Management Op2 Week 7 les 13

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
Management GeneriekMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Waarvoor staat de afkorting
CAO
timer
0:20
A
centrale arbeidsovereenkomst.
B
centrale administratie ontvangst
C
collectieve arbeidsovereenkomst
D
centraal arbeidsovereenkomst

Slide 3 - Quizvraag

Wat is het voordeel van een CAO voor een werkgever
timer
0:20
A
Het scheelt hem tijd
B
Hij hoeft zijn personeel minder salaris te betalen

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het voordeel van een Cao voor de werknemer?
timer
0:20
A
Hij krijgt het salaris waar hij recht op heeft
B
Hij verdient meer dan zonder een CAO

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor een onbepaalde tijd contract
timer
0:20
A
flexibel contract
B
vast contract
C
nul uren contract
D
freelance contract

Slide 6 - Quizvraag

Hoe vaak mag een werkgever een bepaalde tijd contract verlengen?
timer
0:20
A
1 keer
B
2 keer
C
3 keer
D
zo vaak als hij wil

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Waar of niet waar: Een freelancer is niet in loondienst van het bedrijf waar hij een opdracht voor uitvoert
timer
0:20
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Door wie wordt een uitzendkracht uitbetaald
timer
0:20
A
Door het bedrijf waar hij arbeid voor verricht
B
Door het uitzendbureau
C
Door het UWV

Slide 10 - Quizvraag

Wie geeft de werkinstructies aan de uitzendkracht?
timer
0:20
A
Het uitzendbureau
B
Het bedrijf waarvoor hij zijn werkzaamheden verricht
C
Het UWV

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Wat is GEEN primaire arbeidsvoorwaarde?
timer
0:20
A
Hoeveelheid vakantiegeld
B
Aantal vakantiedagen
C
Reiskostenvergoeding
D
Hoogte van het loon

Slide 13 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een tertiaire arbeidsvoorwaarde?
timer
0:20
A
Personeelskorting
B
Reiskostenvergoeding
C
Een leasefiets
D
Een goede bedrijfskantine

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Voor welke periode mag je iemand een proeftijd geven als hij begint met een jaarcontract?
timer
0:20
A
Geen proeftijd
B
Maximaal 1 maand
C
Maximaal 2 maanden
D
Maximaal 3 maanden

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Geef minimaal één reden waarom je iemand op staande voet mag ontslaan?
timer
0:40

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

Waar of niet waar: Bij ontslag op staande voet heeft de medewerker recht op een UWV-uitkering
timer
0:30
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Wat is geen voorbeeld van een contract dat 'van rechtswege' wordt beëindigd?
timer
0:20
A
De medewerker overlijdt
B
De medewerker neemt ontslag, omdat hij zijn salaris niet krijgt uitbetaald
C
Het Bepaalde tijd contract loopt af

Slide 22 - Quizvraag

Als een medewerker het niet eens is met zijn ontslag, kan je als medewerker naar de volgende rechter stappen...
timer
0:20
A
De bestuursrechter
B
De arbeidsrechter
C
De kantonrechter
D
De strafrechter

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Waar gaat dit over. Een medewerker heeft wat vage klachten. Het is echter maar de vraag of hij echt niet in staat is om te werken. Waar gaat dit over?
timer
0:20
A
Wit verzuim
B
roze verzuim
C
grijs verzuim
D
zwart verzuim

Slide 25 - Quizvraag

Waar gaat dit over: Jochem meldt zich ziek. Hij heeft een date aan de andere kant van het land en zag geen ander mogelijkheid om haar te ontmoeten.
timer
0:20
A
Grijs verzuim
B
Wit verzuim
C
Zwart verzuim

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide

Waar of niet waar:
Stress kan zowel door werkomstandigheden als door privéomstandigheden ontstaan
timer
0:20
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 28 - Quizvraag

Zet in de juiste volgorde van ernstigheid. Begin met het minst ernstige verschijnsel
A
Stress, burn-out, overspannenheid
B
Stress, overspannenheid , burn-out
C
Overspannenheid, stress, burn-out
D
burn-out, overspannenheid, stress

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Tekstslide

Maak de volgende zin af:
Bij een lage verzuimdrempel...
A
zal het kortdurende ziekteverzuim hoger zijn
B
zal het langdurige ziekteverzuim hoger zijn

Slide 31 - Quizvraag

Wat kan een werkgever doen om het langdurige ziekteverzuim te verlagen?
timer
0:20
A
Medewerkers zich bij jou als leidinggevende laten ziekmelden
B
Met iedere zieke medewerker een verzuimgesprek voeren
C
Medewerkers voor 8 uur s 'morgens laten ziek melden i.p.v. rond 10 uur
D
Zorgen dat het teamgevoel onder de medewerkers groeit

Slide 32 - Quizvraag

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

De arbeidsomstandighedenwet (ARBO-wet) heeft o.a. te maken met de verplichte pauze en rusttijden van medewerkers
timer
0:20
A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quizvraag

Slide 36 - Tekstslide

Van welke partij(en) wordt een serieuze inspanning verwacht om de werknemer bij ziekte zo snel mogelijk weer aan het werk te krijgen?
timer
0:20
A
UWV / werkgever
B
Werknemer / werkgever
C
alleen van de werkgever
D
alleen van de werknemer

Slide 37 - Quizvraag

Slide 38 - Tekstslide

Als werkgever hoef je bij ziekte niet altijd zelf loon door te bepalen. Bedenk een voorbeeld?
timer
1:00

Slide 39 - Open vraag

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide