NN7 - Grammatica §4 - Bijvoeglijk naamwoord - 1V

Grammatica §4 
BIJVOEGLIJK NAAMWOORD

1VWO
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Grammatica §4 
BIJVOEGLIJK NAAMWOORD

1VWO

Slide 1 - Tekstslide

Bekijk de volgende zin:
- Dit boek bevat prachtige illustraties.

In deze zin is prachtige een bijvoeglijk naamwoord (bn). Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord: prachtige zegt iets over het zelfstandig naamwoord illustraties. Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord (st.bn) zegt van welke stof (welk materiaal) iets gemaakt is: katoenen overhemden, een polyester zeiljacht.

Slide 2 - Tekstslide

Zo herken je een bijvoeglijk naamwoord

  • Een bijvoeglijk naamwoord staat meestal vóór het zelfstandig naamwoord:
    De Franse actrice (zn) won een belangrijke prijs (zn).
  • Soms staat het bijvoeglijk naamwoord achter het zelfstandig naamwoord:
    De actrice (zn) is Frans en de prijs (zn) die ze won, is in de filmwereld belangrijk.

Slide 3 - Tekstslide

  • Een bijvoeglijk naamwoord heeft vaak een korte vorm (zonder e) en een lange vorm (met een e): bekend – bekende; groot – grote; klef – kleffe; vies – vieze; braaf – brave.
  • Een bijvoeglijk naamwoord kent meestal de ‘trappen van vergelijking’: stellende trap (duur) – vergrotende trap (duurder) – overtreffende trap (duurst).

Slide 4 - Tekstslide

Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord heeft maar één vorm en eindigt meestal op -en: ijzeren, koperen, maar niet als het uit een andere taal komt of een relatief nieuwe stof aanduidt (een suède jas, een nylon tent). Het staat altijd vóór het zelfstandig naamwoord en het heeft geen trappen van vergelijking..

Slide 5 - Tekstslide

Van een werkwoord kun je een bijvoeglijk naamwoord maken. Je benoemt het dan als bijvoeglijk naamwoord: 

verwoesten – de verwoeste stad; de verwoestende orkaan.

Slide 6 - Tekstslide

mooi 
de  ....... film 
een  ....... film

mooi
het ..... paard 
een ....... paard


Slide 7 - Tekstslide

Vul de juiste vormen van het bijvoeglijk naamwoord in.
Zielig - de .............. film - een ........ film

Slide 8 - Open vraag

Vul de juiste vormen van het bijvoeglijk naamwoord in.
populair - de ....... vlogger - een ........ vlogger

Slide 9 - Open vraag

Vul de juiste vormen van het bijvoeglijk naamwoord in.
lieve - het ....... paard - een ........ paard

Slide 10 - Open vraag

Vul de juiste vormen van het bijvoeglijk naamwoord in.
populair - het ....... meisje - een ........ meisje

Slide 11 - Open vraag

Ga nu op je laptop naar Nieuw Nederlands en maak de opdrachten die ik bij 'planning' heb klaargezet voor je. 

Slide 12 - Tekstslide