Herhaling elektriciteit

Herhaling en extra oefening
H5 Energie
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Herhaling en extra oefening
H5 Energie

Slide 1 - Tekstslide

Vermogen

Slide 2 - Tekstslide

Vermogen

Slide 3 - Tekstslide

Vermogen berekenen
vermogen = spanning x stroomsterkte

Slide 4 - Tekstslide

Chris sluit de wasmachine (vermogen = 1950W) en de droger (vermogen = 2300W) aan op 1 groep. Deze groep is beveiligd met een zekering van 16A.. Beide apparaten werken op netspanning.
—> Bereken de stroomsterkte door de droger. Noteer je hele uitwerking (geg, gev, form, uitw en antw)

Slide 5 - Open vraag

Reken uit wat de spanning is over een hoogspanningsmast als de stroomsterkte hierdoor 2000A is, en het vermogen wat getransporteerd wordt 500MW is. Schijf je hele berekening op.

Slide 6 - Open vraag

Rendement

Slide 7 - Tekstslide

Rendement

Slide 8 - Tekstslide

Bereken het rendement. Schrijf alle stappen

Slide 9 - Open vraag

Er valt op een zonnecel 1080 W aan stralingsenergie. Het elektrisch vermogen is in deze situatie 135 W. Bereken het rendement in deze situatie.

Slide 10 - Open vraag

Capaciteit
De capaciteit van een batterij geeft aan hoeveel energie er in opgeslagen kan worden. 

Een iPhone 7 batterij heeft een capaciteit van 1.960 mAh 

Slide 11 - Tekstslide

Formule voor capaciteit:
A
Capaciteit = spanning : stroomsterkte
B
Capaciteit = weerstand x tijd
C
Capaciteit = stroomsterkte x tijd
D
Capaciteit is geen formule voor.

Slide 12 - Quizvraag

Een accu kan 10 ampère voor 5 uur leveren. Bereken de capaciteit van de accu.
A
Capaciteit = 10 / 5 = 2 Ah
B
Capaciteit = 10 x 5 = 50 Ah
C
Capaciteit = 10 - 5 = 5 Ah
D
Capaciteit = 10 + 5 = 15 Ah

Slide 13 - Quizvraag

Een lampje met een vermogen van 10W is aangesloten op twee 5V batterijen die serie geschakeld zijn. Na 6h brandt het lampje niet meer.
Wat is de capaciteit van een lampje?

Slide 14 - Open vraag

De batterijen in de zaklamp hebben een capaciteit van 3000 mAh. De ledlamp kan 15 uur branden op volle batterijen.
Bereken de stroomsterkte die de batterijen leveren.

Slide 15 - Open vraag

Elektrische energie
Elektrische energie = vermogen x tijd
E = P x t
E = energieverbruik in kWh
P = vermogen in kW
t = tijd in uur (h)

Slide 16 - Tekstslide

Keuzeuur
Wat gaan we doe?

Eerst samen oefenen
Daarna werken aan gemengde opdrachten

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

zekeringen
voorkomen van overbelasting/kortsluiting
verplicht in huis (meterkast)
meerdere groepen
16A zekeringen
snel uitgaan

Slide 19 - Tekstslide

Kortsluiting

Slide 20 - Tekstslide

Elektriciteitsdraad
  • Fasedraad - bruin
  • Nuldraad - blauw
  • Aarddraad (verbonden met metalen pin in de grond) - groen/geel
  • Schakeldraad - zwart

Slide 21 - Tekstslide

Een aardlekschakelaar vergelijkt de stroom in twee draden. Welke twee zijn dat?
A
Fasedraad en schakeldraad
B
Fasedraad en aarddraad
C
Fasedraad en nuldraad
D
Nuldraad en aarddraad

Slide 22 - Quizvraag

Welke draad in een huisinstallatie heeft een zwarte kleur?
A
Aarddraad
B
Fasedraad
C
Nuldraad
D
Schakeldraad

Slide 23 - Quizvraag

Welke kleur heeft de fasedraad
A
blauw
B
bruin
C
zwart
D
groen/geel

Slide 24 - Quizvraag

Welke kleuren en functie hebben de draden.
A
Bruin: Nuldraad - O V Blauw: Aardedraad, veiligheid Groen-Geel: Fasedraad - 230 V
B
Rood: Fasedraad - 230 V Blauw: Nuldraad - O V Groen-Geel: Aardedraad, 230 V
C
Bruin: Fasedraad - 230 V Blauw: Nuldraad - O V Groen-Geel: Aardedraad, veiligheid, OV
D
Rood: Nuldraad - O V Blauw: Aardedraad, veiligheid Paars: Fasedraad - 230 V

Slide 25 - Quizvraag

Op welke draad staat altijd 230V?
A
Fasedraad
B
Nuldraad
C
Aardedraad
D
Schakeldraad

Slide 26 - Quizvraag

Kortsluiting of overbelasting?
A
Overbelasting
B
Kortsluiting

Slide 27 - Quizvraag

Hoe kan overbelasting ontstaan?

Slide 28 - Open vraag

Bereken het vermogen (P = U x I ).
Gegeven 4 V en 0,26 A.
Graag een berekening.

Slide 29 - Open vraag

Volgens de fabrikant van een smartphone moet de accu met een capaciteit van 3000 mAh goed zijn voor 20 uur gesprekstijd.
Bereken de stroomsterkte in Ampère die de accu levert tijdens een gesprek. Gebruik de vijf stappen! ( C = I x t)

Slide 30 - Open vraag

Joost fotografeert graag. In zijn camera zit een accu met een capaciteit (C) van 1800 mAh en zijn camera gebruikt 0,4 A per uur. Bereken hoelang de camera aan kan staan.
( C = I x t)

Slide 31 - Open vraag

Een gloeilamp met een vermogen van 40 W staat 30 min aan.
Bereken de hoeveelheid elektrische energie in kWh.

Slide 32 - Open vraag

Als je 1 L aardgas verbrandt, komt er 32 000 joule warmte-energie vrij. In een elektriciteitscent daarvan 11,3 kJ omgezet in elektriciteit.
Bereken het rendement van de elektriciteitscentrale.

Slide 33 - Open vraag