Workshop 28 Ouderdomsdepressie

1 / 39
volgende
Slide 1: Video
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 39 slides, met tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer spreek je over een depressie
Iemand moet in ieder geval voldoen aan het kenmerk 
* zeer sombere stemming 
* geen interesse meer in activiteiten hebben 
* geen plezier meer beleven aan activiteiten

Dit moet het geval zijn voor het grootste deel van de dagen over een periode van minimaal twee weken.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

28 Ouderdomsdepressie
Depressie bij ouderen
Als grijstinten de oude dag beheersen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weetje...
  • Meer dan 20 procent van de ouderen heeft lichte tot ernstige klachten. 
  • Ouderdomsdepressie is een veelvoorkomende psychische stoornis bij ouderen, 15 tot 20%
  • Ongeveer 2 tot 3% van de ouderen lijdt aan een ernstige depressie
  • De aandoening gaat gepaard met een verhoogde kans op overlijden

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen

• Legt verschillende vormen van depressie benoemen, met name ouderdomsdepressie uit.
• Legt oorzaken, symptomen en kenmerken van Ouderdomsdepressie uit
• Kan uitleggen welke gevolgen van ouderdomsdepressie kan hebben voor een zorgvrager.
o Lichamelijk
o Psychisch
o Sociaal
• Kan uitleggen hoe je als verzorgende een zorgvragers met ouderdomsdepressie het beste kan ondersteunen en begeleiden.
• Kan de meest voorkomende medicijnen bij ouderdomsdepressie benoemen
• Kan de werking en bijwerking van de meest voorkomende medicijnen van Ouderdomsdepressie uitleggen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 verschillende vormen van depressie
  • Lichte depressie. Bij een lichte depressie lukt het vaak nog om de meeste dagelijkse bezigheden te blijven doen. 
  • Zware depressie.
  • Psychotische depressies. 
  • Chronische depressie.
  • Dysthyme stoornis. (langdurige vaak minder heftige depressie)
  • Seizoensgebonden depressie.
  • Prenatale depressie; (zwangerschapsdepressie)
  • Postpartum depressie (na de bevalling) 
  • Bipolaire of manisch-depressieve stoornis.

Slide 9 - Tekstslide

Bij een dysthyme stoornis kan degene die er aan lijdt, redelijk functioneren in het dagelijkse leven. De klachten zijn meestal niet al te ernstig en lang niet alle symptomen van depressie zijn van toepassing. Wel brengt deze aandoening vaak langdurige somberheid met zich mee, die vrijwel de hele dag voelbaar is.

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vaak voorkomende oorzaken zijn

  • erfelijkheid, in sommige families komen depressies vaker voor dan in andere families
  • eenzaamheid, verlies van sociale contacten
  • verdriet en rouw vanwege het verlies van dierbaren
  • al een ziekte hebben
  • minder mobiel zijn/worden
  • gebruik van medicijnen, hormonen, alcohol en drugs kunnen een depressie uitlokken

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symptomen die kunnen wijzen op depressiviteit bij ouderen zijn

  • somber zijn
  • lusteloos, de stemming is mat en vlak
  • geen energie hebben
  • moeite hebben met slapen, zowel het inslapen als ook het doorslapen
  • concentratieproblemen
  • vergeetachtig zijn
  • prikkelbaar zijn
  • eenzaamheid, zich eenzaam voelen
  • piekeren

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De gevolgen van onbehandelde ouderdomsdepressie zijn een slechte levenskwaliteit, verergering van chronische ziekten en zelfdoding.

Het vroegtijdig herkennen van een ouderdomsdepressie kan levensreddend zijn!

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 gevolgen 
o Lichamelijk
o Psychisch
o Sociaal

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

psychisch
  • stemmingsklachten: somberheid, lusteloosheid, prikkelbaarheid, gebrek aan interesse en plezier, nergens van genieten, gevoelens van machteloosheid, wanhoop en angst, nauwelijks of geen zin in seksueel contact.
  • denken aan zelfdoding.
  • concentratieproblemen, vergeetachtigheid en besluiteloosheid
  • slaapproblemen: moeite met in slaap vallen of doorslapen, of moeilijk uit bed kunnen komen.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lichamelijk
  • lichamelijke klachten zoals verstopping, grote vermoeidheid, gebrek aan eetlust, een droge mond, onverklaarbare pijn, duizeligheid, hartkloppingen, trillende handen, druk op de borst, en hoofd- en rugpijn.
  • slaapproblemen: moeite met in slaap vallen of doorslapen, of moeilijk uit bed kunnen komen

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

sociaal
  • Relatieconflicten, echtscheiding...
  • Seksuele stoornissen: een verlaagd libido, erectiestoornissen bij mannen, anorgasmie (geen orgasme meer kunnen krijgen) bij de vrouw...
  • Ontslag
  • Alcoholisme (frequenter bij mannen)
  • Financiële problemen

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Informatie en acceptatie. Inzicht verruimen, rouw om het verlies aan gezondheid, acceptatie van de aandoening.
  • Medicatietrouw bevorderen.
  • Afname terugvalfrequentie: het leren herkennen van signalen en risicovolle situaties die de depressie opnieuw kunnen triggeren.
  • Bevordering van sociale en persoonlijke relaties. Verbetering van de levenskwaliteit: streven naar een gezonde levensstijl (bewegen, voeding, slaap, sociale contacten…)
  • Leren omgaan met stress, door het versterken van de ‘copingstrategieën’, het beperken van sociale risicofactoren en het bewust worden van storende gedachten.
  • Zelfmoordrisico beperken.
  • Restsymptomen aanpakken

