Les 14, H + leerles (13-11) H1B


Pak je werkboek, aantekeningenschrift en etui.
Ga lezen in je Nederlands boek of steek je vinger op voor een nieuwe woordzoeker.


Aujourd'hui, c'est mercredi
H1B
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les


Pak je werkboek, aantekeningenschrift en etui.
Ga lezen in je Nederlands boek of steek je vinger op voor een nieuwe woordzoeker.


Aujourd'hui, c'est mercredi
H1B

Slide 1 - Tekstslide

Le programme:
- H, grammaire herhalen
- Leertijd voor proefwerk + extra uitleg


Slide 2 - Tekstslide

Les buts (leerdoelen):
- Aan het einde van de les ken je de persoonlijk voornaamwoorden 
- Aan het einde van de les kun je het werkwoord 'avoir' (hebben) gebruiken
- Aan het einde van de les heb je geleerd voor het proefwerk

Slide 3 - Tekstslide

Est-ce que tout le monde est présent?
- Zijn we compleet? Wie missen we?

Slide 4 - Tekstslide

Opbouw proefwerk:
- Luisteroefening 
- Vocabulaire (woordjes)
- grammatica D+H
- Phrases-clés C+G (zinnen)
- Leesoefening
- Vocabulaire (woordjes)
Oefentoets in mail

Slide 5 - Tekstslide

H, grammaire
(het persoonlijk voornaamwoord + avoir (hebben)

Wat weet je nog van de vorige les?


Slide 6 - Tekstslide

H, grammaire

Tijdens MO heb je hier een start meegemaakt. Vandaag gaan we het herhalen.

Ouvre le livre à la page 48
Koppel je laptop met de LessonUp!

Slide 7 - Tekstslide

Video 1

Het persoonlijk voornaamwoord

Slide 8 - Tekstslide

Aantekening 'het persoonlijk voornaamwoord':
Open je aantekeningenschrift en schrijf mee.

Slide 9 - Tekstslide

Even oefenen...
Schrijf de antwoorden in je schrift.

Slide 10 - Tekstslide

Vertaal het persoonlijk voornaamwoord:
ik
A
tu
B
je
C
il
D
elles

Slide 11 - Quizvraag

Vertaal het persoonlijk voornaamwoord:
hij
A
ils
B
elle
C
il
D
vous

Slide 12 - Quizvraag

Vertaal het persoonlijk voornaamwoord:
wij
A
vous
B
je
C
on / nous
D
nous

Slide 13 - Quizvraag

Vertaal het persoonlijk voornaamwoord:
zij (meervoud)
A
elles
B
elle

Slide 14 - Quizvraag

Welk persoonlijk voornaamwoord gebruik je voor 'de vrienden'

A
je
B
vous
C
tu
D
ils

Slide 15 - Quizvraag

Video 2
Het werkwoord avoir (hebben)

Slide 16 - Tekstslide

Aantekening 'avoir (hebben)':
Open je aantekeningenschrift en schrijf mee.

Slide 17 - Tekstslide

Kies de juiste vorm van avoir:
Nous ........ un chat
A
avons
B
avez
C
a
D
ai

Slide 18 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van avoir:
Tu ........ un livre.
A
ai
B
as
C
a
D
ont

Slide 19 - Quizvraag

Vul de juiste vorm van 'avoir' in:
Elle ...... une pizza.

Slide 20 - Open vraag

Vul de juiste vorm van 'avoir' in:
Lisa ...... une pizza.

Slide 21 - Open vraag

Vul de juiste vorm van 'avoir' in:
Vous ...... une voiture?.

Slide 22 - Open vraag

Vul de juiste vorm van 'avoir' in:
Mes soeurs ....... un livre.

Slide 23 - Open vraag

Vul de juiste vorm van 'avoir' in:
Tu ...... une pomme?

Slide 24 - Open vraag

Questions?
Zijn er nog vragen over grammaire H?

Slide 25 - Tekstslide

Au travail:
Quoi (wat)? Ga leren voor het PW van volgende week.
Comment (hoe)? Individuellement en silence

Wil je extra uitleg van grammatica? Geef het aan!

Slide 26 - Tekstslide

Les devoirs (huiswerk):
- Leren voor het proefwerk van maandag

Slide 27 - Tekstslide

Blooket gram H??
avoir + pers vnw.

Slide 28 - Tekstslide

Parler en français:
  • Comment tu t'appelles?
  • Tu as quel âge?
  • ...... 
Tijdens het Frans spreken luisteren we naar elkaar en lachen we elkaar nooit uit!

Slide 29 - Tekstslide

A, lire 
Ouvre le livre à la page .....

Slide 30 - Tekstslide

Au travail:
Quoi (wat)? Fais exercice 2B, 4, 6ABC en 7A
Comment (hoe)? Individuellement ou ensemble en 2 (fluisteren)
Temps (tijd)? Tot het einde van de les
Prêt (klaar)? Apprendre vocabulaire A (Slim stampen)

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide