LES 1 - VOORAF + BUITENKANT VAN DE TEKST

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

Startklaar 

       

       Pak je Chromebook/ laptop voor je

       Start je Chromebook/ laptop op

       Log in op www.lessonup.app 

       Stop je telefoon in het zakkie en in je tas 

      

Inhoud van de les

Inleiding

Voorkennis activeren

Instructie / Theorie

Aan de slag

Nabespreking

Exit ticket

Leerdoelen

Aan het einde van de les ...

• heb ik twee keer een woordweb rondom een sport gemaakt.
• heb ik de tekst bekeken en voorspeld waar deze over gaat.
• heb ik vragen beantwoord over de structuur van de tekst.

Leerdoelgericht werken: 

Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan

de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en

worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 

Doe je aan sport?
Zo ja: aan welke sport?
Zo nee: welke sport lijk jou leuk?

Fitness

Aan de slag

Maak nu samen een woordweb bij een sport. Jullie mogen zelf kiezen welke sport.

Ben je klaar? Dan maak je er nog één. 

De docent zet de leerlingen aan de slag met actieve verwerking van de lesstof. De docent zorgt voor afwisseling in de oefentypes. Leerlingen leren op deze manier verschillende leerstrategieën te gebruiken. De opdrachten en/of werkvormen sluiten aan bij de vooropgestelde leerdoelen. Wanneer leerlingen (online) opdrachten krijgen is het belangrijk dat ze goed begrijpen wat ze moeten doen, hoe ze hulp van de docent kunnen krijgen en feedback kunnen krijgen over hoe ze iets kunnen verbeteren. Daarnaast geeft de docent verlengde instructie aan de leerlingen die het leerdoel nog niet behaald hebben. Verder biedt de docent verrijking en verdieping aan de leerling die dat nodig hebben. Zo kan er gedurende de les gedifferentieerd worden.

Instructie 

Als je naar de buitenkant van een tekst kijkt,

dan let je op verschillende dingen:

1. Je leest de titel
2. Je leest de tussenkopjes
3. Je bekijkt de plaatjes (als die er zijn)

Aan de slag

Bekijk tekst 3A en beantwoord de vragen van opdracht 2 en 3. 

Let op: antwoord met zinnen, niet alleen met woorden.

Ben je klaar? Dan mag je de tekst alvast lezen.

De docent zet de leerlingen aan de slag met actieve verwerking van de lesstof. De docent zorgt voor afwisseling in de oefentypes. Leerlingen leren op deze manier verschillende leerstrategieën te gebruiken. De opdrachten en/of werkvormen sluiten aan bij de vooropgestelde leerdoelen. Wanneer leerlingen (online) opdrachten krijgen is het belangrijk dat ze goed begrijpen wat ze moeten doen, hoe ze hulp van de docent kunnen krijgen en feedback kunnen krijgen over hoe ze iets kunnen verbeteren. Daarnaast geeft de docent verlengde instructie aan de leerlingen die het leerdoel nog niet behaald hebben. Verder biedt de docent verrijking en verdieping aan de leerling die dat nodig hebben. Zo kan er gedurende de les gedifferentieerd worden.

Voorspel in één zin
waar de tekst over gaat.

Wat vond je van de afgelopen les?

😒🙁😐🙂😃