EHBO

EHBO
Les dinsdag 12 januari 
Tijd: 13.00-15.00 
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

EHBO
Les dinsdag 12 januari 
Tijd: 13.00-15.00 

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van de les heb je geleerd:

- Waar de letters EHBO voor staan
- Wat de 5 basisregels zijn
- Hoe te handelen bij een bloedneus, snijwond, brandwond en       flauwte/ bewusteloosheid
- Wat je moet doorgeven bij een 112 melding

Slide 2 - Tekstslide

Waar staat de afkorting EHBO voor?

Slide 3 - Open vraag

De meeste ongelukken gebeuren thuis, geef voorbeelden

Slide 4 - Open vraag

EHBO basis regels
  1. Let op gevaar
  2. Ga na wat er is gebeurd en daarna wat het slachtoffer mankeert
  3. Stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting
  4. Zorg voor professionele hulp
  5. Help het slachtoffer op de plaats waar hij zit of ligt

Slide 5 - Tekstslide

We behandelen vandaag:
- Bloedneus
-Snijwonden 
-Brandwonden
-Flauwvallen/ bewusteloosheid

Slide 6 - Tekstslide

Bloedneus

Slide 7 - Tekstslide

Wat moet je doen bij een bloedneus?

Ga rustig zitten en snuit de neus.
Houd het hoofd licht voorover.
Knijp de neus minstens 10 minuten* dicht, vlak onder het neusbeen.
Blijft het daarna bloeden, knijp de neus opnieuw 10 minuten lang dicht.
Neem contact op als de bloedneus na 2 keer 10 minuten niet is gestopt.

* het filmpje houdt steeds 10 min aan, op internet lees je ook wel 5 min...

Slide 8 - Tekstslide

Janneke heeft bij gymnastiek een bal op haar neus gekregen, ze heeft een bloedneus. Mag ze de neus snuiten?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quizvraag

Snijwonden

Slide 10 - Tekstslide

Aanleggen snelverband

Slide 11 - Tekstslide

Bij een kleine snijwond...zoals in het filmpje...
Spoel  de wond eerst schoon met water, voorzichtig droogdeppen
Leg een snelverband  aan, soms is een pleister voldoende
Geen verband bij de hand?  Gebruik een schone theedoek

Hechten of plakken; het liefst binnen 12 uur
Bij twijfel altijd een arts raadplegen

Slide 12 - Tekstslide

Aanleggen vingerverband

Slide 13 - Tekstslide

In groepjes oefenen: aanleggen snelverband en vingerverband

Materiaal na afloop weer netjes terugleggen

Slide 14 - Tekstslide

Vingerbob

Slide 15 - Tekstslide

Brandwonden

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Je moet brandwonden behandelen met lauw water
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Wat is het allerbelangrijkste bij een brandwond?
A
Brandwonden zalf smeren
B
Sieraden af doen
C
Een pleister er op plakken
D
Koelen met water

Slide 19 - Quizvraag

Verbrandingen kunnen eerstegraads, tweedegraads of derdegraads zijn.
Welke symptomen horen bij eerstegraads brandwonden?

A
De huid is rood en dikker dan normaal
B
De brandwond doet geen pijn
C
De huid is verkoold
D
Er zitten blaren op de huid

Slide 20 - Quizvraag

Als je hete thee of koffie over je arm krijgt kun je brandwonden krijgen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Wat is NIET WAAR over brandwonden?
A
Je moet 10-20 minuten koelen met lauw water.
B
Je moet 10-20 minuten koelen met ijs.
C
Je moet de sieraden afdoen als dat kan

Slide 22 - Quizvraag

Door te lang in de zon liggen kun je 1e graads brandwonden krijgen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Symptomen als roodheid en blaren, zijn een teken van een _________________ verbranding.
A
1e-graads
B
2e-graads
C
3e-graads

Slide 24 - Quizvraag

Hoelang moet je een brandwond koelen?
A
15
B
10
C
5
D
19

Slide 25 - Quizvraag

Flauwvallen/ bewusteloosheid

Slide 26 - Tekstslide

Stabiele zijligging

Slide 27 - Tekstslide

Oefenen stabiele zijligging

Slide 28 - Tekstslide

Wat is het eerste wat je doet als je een slachtoffer ziet liggen?
A
zorgen voor veiligheid
B
vragen wat er is gebeurt
C
koelen
D
112 bellen

Slide 29 - Quizvraag

Wat moet je doorgeven als je 112 belt...

Slide 30 - Open vraag

Welke handeling doe ik bij iemand die bewusteloos is?
A
Greep van Heimlich
B
Stabiele zijligging
C
Greep van rautek

Slide 31 - Quizvraag

Extra stof....
Geen ademhaling? Dan start je met reanimeren.... dit
gaan we misschien later in het jaar nog een keer oefenen.

Slide 32 - Tekstslide

Wanneer moet een slachtoffer gereanimeerd worden?
A
Als er voor aanvang duidelijk is dat het slachtoffer een rechtsgeldige niet-reanimeren verklaring heeft.
B
Als het slachtoffer bewusteloos is maar nog wel ademt
C
Als het slachtoffer een flauwte heeft
D
Als het slachtoffer geen normale ademhaling meer heeft

Slide 33 - Quizvraag

Als de AED gehaald is hoeveel borstcompressies geef je het slachtoffer dan nog?
A
30
B
geen
C
2
D
20

Slide 34 - Quizvraag

Waar staat AED voor?
A
Automatische Externe Defibrillator
B
Algemene Externe Defibrillator
C
Algemeen Exclusief DNA
D
Astma Epilepsie (syn)Droom

Slide 35 - Quizvraag

Oefenen Rollenspel 112 Praktijkkaart B13 Wat een pech!

Slide 36 - Tekstslide

Afsluiten van de les
Hebben we onze lesdoelen gehaald?

- Waar de letters EHBO voor staan
- Wat zijn de 5 basisregels 
- Hoe te handelen bij een bloedneus, snijwond, brandwond en flauwte/bewusteloosheid

Slide 37 - Tekstslide