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

behandeling
Psychotherapie helpt patiënten en hun families om problemen op te lossen en om beter om te gaan met stress. Bij een zware depressie combineer je best met medicatie

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

meest voorkomende medicijnen 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antidepressiva
Hoe werken antidepressiva?
Dat weten we niet exact. Algemeen wordt aangenomen dat antidepressiva de werking van neurotransmitters in de hersenen beïnvloeden. Neurotransmitters zoals dopamine, serotonine en noradrenaline zijn stoffen die zorgen voor de communicatie tussen de zenuwcellen in onze hersenen.
*Belangrijk om te weten is ook dat antidepressiva niet verslavend zijn.
*Het (gunstige) effect van antidepressiva kan enige tijd op zich laten wachten, gemiddeld 4 tot 6 weken.



Je kunt de antidepressiva onderverdelen in functies

Slide 22 - Tekstslide

De klasse van medicijnen die depressieve symptomen behandelen, noemen we ‘antidepressiva’. Het zijn geen geneesmiddelen in de zin dat ze je van je depressie of van je depressieve klachten genezen. Beschouw antidepressiva eerder als een steuntje in de rug.
Serotonine
Selectieve serotonine heropnameremmers (SSRI’s) zoals citalopram, escitalopram, fluoxetine, paroxetine en sertraline. SSRI’s werken in op de serotonine balans in de hersenen. Het zijn de meestgebruikte antidepressiva.

Niet-selectieve heropnameremmers (SNRI’s)
remmen niet enkel de (her)opname van serotonine, maar ook van noradrenaline.
Voorbeelden zijn duloxetine en venlafaxine.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bupropion werkt in op noradrenaline en dopamine

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oudere medicatie

Tricyclische antidepressiva zoals amitriptyline en nortriptyline, zijn oudere medicijnen die meer bijwerkingen kunnen veroorzaken, maar nog steeds nuttig zijn voor sommige mensen die met de boven-staande antidepressiva onvoldoende geholpen zijn.
Mono-amineoxidase inhibitoren (MAO-remmers) behoren tot de oudere generatie antidepressiva. Deze worden minder frequent voorgeschreven omwille van het bijwerkingsprofiel wat enige aandacht vraagt. Zo zijn er interacties gekend met bepaalde voedingsmiddelen en andere medicatie. Ze hebben een ander werkingsmechanisme dan de eerder genoemde antidepressiva en kunnen hierdoor (uitzonderlijk) een uitkomst bieden als andere types medicatie geen uitkomst bieden.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

werking op neurotransmitters en zenuwcellen
Antidepressiva die direct inwerken op de neuroreceptoren (trazodone, mirtazapine, mianserine, agomelatonine...) gedragen zich anders dan de voorgaande groepen. Ze werken niet enkel via de neurotransmitters, maar hebben ook een rechtstreeks invloed op de zenuwcellen. Deze soort van antidepressiva wordt soms gebruikt bij specifieke klachten als slaapproblemen en/of eetlustvermindering. 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een behandelde ouderdomsdepressie kent een goede prognose: tot 70% van de oudere patiënten met een depressie behandeld met antidepressiva herstelt van een episode van depressie.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat zie je vaak 
  • Geen of minder interesse in familie, kennissen en de omgeving
  • Nergens meer plezier aan beleven
  • Het gevoel hebben niets waard te zijn of tekort te schieten
  • Moeite met in slaap vallen of doorslapen
  • Veel denken aan de dood
  • Lichamelijke klachten: droge mond, hartkloppingen of druk op de borst
  • Vergeetachtigheid


Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zou een goede behandeling/manier van omgang  zijn ? 
Mw de Wit woont sinds kort bij jullie op de woning. Ze is de laatste weken toenemend somber en heeft nergens zin meer in . Vroeger vond zij klassieke muziek fijn om naar te luisteren als zij in een moeilijke periode zat, maar nu doet dat haar niets meer. Lezen kost haar momenteel veel moeite, ze kan haar aandacht er niet bij houden.ze piekert overdag veel en kan 's nachts niet slapen. Ze vindt zichzelf saai. Ze is de laatste tijd veel afgevallen . Ze denkt dat ze kanker heeft, maar is niet door een dokter onderzocht.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Stepped Care (oud model)

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kun je beter niet doen
  • De depressieve cliënt continu aanmoedigen om flink te zijn.
  • Proberen een depressieve cliënt op een verkeerd moment op te vrolijken.
  • Gevoelens van verdriet negeren.
  • De depressieve cliënt het gevoel geven dat hij zeurt.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je nagels lakken, het lijkt een futiliteit, maar volgens de Nederlandse onderzoekster Renate Verkaik kan het depressies bij dementerenden tegen gaan. 
Naast het lakken van je nagels , zijn alledaagse dingen zoals liedjes zingen, wandelen met een begeleidster en spelletjes spelen eveneens aangewezen methoden om depressie tegen te gaan. Verzorgenden zouden zich meer moeten verdiepen in de vroegere bezigheden en hobby’s van de patiënten om zo depressies tegen te gaan.
Renate Verkaik, Depression in dementia:development and testing of a nursing guideline.Proefschrift. Utrecht: Universiteit Utrecht (2009)

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vragen?

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies