Toets 5.1 en 5.2 oefenen

welk begrip hoort bij deze zin: Een land met één centrale regering met daarnaast in elke deelstaat een eigen regering. Heet ook bondsstaat.
1 / 26
volgende
Slide 1: Open vraag
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

welk begrip hoort bij deze zin: Een land met één centrale regering met daarnaast in elke deelstaat een eigen regering. Heet ook bondsstaat.

Slide 1 - Open vraag

Slide 2 - Tekstslide

van welk land was India vroeger een kolonie?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

de bevolking van India groeit snel. in 2025 zal India de grootste bevolking ter wereld hebben.
A
goed
B
fout

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

welk geloof komt het meest voor in India, en noem 1 kenmerk

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Tekstslide


A

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

hoe heet het systeem op de vorige dia?

Slide 12 - Open vraag

het kastensysteem zorgt voor sociale ongelijkheid.
A
goed
B
fout

Slide 13 - Quizvraag

Vanaf je geboorte hoor je bij een bepaalde kaste en je kunt tijdens je leven niet van kaste veranderen. Die afkomst bepaalt welk beroep je moet kiezen. Ook moet je trouwen met iemand uit je eigen kaste en moet je je houden aan de leefregels van je kaste. 

Slide 14 - Tekstslide

op het noordelijk halfrond maakt de wind een afwijking naar links
A
goed
B
fout

Slide 15 - Quizvraag

lucht stroom altijd van een hoge druk naar een lage druk.
A
goed
B
fout

Slide 16 - Quizvraag

Wat doet de lucht als de zon loodrecht staat?
A
stijgt op en warmt op
B
daalt en warmt op
C
stijgt op en koelt af
D
daalt en koelt af

Slide 17 - Quizvraag

waar de zon loodrecht staat heb je altijd een hoge druk
A
goed
B
fout

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

India heeft droge winters en natte zomers. Dat komt door de moesson. Wat is deze moesson?
A
Een storm vanuit de Himalaya
B
Een hittegolf
C
Half jaarlijks van richting wisselende wind
D
Een orkaan met veel onweer en neerslag

Slide 20 - Quizvraag

in welke seizoen heeft India te maken met de natte moesson

Slide 21 - Open vraag

Sleep de moesson naar het juiste plaatje!
Zomer moesson
Winter moesson

Slide 22 - Sleepvraag

Waarom is het in de wintermaanden zo droog in India? er zijn 2 antwoorden goed
A
er is dan stijgende lucht
B
er is dan dalende lucht
C
lucht stroomt naar zee
D
lucht komt van zee

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

 In welk seizoen staat de zon Loodrecht?
Met welke moesson heb je dan te maken?

Slide 25 - Tekstslide

Nu studeren voor de toets voor jezelf. laatste 5 minuten mag je met elkaar kletsen.

Slide 26 - Tekstslide