Taalkundig ontleden - AV en VRV

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Taalkundig ontleden - AV en VRV

B-boek

Nieuwe theorie

Vandaag

Aanwijzend voornaamwoord

Vragend voornaamwoord

AV - aanwijzend voornaamwoord

Hiermee wijs je iets of iemand aan.

deze, die, dit, dat

Het staat meestal voor een zn.

Voor een het-woord staat dit of dat: dit proefwerk, dat meisje

Voor een de-woord staat die of deze: deze school, die stoel

AV - aanwijzend voornaamwoord

Andere av's zijn:

zo'n, zulke en dergelijke

Zo'n rare film heb ik nog nooit gezien.

Zulke schoenen vind ik niet mooi.

Ik houd niet van dergelijke kleuren.

AV - aanwijzend voornaamwoord

Dit, die en dat kunnen ook zelfstandig gebruikt worden. Er staat dan geen zelfstandig naamwoord bij. Ze verwijzen naar iets dat al eerder is genoemd.

Mooie sneakers, die wil ik ook! Je kunt deze wel van me overnemen, ik pas ze niet meer.

Kies een passend AV:
Op ... oude schilderij staat de burgemeester van Venlo.

1. deze
2. dit
3. die

Kies de passende AV's:
Heb je ... boek gekocht bij ... winkeltje?

1. deze - dat
2. dit - die
3. dit - dat

VRV - vragend voornaamwoord

Met een vrv vraag je naar een persoon of een ding:

Wie wil er nog een ijsje?

Weet jij wat we moeten leren voor Frans?

Er zijn vier vragende voornaamwoorden:

wie / wat / welk(e) / wat voor (een)

VRV - vragend voornaamwoord

Een vrv verwijst altijd naar een persoon of ding. Andere woorden aan het begin van een vragende zin, zijn dus géén vragende voornaamwoorden.

Hoe ga jij naar school toe?

Waarom maak jij je huiswerk niet?

Noteer de VRV's:
Wie heeft jouw huiswerk gemaakt?

Noteer de VRV's:
Waarom heb je mijn tas niet gepakt?

Huiswerk

Maak van H4.7:

opdracht 3, 4, 7, 9 en 11 op blz. 53-56 van je B-boek

Klaar?

- Maak H4.7 opdracht 1 als extra oefening

- Lezen in je leesboek

- Cambiumned.nl --> zelf oefenen