der-die-das uitleg + oefenen

Regels  
  1. Je komt rustig binnen , legt meteen je boeken op tafel en stopt met praten als de les begint!
  2. Stil werken en zachtjes praten tijdens overleg.
  3. Als je iets wilt zeggen, steek je je vinger op.
  4. De les is pas afgelopen als de bel gaat!
  5. We respecteren elkaar en we lachen met elkaar niet om elkaar!
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Regels  
  1. Je komt rustig binnen , legt meteen je boeken op tafel en stopt met praten als de les begint!
  2. Stil werken en zachtjes praten tijdens overleg.
  3. Als je iets wilt zeggen, steek je je vinger op.
  4. De les is pas afgelopen als de bel gaat!
  5. We respecteren elkaar en we lachen met elkaar niet om elkaar!

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Aan het einde van de les ken ik de lidwoorden in het Duits.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Zusammenfassung
. Dagen/maanden, jaargetijden, windrichtingen, automerken
, -ismus, -ling
. Alle getallen, namen van platen/bomen, namen van vliegtuigen/schepen.
Letters en kleuren.
, -lein, -ium, -um, -tum.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Mercedes

Slide 21 - Tekstslide

Menschen

Slide 22 - Tekstslide

Rose

Slide 23 - Tekstslide

Rot

Slide 24 - Tekstslide

Welke Duitse lidwoorden ken je?

Slide 25 - Tekstslide

"die" geeft aan dat het ... is

Slide 26 - Tekstslide

"der" geeft aan het dat ... is

Slide 27 - Tekstslide

"das" geeft aan dat het ... is

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

Slide 30 - Tekstslide

Opdracht 15 min
- De docent maakt groepjes, er is één groepsleider!
- Knip de woordkaartjes uit, leg deze op een stapel in het midden van je groep met het lidw naar beneden
- Zeg welk geslacht het znw is dat op je kaartje staat.  
- Gebruik hierbij de geslachtsregels! Zeg deze hardop! Hiermee help je een ander.
- Maak een nieuwe stapel van de woorden die je niet goed had. 

Slide 31 - Tekstslide

opdracht variant 
-Bepaal om de beurt het geslacht van het woord
-Heb je gelijk dan mag je het woordkaartje houden wie de meeste kaartjes heeft verzameld "ist Sieger".

Slide 32 - Tekstslide

Afronding
Tevreden
Ontevreden
Verrast
Geleerd
Ontdenkt

Slide 33 - Tekstslide