2.2

Wat weet je nog van de vorige les?
1 / 18
volgende
Slide 1: Woordweb
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 1 - Woordweb

2.2 Een ruime arbeidsmarkt

Slide 2 - Tekstslide

Doelstelling
Je kent verschillende oorzaken van werkloosheid.

Slide 3 - Tekstslide

werkloosheid

Slide 4 - Woordweb

Oorzaken werkloosheid
  • Regionale werkloosheid
  • Seizoenswerkloosheid
  • Frictiewerkloosheid 
  • Verborgen werkloosheid
  • Structurele werkloosheid
  • Conjuncturele werkloosheid

Slide 5 - Tekstslide

Oorzaken werkloosheid
  • Regionale werkloosheid: werkloosheid op basis van een regio, omdat de vraag naar en het aanbod van arbeid verschilt per regio 
  • Seizoenswerkloosheid: werk waar alleen vraag of aanbod naar is in de zomer of juist in de winter.
  • Frictiewerkloosheid: de tijd die het kost om een nieuwe baan te vinden.
  • Verborgen werkloosheid: Mensen die eigenlijk wel (meer) willen werken maar niet meegenomen zijn in de statistieken. Ze denken bijvoorbeeld geen kans te maken dus doen geen poging.


Slide 6 - Tekstslide

Structurele en conjuncturele werkloosheid
Structurele werkloosheid : werk komt niet op korte termijn (terug).
  • Een zelfscankassa in plaats van een kassamedewerker.
  • Een tekort aan wiskunde docenten maar een overschot aan teken docenten, de teken docenten blijven werkloos.
  • De verplaatsing van een kleding fabriek naar Azië.

    Conjunctureel: door een verandering van de bestedingen. De baan kan wel op korte termijn weer terug komen. Meer hierover in paragraaf 4.

Slide 7 - Tekstslide

Djayden werkte als krantenbezorger. Door de komst van de digitale krant is hij zijn baan kwijtgeraakt en is hij werkloos. Wat voor soort werkloosheid is dit?
A
Seizoenswerkloosheid
B
Regionale werkloosheid
C
Structurele werkloosheid
D
Conjuncturele werkloosheid

Slide 8 - Quizvraag

Regionale werkloosheid
Seizoenswerkloosheid
Frictiewerkloosheid
Barpersoneel op appelhof werkt alleen in de zomer.
In een klein dorp in Zeeland gaat het enige restaurant failliet. De medewerkers kunnen nergens anders in de buurt werken.
Meneer Cramer wilde geen kantoorbaan meer, hij nam ontslag. Het duurde 2 maanden voordat hij als docent was begonnen.

Slide 9 - Sleepvraag

In Nederland zijn er te weinig piloten maar te veel stewards en stewardessen. Een deel van de stewards is daarom werkloos. Wat voor werkloosheid is dit?
A
Structurele werkloosheid
B
Conjuncturele werkloosheid

Slide 10 - Quizvraag

Omdat de prijzen stijgen gaan mensen minder uit eten en besteden ze minder geld in restaurants. Hierdoor raakt een deel van het personeel hun baan kwijt. Wat voor werkloosheid is dit?
A
Structurele werkloosheid
B
Conjuncturele werkloosheid

Slide 11 - Quizvraag

Wat hebben we geleerd?

Slide 12 - Woordweb

Examenvraag

Slide 13 - Tekstslide

Examenvraag

Slide 14 - Tekstslide

Examenvraag

Slide 15 - Tekstslide

Examenvraag

Slide 16 - Tekstslide

Examenvraag

Slide 17 - Tekstslide

Zelfstandig oefenen
bladzijde 52+53 in je boek

Slide 18 - Tekstslide