H15 De late volwassenheid

H15 De late volwassenheid
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Psychologie/sociologieSecundair onderwijs

In deze les zit 27 slide, met interactieve quiz, tekstslide en 3 video.

Onderdelen in deze les

H15 De late volwassenheid

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waaraan denken jullie als je denkt aan oudere mensen?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Inleiding (doorspoelen tot 1')
Inleiding
  • Welke boodschap heeft dit filmpje?
  • Welke stereotypen zitten erin verwerkt?
  • Welke stereotypen worden weerlegd? 

Kijk naar de volgende fragmenten.
Komt dit overeen met hetgeen jullie dachten?
Lees daarna de inleiding  p. 251 (bij punt 1. Oud worden)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Benidorm Bastards
En? Komt jullie antwoord overeen met wat je gezien hebt in het fragment? Waarom (niet)?

Waarom zouden mensen dit fragment grappig vinden, denk je?

Opdracht 1 p. 251-252: in groepjes van 4

Slide 7 - Tekstslide

Het druist in tegen het stereotiepe beeld dat mensen van ouderen hebben (oud, kunnen niet veel meer, vergeten veel, grijs, kaal...) Dat zie je hier niet!
1. Oud worden
Opdracht 1 p. 251-253:
1. Emiel Pauwels:
  • Vooroordeel: ouderen kunnen niet goed meer bewegen, zijn niet meer fit.
  • Tegenargument: als je traint, kun je tot op hoge leeftijd blijven sporten.

Slide 8 - Tekstslide

Het druist in tegen het stereotiepe beeld dat mensen van ouderen hebben (oud, kunnen niet veel meer, vergeten veel, grijs, kaal...) Dat zie je hier niet!
1. Oud worden
Opdracht 1 p. 251-253:
2. ‘Ouderen hebben nog altijd zin in seks’
  • Vooroordeel: ouderen hebben geen interesse meer in seks.
  • Tegenargument: intimiteit en seks daalt niet omdat je ouder wordt, ze veranderen wel, ze evolueren.


Slide 9 - Tekstslide

Het druist in tegen het stereotiepe beeld dat mensen van ouderen hebben (oud, kunnen niet veel meer, vergeten veel, grijs, kaal...) Dat zie je hier niet!
1. Oud worden
Opdracht 1 p. 251-253:
3. Levenslang leren
  • Vooroordeel: ouderen kunnen niet meer leren. Ze zijn niet geïnteresseerd in activiteiten van jongeren. Er is een kloof tussen jong en oud.
  • Tegenargument: er zijn ouderen die blijven studeren.
    Charles heeft vriendschap gesloten met jongeren en
    doet mee aan hun activiteiten.



Slide 10 - Tekstslide

Het druist in tegen het stereotiepe beeld dat mensen van ouderen hebben (oud, kunnen niet veel meer, vergeten veel, grijs, kaal...) Dat zie je hier niet!
1. Oud worden
Opdracht 1 p. 251-253:
4. Het geluk van België: ouderen zijn gelukkiger
  • Vooroordeel: ouderen zijn ongelukkig, eenzaam,
    humeurig en ontevreden.
  • Tegenargument: de meeste ouderen zijn wel gelukkig, ze voelen zich mentaal gezonder en hebben hun financiële situatie beter onder controle. Ze zijn meer tevreden met hun relatie en hun hoofdactiviteit (pensioen: zelf kiezen).



Slide 11 - Tekstslide

Het druist in tegen het stereotiepe beeld dat mensen van ouderen hebben (oud, kunnen niet veel meer, vergeten veel, grijs, kaal...) Dat zie je hier niet!
1. Oud worden
Opdracht 2 p. 253:
  • Ouderen zijn gelukkig.
  • Ouderen hebben veel vrije tijd. Ze kunnen zich wijden aan hobby’s of familie.
  • Ouderen hoeven niet meer te werken, hoeven niet meer dagelijks voor kinderen te zorgen.



Slide 12 - Tekstslide

Het druist in tegen het stereotiepe beeld dat mensen van ouderen hebben (oud, kunnen niet veel meer, vergeten veel, grijs, kaal...) Dat zie je hier niet!
1. Oud worden
  • Stereotype beeld? Daarom zijn veel mensen er bang voor.
  • Niet allemaal hetzelfde, elke oudere is anders.

Late volwassenheid wordt opgesplitst:
  • Vroege ouderdom: 60 à 65 - 75 à 80j, meestal zijn deze mensen nog zelfstandig en actief
  • Hoge ouderdom: vanaf 75 à 80j, de zorgbehoefte wordt meestal groter

!!! Veroudering = individueel verschillend, verbeterde gezondheidszorg zorgt voor minder achteruitgang en hulpbehoevendheid.

