3.4 - Uitscheiding

Thema 3
Bloedsomloop
Atheneum 3
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Thema 3
Bloedsomloop
Atheneum 3

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 3 - De bloedsomloop
3.1 - Bloed
3.2 - De bloedsomloop
3.3 - Het hart
3.4 - Uitscheiding
3.5 - Het immuunsysteem
3.6 - Gezond leven
3.7 - Weefselvloeistof en lymfe
3.8 - Bloedgroepen

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstuk 3 - De bloedsomloop
3.3 - Het hart
Herhaling

Slide 3 - Tekstslide

Hart-longen-hart hoort bij?
A
Kleine bloedsomloop
B
Grote bloedsomloop
C
Geen van beiden

Slide 4 - Quizvraag


Hiernaast zie je een afbeelding van het hart.
Waar bevindt zich zuurstofarm bloed?
A
1
B
2
C
4

Slide 5 - Quizvraag

Bloed uit je handen komt in de linkerboezem binnen via de...
A
Aorta
B
Onderste holle ader
C
Longslagader
D
Bovenste holle ader

Slide 6 - Quizvraag

Het bloed stroomt van een kuitspier via de longen weer terug naar dezelfde kuitspier.
Het bloed gaat daarbij minstens tweemaal door het hart.
Door welke delen van het hart stroomt het bloed hierbij achtereenvolgens?
A
Linkerboezem – linkerkamer – rechterboezem – rechterkamer.
B
Linkerkamer – linkerboezem – rechterkamer – rechterboezem.
C
Rechterboezem – rechterkamer – linkerboezem – linkerkamer.
D
Rechterkamer – rechterboezem – linkerkamer – linkerboezem.

Slide 7 - Quizvraag


De wanden van het hart
A
zijn overal even dik
B
zijn bij de linkerkamer dikker dan de rechterkamer
C
zijn bij de rechterkamer dikker dan bij de linkerkamer
D
zijn bij de boezems dikker dan bij de kamers

Slide 8 - Quizvraag

Hoofdstuk 3 - De bloedsomloop
3.4 - Uitscheiding


Slide 9 - Tekstslide

Doelen van deze paragraaf
Je kan de kenmerken van delen van nieren en urinewegen benoemen
Je kan de taken van delen van nieren en urinewegen benoemen

Slide 10 - Tekstslide

Naamgeving van bloedvaten



Van hart (af) naar nier = nierslagader




Van nier naar hart (toe) = nierader

Slide 11 - Tekstslide

Nieren
BINAS 85A
Filtreren van bloed

180 L voor-
urine

0,9 - 2 L urine

Slide 12 - Tekstslide

Kleur

  • Licht geel: veel water in de urine.
  • Donker geel: weinig water in de urine.
  • Donkergeel tot donkerbruin: kan duiden op leveraandoening.
  • Roze, roodbruin of vleeskleurig: bloed bij de urine. Dit noem je?

Slide 13 - Tekstslide

Uitscheiding
Afvalstoffen uitscheiden

Afvalstoffen ontstaan o.a. bij verbranding:
  • Koolstofdioxide en water

  • Koolstofdioxide via longen
  • Water via huid en nieren

Slide 14 - Tekstslide

De onderdelen van je nieren en urinewegen
Een nier bestaat uit:
het nierschors, niermerg 
en de nierbekken.
Nierschors: bloed gefilterd, 
Via niermerg naar nierbekken
dan naar je urineleiders

Slide 15 - Tekstslide

Nieren en urinewegen

Slide 16 - Tekstslide

Werking nieren en blaas
Bloed gefilterd in de nieren
Water uit bloed gehaald, teveel aan water naar urineblaas via urineleider

In urineblaas wordt teveel aan water opgeslagen
Verlaat via urinebuis het lichaam 

Slide 17 - Tekstslide

Vragen

Slide 18 - Tekstslide

De nieren liggen.....
A
Laag in de buikholte
B
In het midden van de buikholte
C
Hoog in de buikholte
D
In de borstholte

Slide 19 - Quizvraag

Van waaruit wordt bloed aangevoerd aan de nieren?
A
Vanuit de linker -en rechter nieraders
B
Vanuit de linker-en rechter nierslagaders
C
Vanuit de buikslagaders
D
Vanuit de buikaders

Slide 20 - Quizvraag

Wat doen de nieren?
A
Afvalstoffen uit het bloed halen
B
Zuurstof aan het bloed toevoegen
C
Voedingstoffen aan het bloed toevoegen

Slide 21 - Quizvraag

Van buiten naar binnen bestaat de nier uit....
A
Nierschors, niermerg, nierbekken
B
Niermerg, nierbekken, nierschors
C
Nierbekken, niermerg, nierschors
D
Nierschors, nierbekken, niermerg

Slide 22 - Quizvraag

Waar liggen de nieren
A
voorkant buik
B
achterkant buik
C
voorkant borst
D
achterkant borst

Slide 23 - Quizvraag

Aan het werk
Maken
Basisstof 4: opdracht 3 t/m 7

Klaar? Lezen: 
basisstof 5: het immuunsysteem

Slide 24 - Tekstslide

Begrippen
Nieren
Nierslagaders/Nieraders
Nierschors
Niermerg
Nierbekken
Urine
Urineleiders
Urineblaas
Urinebuis

Leerdoelen:
  • Je kan de kenmerken van delen van nieren en urinewegen benoemen
  • Je kan de taken van delen van nieren en urinewegen benoemen

Slide 25 - Tekstslide