Vergelijkingen

Vergelijkingen
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Vergelijkingen

Slide 1 - Tekstslide

Gelijksoortige termen samenvoegen
Wanneer in een formule gelijksoortige termen (dezelfde letters) staan, dan kun je deze samenvoegen.

Bijvoorbeeld: 4 x b + 3 x b = z 
            wordt:  7 x b = z
Kijk wel of je + of - moet doen
Bijv. :    6 x f + 3 x g - 2 x f = a
 wordt: 4 x f + 3 x g = a  

Slide 2 - Tekstslide

Vermenigvuldigingsteken weglaten
Om een formule nog korter te schrijven kun je ook het vermenigvuldigingsteken weglaten.
Zo wordt:   3 x h + 2 x s = t
                     3h + 2s = t

Slide 3 - Tekstslide

Oefenen
Schrijf korter als dat kan:

A)  6 x a + 3 x a = t
B)  4 x c + 7 + 2 x c = v
C)  2 x h + 12 - 5 = r
D)  20 x t - 4 + 7 x t + 6 = p
E)   2 x t + 4 x u - 8 = h
9a = t
A
6c + 7 = c
B
2t + 4u - 8 = h
E
27t + 2 = p
D
2h + 7 = r
C
Klik voor het antwoord

Slide 4 - Tekstslide

Vandaag:

Pijlenketting bij formule





Vergelijkingen
x : + -
x : + -

Slide 5 - Tekstslide

Van een formule kun je een pijlenketting maken door de berekeningen op de pijlen te zetten.

Denk daarbij wel goed om de volgorde van berekeningen:
(haakjes)
 2  of
x of :
+ of -

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld
3 x r + 8 = n
r
x3
+8
n
8 x (s + 2) = d 
s
+2
x8
d

Slide 7 - Tekstslide

Vergelijking
Bij een vergelijking heb je maar één onbekende (letter). Een vergelijking met één onbekende kun je oplossen
Formule:
4 x d + 5 = f
Vergelijking:
4 x d + 5 = 13      maar ook     4 x d + 5 = 7 x d - 1 

Slide 8 - Tekstslide

Vergelijkingen kunnen we oplossen door:

1) Pijlenketting maken
2) Omgekeerde pijlenketting maken
3) Onbekende uitrekenen

Bijv. :4 x d + 5 = 13



      13-5 = 8,  8 : 4 = 2
d=2
d
x 4
+5
13
13
-5
:4
d

Slide 9 - Tekstslide

Huiswerk voor donderdag 4 feb.

Maken t/m 17

Slide 10 - Tekstslide

Herhaling
Maak de formules korter

a) 3 x c + 6 x c - 5 = i

b) 14 x b - 5 x m - 6 x b = 2 x p

c) 5 x r + 8 = f
9c - 5 = i
8b - 5m = 2p
5r + 8 = f

Slide 11 - Tekstslide

Los op:

5d - 4 = 21


2p + 6 = 32

Slide 12 - Tekstslide

Welke past bij welke?

Slide 13 - Tekstslide

Nieuwe manier van vergelijkingen oplossen
De balansmethode
Je gaat aan allebei de kanten van het = teken net zo vaak +, -, : en x doen totdat je aan een kant alleen de letter over hebt.

Slide 14 - Tekstslide

Voorbeeld


8p - 9 = 31
8p - 9   =     31   
+9          +9
8p   =     40
:8           :8
p     =     5
Door aan beide kanten dezelfde berekening te doen blijft de weegschaal in balans

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Oefenen 
Los op met de balansmethode
a)   5t - 6 = 29

b)   55 = 7r -8

c)   6w + 2w + 15 = 39

d)   4s + 8 = 6s - 2


Slide 17 - Tekstslide

Huiswerk voor maandag
Maken t/m 28

Slide 18 - Tekstslide