Les na vakantie 2V

Planning
Herhalen voedingsstoffen                             
Herhalen verbranding                                     
Uitleg 8.2 
Opdrachten                                                               

1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Planning
Herhalen voedingsstoffen                             
Herhalen verbranding                                     
Uitleg 8.2 
Opdrachten                                                               

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Hoe werkt de verbranding in cellen?
Hoe haal je adem?
Hoe komt zuurstof in je bloed?

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling voedingsstoffen
Pak iPad erbij. Ga naar safari en type in de zoekbalk: lessonup.app

Er volgt zo een 'student - pin'

Slide 3 - Tekstslide

timer
0:30
Bouwstoffen

Suiker
Vetten

Mineralen
Water

Eiwitten
Zetmeel
Koolhydraten
Vitaminen

Slide 4 - Sleepvraag

Welk mineraal heb je nodig om rode bloedcellen te maken?
A
Fosfor
B
Calcium
C
Ijzer
D
Jodium

Slide 5 - Quizvraag

Welke vitamine kom je tekort bij Engelse ziekte?
A
Vitamine A
B
Vitamine B
C
Vitamine C
D
Vitamine D

Slide 6 - Quizvraag

In welke organen worden koolhydraten verteerd?
A
Mondholte, maag, twaalfvingerige darm en dunne darm
B
Mondholte, twaalfvingerige darm en dunne darm
C
Mondholte en twaalfvingerige darm
D
Mondholte en dunne darm

Slide 7 - Quizvraag

Herhalen... verbranding (§8.1)

Slide 8 - Tekstslide

Formule verbranding
Verbranding gebeurt in élke cel van het lichaam



Glucose is een brandstof
Doel: energie vrij laten komen

Slide 9 - Tekstslide

Brandstof
Brandstof bevat energie. Bij verbranding komt deze energie vrij.

Slide 10 - Tekstslide

 Voorbeelden van brandstoffen

Slide 11 - Tekstslide

Wat gebeurt er bij het branden van een kaars?
 Wat is er nodig?

 Wat ontstaat er?

Welke energie?

Slide 12 - Tekstslide

Bij het branden van een kaars
Nodig: kaarsvet en zuurstof

Ontstaat: water en CO2

Energie: warmte en licht

Slide 13 - Tekstslide

hardlopen
Nodig:

Ontstaat:

Energie:

Slide 14 - Tekstslide

hardlopen
Nodig: voedsel en zuurstof

Ontstaat: CO2 en water

Energie: warmte en beweging

Slide 15 - Tekstslide

verbranding vindt plaats in alle cellen!

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

wat is géén brandstof?
A
elektriciteit
B
hagelslag
C
hout
D
kaarsvet

Slide 19 - Quizvraag

Bij verbranding ontstaat:
A
Zuurstof
B
Stikstof
C
Koolstofdioxide
D
Vuur

Slide 20 - Quizvraag

Wanneer vindt verbranding plaats?
A
Altijd
B
Alleen als je sport
C
Alleen als je ademhaalt
D
als je wakker bent

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de brandstof voor de mens?
A
Zon
B
Lucht
C
Benzine
D
Voedingsstoffen

Slide 22 - Quizvraag

+
---->
+
+
brandstof
afvalstoffen
Verbranding bij de mens
glucose
zuurstof
energie
koolstof-dioxide
water

Slide 23 - Sleepvraag

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Onderdelen longen van groot naar klein
A
Luchtpijp --> luchtpijptakje --> bronchiën --> longblaasjes --> haarvaten
B
Bronchiën --> luchtpijp --> luchtpijptakje --> haarvaten --> longblaasjes
C
Bronchiën --> luchtpijp --> longblaasjes --> luchtpijptakje --> longblaasjes --> haarvaten
D
Luchtpijp --> bronchiën --> luchtpijptakje --> longblaasjes --> haarvaten

Slide 29 - Quizvraag

Hoe noem je de uitwisseling van gas en zuurstof?
A
Ademhaling
B
Gaswisseling
C
Gasoverdracht
D
Stofwisseling

Slide 30 - Quizvraag

Gaswisseling
Gaswisseling = uitwisseling O2 en CO2 in de longblaasjes

Als je heel actief bent --> cellen hebben veel energie nodig --> veel verbranding in cellen  --> meer O2 nodig en meer CO2 als afvalstof --> snellere ademhaling

Slide 31 - Tekstslide

Gaswisseling moet dus heel snel verlopen!

Slide 32 - Tekstslide

Redenen waarom gaswisseling zo snel is
1. Veel longblaasjes --> groot oppervlak
2. Wand van longblaasjes = dun
3. Veel haarvaten voor opname O2 en afname CO2
4. Ademhaling door de longen: steeds nieuwe zuurstof + je raakt CO2 steeds kwijt 

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

0

Slide 35 - Video

Bescherming longblaasjes
Longblaasjes: dun en teer -->
Lucht schoon- en vochtig gemaakt door:
  1. slijm gemaakt door slijmcellen
  2. trilhaartjes in het slijmvlies
  3. neusharen

Slide 36 - Tekstslide

Voordelen neusademhaling

Slide 37 - Tekstslide

waarom kan er snel gaswisseling plaatsvinden in de longen?

A
de wand van de luchtpijp is erg dun
B
er zit een laagje slijm in de longblaasjes
C
Het oppervlak van de longblaasjes is groot
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 38 - Quizvraag

je kunt beter ademhalen door je neus omdat
A
de lucht dan wordt verwarmd
B
je gewaarschuwd wordt voor gevaarlijke stoffen
C
de lucht vochtig gemaakt wordt
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 39 - Quizvraag

Wat betekent de paarse pijl?
A
Glucose
B
Zuurstof
C
Koolstofdioxide
D
Water

Slide 40 - Quizvraag

Wat betekent de groene pijl?
A
Water
B
Stikstof
C
Zuurstof
D
Koolstofdioxide

Slide 41 - Quizvraag

Waar is de meeste koolstofdioxide in het bloed?
A
Nummer 1
B
Nummer 2
C
Nergens
D
Nummer 1 en nummer 2

Slide 42 - Quizvraag

De luchtpijp vertakt zich in
A
bronchiën/luchtpijptakken
B
longblaasjes
C
luchtpijpvaten
D
luchtpijptakjes

Slide 43 - Quizvraag

Opdrachten 8.2
8 t/m 15

Behalve 10abc (10d wel)

Slide 44 - Tekstslide