Dagprogramma

Waarom is een goed dagprogramma belangrijk?
A
De wet eist dat
B
Zodat iedereen binnen je organisatie weet wat te doen.
C
Bied houvast, veiligheid en voorspelbaarheid
D
Goed voor de concentratie
1 / 14
volgende
Slide 1: Quizvraag
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Waarom is een goed dagprogramma belangrijk?
A
De wet eist dat
B
Zodat iedereen binnen je organisatie weet wat te doen.
C
Bied houvast, veiligheid en voorspelbaarheid
D
Goed voor de concentratie

Slide 1 - Quizvraag

Op welke groep is een dagprogramma de grootste uitdaging?
A
Alle groepen!
B
Babygroep
C
peutergroep
D
verticaal

Slide 2 - Quizvraag

Een goed dagritme heeft....
A
De juiste balans tussen actieve en rustige momenten
B
minimaal 3 leidsters
C
Een pauze van anderhalf uur
D
minimaal 5 activiteiten

Slide 3 - Quizvraag

Een boekje voorlezen voor het slapen gaan is een voorbeeld van;
A
Een ritueel
B
Een handeling
C
Sensomotoriek
D
structuur

Slide 4 - Quizvraag

Op mijn stage is er een goed en duidelijk dagprogramma, met zowel geplande activiteiten als vrijspel.

Slide 5 - Poll

Het 4 ogen principe houdt in ?
A
Er moet altijd 1 paar extra ogen meekijken
B
een bepaalde observatie
C
Een geplande activiteit
D
Geen van alle is juist

Slide 6 - Quizvraag

Het dagprogramma van een baby moet...
A
Vooral bestaan uit veel rust
B
Nauw aansluiten op het programma thuis
C
niet te strak zijn
D
werkbaar zijn voor het KDV

Slide 7 - Quizvraag

Welke leeftijd moet je zo nu en dan eens laten ontsnappen aan het dagritme?
A
Baby's
B
dreumes
C
peuter
D
kleuter

Slide 8 - Quizvraag

een voorbeeld van een ritueel in de KDV is
A
Afscheid nemen
B
begroeten
C
Wennen
D
alle bovengenoemde

Slide 9 - Quizvraag

Wie is Marianne Riksen Walraven?
A
Ontwikkelingspsycholoog, oprichter basis principes kinderopvang
B
Orthopedagoog
C
Oprichtster Efteling
D
Spelkundige

Slide 10 - Quizvraag

1 van de voorwaardes die zij heeft geschept voor goede kinderopvang is;
A
het bieden van emotionele veiligheid
B
Persoonlijke kwaliteit bevorderen
C
Sociale kwaliteiten bevorden
D
normen en waarden overbrengen

Slide 11 - Quizvraag

Welke examen gaat dit vak over
A
Examen B
B
Examen D
C
Examen F
D
Examen A

Slide 12 - Quizvraag

Wat is belangrijk bij het afscheids ritueel?
A
kort en krachtig
B
niet te abrupt
C
Ouder mag pas gaan als het kind niet huilt
D
geen van bovenstaande

Slide 13 - Quizvraag

Van het fruit-moment naar vrij spel moment noem je een
A
Ritueel
B
overgangsmoment
C
drukke bedoeling
D
Moment van bezinning

Slide 14 - Quizvraag