In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 35 min
Onderdelen in deze les
Metaaltechniek losneembare verbindingen
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Een bout met een moer.
Onderwerp van vandaag:
Losneembare verbindingen
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Op een bout past altijd een moer. Een moer is meestal een zeskant.
Hier zijn veel verschillende soorten van.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Verschillende soorten ringen
Slide 7 - Tekstslide
Steeksleutel
Ringsleutel
Steek-ringsleutel
Dit zijn gereedschappen die gebruikt worden voor het los- en vastdraaien van moeren en bouten
Bahco
moer
bout
Slide 8 - Tekstslide
Steeksleutel
Een steeksleutel heeft aan één of beide uiteinden een open bek. Deze opening past om een moer met een bepaalde sleutelwijdte.
Slide 9 - Tekstslide
ringsleutel
ringsleutel beter dan moersleutel
sluit beter om de moer
schiet minder snel uit
Slide 10 - Tekstslide
Moerdop
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Inbussleutel
Inbussleutels zijn langwerpige, zeskantige sleutels die aan één kant onder een hoek van 90 graden zijn omgezet. Hiermee kunnen inbusbouten en inbusmoeren worden in- of uitgedraaid.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Klinken
Het klinken of klinkwerk is een manier om onderdelen van een constructie aan elkaar te verbinden door middel van klinknagels (popnagel).
Slide 15 - Tekstslide
Blindklinknageltang (popnageltang)
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Lijmen
Hout en andere materialen kun je verbinden door het aan elkaar vast te lijmen. Hierbij moet je op letten of het lijmsoort dat je gebuikt geschikt is voor buiten of binnen.
Lijmverbindingen kunnen heel sterk zijn en je ziet geen schroef of spijkergaten. Nadeel is dat het vaak langer duurt dat de verbinding sterk is omdat de lijm eerst moet drogen.
Lijm kun je vaak weer laten oplossen. Hiervoor kun je een föhn gebruiken. Daarom valt deze onder een losverbinding.
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Belangrijke aanwijzingen
Slide 20 - Tekstslide
Welke bout/schroef is sterker: een verzinkte of een RVS bout/schroef?
A
1 - Een verzinkte bout/schroef
B
2 - Een RVS bout/schroef
Slide 21 - Quizvraag
Met een bout en moer kun je een verbinding maken. Waarmee kun je een zeskante moer los- of vastdraaien?
A
met een steeksleutel en met een ringsleutel
B
alleen met een steeksleutel
C
alleen met een ringsleutel
D
alleen met een schroevendraaier
Slide 22 - Quizvraag
Waarom kan je bij het aandraaien van een moer beter een ringsleutel gebruiken dan een steeksleutel?
A
Een ringsleutel past beter op de moer
B
Het is veiliger voor de gebruiker
C
Je kunt dan meer kracht zetten
Slide 23 - Quizvraag
Wat zie je hier?
A
Steeksleutel
B
Ringsleutel
C
Dopsleutel
D
Verstelbare moersleutel (Bijv. Bacho)
Slide 24 - Quizvraag
Is dit een.......
A
Klinknagel
B
Inbusbout
C
Slotbout
D
Treknagel
Slide 25 - Quizvraag
A
Inbussleutels
B
Ringsleutels
C
90-sleutel
D
Mini-ratels
Slide 26 - Quizvraag
Je kijkt hier naar een.......
A
Inbussleutel
B
Ratel
C
Moerdop
Slide 27 - Quizvraag
Les afsluiten
Slide 28 - Tekstslide
Exit:
Je krijgt een vel papier.
Als de tijd loopt noteer je zoveel mogelijk termen die in deze les zijn gebruikt.
Timer gaat af:
Wissel met je buurman van vel papier en tel de woorden die je buurman opgeschreven heeft. Controleer ook of deze kloppen.