 

Voegwoorden:

Hoofdzin: en, maar, of, dus, want

Bijzin: dat, terwijl, nadat, toen, wanneer, als, voordat, omdat, aangezien, hoewel, doordat, zodat, tenzij, opdat, om te. 

Samengestelde zin: zin bestaat uit meer dan één zin. 

Ik ga naar de stad en ik koop een nieuwe tas.

1. hoofdzin + hoofdzin
2. hoofdzin + bijzin
3. bijzin + hoofdzin

Ik zoek een nieuwe tas, omdat mijn oude tas gisteren kapot is gegaan.

1. hoofdzin + hoofdzin
2. hoofdzin + bijzin
3. bijzin + hoofdzin

Ik heb al gezocht naar een tas, maar ik kan er geen vinden.

1. hoofdzin + hoofdzin
2. hoofdzin + bijzin
3. bijzin + hoofdzin

Omdat de tassen in de aanbieding zijn, koop ik vandaag een nieuwe tas.

1. hoofdzin + hoofdzin
2. hoofdzin + bijzin
3. bijzin + hoofdzin

De leraar zei tegen me dat ik een tas mee moet nemen.

1. hoofdzin + hoofdzin
2. hoofdzin + bijzin
3. bijzin + hoofdzin

Lees de tekst over de bij van iemand anders. 

1. zijn de signaalwoorden/verbindingswoorden goed gebruikt?

2. Staan de woorden in de goede volgorde? 

Luister en lees mee. 

Onderstreep de signaalwoorden. 

Ga naar Numo. 

Maak de taak zinsvolgorde.