VIRUSSEN + herhaling bacterien en schimmels

Virussen
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Virussen

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Herhalen 
  • Bacteriën & schimmels


Nieuwe lesstof
  • Virussen

Slide 2 - Tekstslide

Herhalen bacteriën

Slide 3 - Tekstslide

Hoe noem je nuttige micro organismen ook wel?
A
Pathogeen
B
A-pathogeen
C
Commensalen

Slide 4 - Quizvraag

Micro organismen kunnen het lichaam binnen dringen via...
A
De lucht en huid
B
Via de spijsvertering
C
Via de slijmvliezen en het bloed
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 5 - Quizvraag

Wat zijn commensalen?
A
nuttige micro-organismen
B
micro-organismen die ziekte veroorzaken
C
micro-organismen die geen ziekte veroorzaken

Slide 6 - Quizvraag

Hoe noem je een bolvormige bacterie ook wel?
A
Kok
B
Bacil
C
Spirocheet

Slide 7 - Quizvraag

welke bacteriën kunnen zonder zuurstof leven?
A
anaerobe bacteriën
B
aerobe bacteriën

Slide 8 - Quizvraag

Welke soorten bacteriën zie je op de onderstaande plaatjes?
Kokken of bolvormige bacteriën
Bacillen of spiraalvormige bacteriën
Spirocheten of spiraalvormige bacteriën

Slide 9 - Sleepvraag

Schimmels en gisten

Schimmels zijn meercellig 
Gisten zijn eencellig

Vormen sporen -> erfelijk materiaal 



Slide 10 - Tekstslide

Schimmels
Overleven in ongunstige omstandigheden. 

Dermatomycose -> huidschimmel

Slide 11 - Tekstslide

Een schimmel vermenigvuldigt zich door middel van:
A
celdeling van de aangetaste plant.
B
zaden
C
Sporen
D
eitjes

Slide 12 - Quizvraag

schimmels zijn eencellig
A
goed
B
fout

Slide 13 - Quizvraag

Schimmels groeien het snelst als de volgende omstandigheden zich voordoen.

A
Warm en droog weer
B
Warm en vochtig weer.
C
Koud en vochtig weer
D
Koud en droog weer.

Slide 14 - Quizvraag

Virussen

Slide 15 - Tekstslide

Wat weet je allemaal
van virussen?

Slide 16 - Woordweb

Virus
Kleiner dan een bacterie

Voortplanten met behulp van plantaardige, dierlijke of menselijke cellen.  

Slide 17 - Tekstslide

Virus
Afhankelijk van gastheercel.

Dringen cel binnen -> nemen alle functies over -> nieuwe virussen maken -> breken open en komen de virussen vrij. 

Slide 18 - Tekstslide

Preventie
  • Handen wassen
  • Niezen in elleboog
  • Materialen desinfecteren voor gebruik. 
  • Wondjes desinfecteren. 

Slide 19 - Tekstslide

Kun je een virus zien met het blote oog?
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een virus en een bacterie?
A
Een bacterie is een organisme en een virus niet
B
Een virus heeft geen eigen stofwisseling
C
Een virus kan zich niet voortplanten zonder een cel
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

hoe noem je deze huidaandoening?
A
verruca (wratten)
B
herpes simplex (koortslip)
C
herpes zoster (gordelroos)
D
intertrigo (smetuitslag)

Slide 24 - Quizvraag