Slide 13 - Tekstslide

Het druist in tegen het stereotiepe beeld dat mensen van ouderen hebben (oud, kunnen niet veel meer, vergeten veel, grijs, kaal...) Dat zie je hier niet!
1. Oud worden
Opgelet!

Wij focussen in onze cursus op normale veroudering. Er zijn veel individuele verschillen en dus ook de meer uitgesproken beelden van achteruitgang (o.a. dementie).

Slide 14 - Tekstslide

Het druist in tegen het stereotiepe beeld dat mensen van ouderen hebben (oud, kunnen niet veel meer, vergeten veel, grijs, kaal...) Dat zie je hier niet!
3. Fysieke ontwikkeling p. 257
  • Vertraging/achteruitgang van verschillende systemen in het lichaam met gevolgen op verschillende gebieden (bv. zicht/gehoor, bemoeilijkte stoelgang... -> tragere ademhaling, spijsvertering en bloeddoorstroming + zie boek)
  • uitdroging huid
  • ontkalking (osteoporoso) -> meer kans op botbreuken
  • veranderingen in de motoriek (minder kracht/lenigheid, pijnlijke gewrichten, minder evenwicht -> meer vallen, vertraagde reactiesnelheid


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Fysieke ontwikkeling p. 257
Dagelijks leven -> veranderingen op motorisch gebied:
spieren: minder krachtig, minder elastisch (dus minder lenig)
artrose (slijtage van gewrichten)
evenwichtszin vermindert (sneller vallen)
reactiesnelheid wordt trager
 Grove motoriek: gaat achteruit

-> bewegen wordt moeilijker en pijnlijker + meer bang om te vallen -> oudere gaat minder spontaan bewegen en activiteiten verminderen
Negatieve vicieuze cirkel mogelijk (use it or lose it-principe, zowel fysiek als cognitief!)





Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Cognitieve veroudering p. 257
  • vertraging in het denken 
  • verminderd geheugen (vooral opslaan van nieuwe info + snelheid verwerken van info)
  •  geen heel uitgesproken verschil -> < concentratie + motivatie
  • verschil ouderdomsvergeetachtigheid en dementie!
  • voordelen: feitenkennis, verbanden leggen, probleemoplossend denken en beoordelingsvermogen - WIJSHEID

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Cognitieve veroudering p. 257
Voordelen: 
  • feitenkennis: grote algemene kennis
  • verbanden leggen: sneller nieuwe feiten een plaats geven
  • probleemoplossend denken en beoordelingsvermogen: beter in oplossen problemen (vooral conflicten tussen  mensen) + nemen beslissingen 

                                                                       WIJSHEID

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Cognitieve veroudering p. 257
Voordelen: 
  • feitenkennis: grote algemene kennis
  • verbanden leggen: sneller nieuwe feiten een plaats geven
  • probleemoplossend denken en beoordelingsvermogen: beter in oplossen problemen (vooral conflicten tussen  mensen) + nemen beslissingen 

                                                                       WIJSHEID

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Cognitieve veroudering p. 257
Dementie: lees de casus van Marie-Louise p. 258
= een ziekte van de hersenen (die slechter gaan werken) waarbij iemand steeds meer moeite krijgt met onthouden, denken en het uitvoeren van dagelijkse taken. Mensen met dementie kunnen bijvoorbeeld vaak dingen vergeten, in de war raken of niet meer weten hoe ze eenvoudige dingen moeten doen. Het dagelijks handelen raakt verstoord en de persoon wordt steeds afhankelijker.
Het komt meestal voor bij oudere mensen en de bekendste vorm is de ziekte van Alzheimer.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Socio-emotionele ontwikkeling
p. 261
  • Positiviteitseffect: 
    - beter beheren emoties
    - minder snel van stuk gebracht
    - focus op positieve zaken
    -> hierdoor zijn de meeste ouderen gelukkig (minder snel boos/zorgen/ruzie)

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Socio-emotionele ontwikkeling
p. 261
  • Toch ook vaak negatieve emoties... wanneer iemand hulpbehoevend wordt, een overlijden moet verwerken...

  •  Oef. 7 p. 261-262: per 2/in groep lezen en voorbereiden

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Socio-emotionele ontwikkeling
p. 261
Door bovenvermelde zaken kan de persoon zich somber voelen. Een vaak voorkomend probleem is depressie.


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Socio-emotionele ontwikkeling
p. 261
  • Erikson: integriteit <-> wanhoop: Kan de oudere tevreden terugblikken op het leven?
     - integriteit = ongeschondenheid = voldoening + genieten -> oudere                  voelt zich  integer + geslaagd in vorige levensfasen (betekenis, zichzelf           kunnen blijven, leven de moeite waard) -> wijsheid + mildheid
     - wanhoop = gevoel dat leven mislukt is; dat eigen identiteit niet heeft               kunnen behouden -> angst voor achteruitgang/dood
  • Oef. 8 p. 263

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies