Organen > delen van het lichaam met een bepaalde taak - bijv. botten voor stevigheid, spieren voor beweging - ieder orgaan heeft een eigen taak - meeste organen liggen in je romp (borst- en buikholte) - het middenrif (dik vlies)verdeelt de romp (tussen borst- en buikholte)
Organen zijn opgebouwd uit weefsels - weefsel > groep cellen met zelfde vorm en functie - weefsels zijn opgebouwd uit cellen (kleinste bouwstenen in een lichaam)
Slide 2 - Tekstslide
8.1 Het werkt
Cellen
Bestaan uit:
Celmembraan > dun vlies aan de buitenkant
Celkern > regelt alles wat er in de cel gebeurt
Cytoplasma > een dikke vloeistof, waarin de celkern dobbert
Slide 3 - Tekstslide
8.1 Het werkt
Wat is een orgaanstelsel?
Orgaanstelsel > groep organen die samenwerken aan dezelfde taak
Spierstelsel > beweging mogelijk maken
Verteringsstelsel > maakt voedsel klein, voedingsstoffen kunnen in het bloed worden opgenomen
Ademhalingsstelsel > neemt zuurstof op uit de lucht en geeft koolstofdioxide af
Bloedvatenstelsel > vervoert voedingsstoffen, zuurstof en andere stoffen
Zenuwstelsel > regelt dat alle organen goed werken
Slide 4 - Tekstslide
8.1 Het werkt
Slide 5 - Tekstslide
8.1 Het werkt
Wat? Maken 8.1 – Opdracht 1 t/m 7
Hoe? Blz. 65 t/m 69
Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
Tijd? 20 minuten
Uitkomst? Opdracht 1 t/m 7 is af.
Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst).
timer
20:00
Slide 6 - Tekstslide
Leerdoelen check
Wat zijn orgaanstelsels?
Welke 5 orgaanstelsels ken je?
Uit welke 3 onderdelen bestaat een dierlijke cel?
Slide 7 - Tekstslide
8.1 Het werkt
Leerdoel(en) van deze les:
Je kunt beschrijven wat orgaanstelsels zijn en hoe orgaanstelsels samenwerken.
Je kunt uitleggen hoe in spieren energie ontstaat en hoe de afvalstoffen ervan uit je lichaam gaan.
Slide 8 - Tekstslide
8.1 Het werkt
Hoe werken orgaanstelsels samen?
Voorbeeld samenwerking orgaanstelsels bij bewegen:
Spierstelsel heeft glucose en zuurstof nodig om spieren te laten bewegen! - Verteringsstelsel > brengt glucose in bloed - Ademhalingsstelsel > brengt zuurstof in bloed - Bloedvatenstelsel > vervoert zuurstof en glucose naar spieren
Slide 9 - Tekstslide
8.1 Het werkt
Hoe komen spieren aan energie?
Verbranding > afbreken van glucose met behulp van zuurstof - hierdoor komt energie vrij - vind in alle cellen plaats - glucose is een energierijke stof - voor verbranding van glucose is zuurstof nodig - afvalstoffen ontstaan > koolstofdioxide en water
Slide 10 - Tekstslide
8.1 Het werkt
Hoe raakt je lichaam afvalstoffen kwijt?
Bij verbranding van glucose door zuurstof ontstaan afvalstoffen > koolstofdioxide en water
Koolstofdioxide > vanuit het bloed naar de longen, daarna uitademen
Water > kwijtraken op drie manier: - je plast het uit (nieren) - je ademt het uit (longen) - je zweet het uit (huid)
Slide 11 - Tekstslide
8.1 Het werkt
Wat? Maken 8.1 – Opdracht 8 t/m 15
Hoe? Blz. 70 t/m 74
Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
Tijd? 20 minuten
Uitkomst? Opdracht 8 t/m 15 is af.
Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst).
timer
20:00
Slide 12 - Tekstslide
Leerdoelen check
Hoe verloopt het proces van verbranding?
Op welke manieren raakt je lichaam de afvalstoffen van verbranding kwijt?
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.