De persoonsvorm spellen in de
tegenwoordige tijd
Als de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd staat,
zijn er maar drie mogelijkheden
In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Enkelvoud ik-vorm of jij erachter:
schrijf alleen de stam
ik loop
ik fiets
ik praat
ik vind
loop jij
fiets jij
praat jij
vind jij
Enkelvoud andere vormen:
schrijf de ik-vorm + t
jij loopt
hij fietst
zij praat
Fred vindt
Meervoud:
schrijf het hele werkwoord
wij lopen
zij fietsen
jullie praten
Fred en Laurien vinden
STERKE
werkwoorden
hebben de KRACHT om in de verleden tijd van klank te veranderen
het zijn leerwoorden, die moet je dus leren
VOORBEELD
STERKE WERKWOORDEN
kopen : ik koop - ik kocht
lopen : ik loop - ik liep
geven : wij geven - wij gaven
winnen : zij winnen - zij wonnen
ZWAKKE
de klank blijft in de verleden tijd hetzelfde
REGELS verleden tijd bij zwakke werkwoorden
stam + te(n) / stam + de(n)
ik pas - ik paste - wij pasten
ik slaag - ik slaagde - wij slaagden