4.4 maw a4

Paradigma's 


  • Je kent het verschil tussen actor/structuur en consensus/conflict 
  • Je kunt de verschillende paradigmas benoemen
  • Je leert de verschillende paradigma's toe te passen
 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Paradigma's 


  • Je kent het verschil tussen actor/structuur en consensus/conflict 
  • Je kunt de verschillende paradigmas benoemen
  • Je leert de verschillende paradigma's toe te passen
 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Van theorie naar paradigma 
Binnen de sociale wetenschappen is 
er niet één heersend idee, 
maar  verschillende paradigma's!

Slide 4 - Tekstslide

Structuur VS Actor 
  • De structuur van een samenleving kan betere verklaringen bieden van maatschappelijke kwesties i.p.v. kijken naar individuen.
VS
  • Bekijk maatschappelijke kwesties door gezamenlijk gedrag van veel actoren (individuen of groepen) in kaart te brengen.

Slide 5 - Tekstslide

Conflict VS Consensus
  • Conflict is de basis van een samenleving. bv. macroniveau: arm vs. rijk en microniveau: ouders vs. kinderen.
VS
  • Een samenleving waar een stabiele toestand (consensus, overeenstemming) is of er gestreefd wordt naar een stabiele en evenwichtige situatie. 

Slide 6 - Tekstslide

Indeling paradigma's 

Slide 7 - Tekstslide

Rationele-actor paradigma
Kern:
Actoren streven zo veel als mogelijk hun
eigenbelang na. Bij hun beslissingen maken ze een  rationele afweging tussen voor- en nadelen (homo economicus). 

Kosten VS Baten
Adam 
Smith

Slide 8 - Tekstslide

Sociaal constructivisme paradigma
Het sociaal constructivisme stelt dat verschijnselen sociale constructies zijn. 
De werkelijkheid is dan ook sociaal geconstrueerd.

'De' werkelijkheid bestaat niet. Wat men ziet hangt af van de sociale 
context. Is ontstaan in onderlinge interacties.
Max Weber

Slide 9 - Tekstslide

Het functionalisme-paradigma 
Sterk belang van onderlinge verbondenheid (sociale cohesie) 
Iedereen heeft eigen functie in de samenleving 

Samenleving als een lichaam met organen
met ieder een eigen functie.

Voor het voortbestaan van een samenleving 
is een zekere mate van cohesie noodzakelijk. 

Emile Durkheim

Slide 10 - Tekstslide

Het conflict-paradigma
Afwezigheid van sociale cohesie,
gericht op sociale ongelijkheid

 Dit duidt mogelijk op 
sociale uitsluiting en kan leiden tot conflicten.

Mensen zijn ongelijk in de samenleving, 
conflicten zijn niet te vermijden -> verandering


Karl Marx

Slide 11 - Tekstslide

Hoe kijken sociale wetenschappers naar de problematiek van zwervers?
Bekijk de foto (volgende slide)  van een zwerver in Nederland, een land dat behoort tot de tien rijkste landen ter wereld.

 Kijk naar dit beeld als sociale wetenschapper. Schrijf op wat je ziet door de bril van een sociale wetenschapper? 

Doe dit individueel!

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht (individueel)
Lees de tekst door.
Beantwoord: 1) Noteer een citaat op micro en op macro niveau, leg uit waarom dit citaat op micro of op macro niveau past. 
2) Noteer uitspraken uit het artikel die passen bij de verschillende dimensies (dus 1 vanuit actor/conflict, 1 actor/consensus, 1 structuur/conflict, 1 structuur/consensus) 
3) Ga per citaat na of dit ook bij het bijpassende paradigma past, geef hiervoor argumenten. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Terug naar de opdracht bij de foto van de zwerver! 

In twee/drietal: bekijk wat de ander heeft opgeschreven over de foto.
Wat herken je in de beschrijvingen:
  • Is de beschrijving meer vanuit het micro- of macroniveau?
  • Is de beschrijving meer gericht op consensus of meer op conflict?
  • Welke paradigma is mogelijk te herkennen in deze beschrijving?
  • Check samen of jullie vinden dat elkaars omschrijving klopt? 
  • Met 10 minuten bespreken we dit klassikaal!

Slide 16 - Tekstslide