Les 3: Politieke partijen

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Chromebook, JdW-map, etui 

Slide 3 - Tekstslide

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.

WERK & MEDIA



Les X: Titel les
Maatschappijleer
HB3B
Les 3: Politieke partijen
Maatschappijkunde Kader 4
2024-2025
POLITIEK

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen welke rol politieke partijen spelen in de politiek (R)
  2. Je kunt het verschil tussen links en rechts uitleggen (I)
  3. Je kunt het verschil tussen progressief en conservatief uitleggen (I)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.1 Verkiezingen
Alle Nederlanders vanaf 18 jaar en ouder hebben actief en passief kiesrecht. Actief kiesrecht is het recht om te stemmen. Passief kiesrecht is het recht om je verkiesbaar te stellen. Dat betekent dat er op jou gestemd kan worden. Je kunt jezelf verkiesbaar stellen door lid te worden van een politieke partij of door er zelf een op te richten. Er bestaan in ons land verschillende soorten verkiezingen. Om de vier jaar kiezen de burgers van Nederland de nieuwe leden van de:
  • Tweede Kamer
  • Provinciale Staten
  • gemeenteraad

Daarnaast zijn er elke vijf jaar verkiezingen voor het Europees Parlement. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Actief kiesrecht:
Het recht om te mogen stemmen
Passief kiesrecht:
het recht om je verkiesbaar te stellen

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kiesstelsels
De manier waarop verkiezingen worden georganiseerd, heet een kiesstelsel. In Nederland is dat het stelsel van evenredige vertegenwoordiging: het totaal aantal stemmen wordt gedeeld door het totaal aantal zetels. 

Een andere vorm is het meerderheidsstelsel: de winnaar krijgt alle zetels. Dit zie je in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. Het land wordt in gebieden opgedeeld en elk gebied levert een bepaald aantal zetels voor het parlement. Bij verkiezingen krijgt de partij met de meeste stemmen in een gebied alle zetels van dat gebied. De andere partijen waarop is gestemd, krijgen geen enkele zetel. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Politieke partijen
Als je gaat stemmen kies je een persoon, maar die persoon hoort altijd bij een politieke partij.  Een politieke partij is een groep mensen met ongeveer dezelfde ideeën over hoe de samenleving eruit zou moeten zien. Een partij met veel stemmen krijgt veel zetels en kan dus meer van haar ideeën omzetten in wetten en regels. Wat de plannen en ideeën van politieke partijen zijn, kun je lezen in hun verkiezingsprogramma's. 



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Politieke partijen

De landelijke verkiezingen voor de Tweede Kamer krijgen de meeste aandacht. Vooral de lijsttrekkers komen vaak in beeld. Een lijsttrekker is de belangrijkste persoon van een politieke partij in verkiezingstijd. Hij of zij is het gezicht van de partij die de standpunten in de media verwoordt en op tv in debat gaat met andere lijsttrekkers. De media-optredens zijn belangrijk voor de peilingen: de voorspellingen van de verkiezingsuitslag op dat moment. 

Tot de laatste dag voor de verkiezingen proberen politieke partijen kiezers te overtuigen om op hun partij te stemmen. Dat doen ze vooral omdat er altijd zwevende kiezers zijn, mensen die niet bij elke verkiezing op dezelfde partij stemmen. Die kunnen op het laatst nog overgehaald worden. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doen politieke partijen?
Politieke partijen proberen op allerlei manieren invloed uit te oefenen op het beleid van de overheid: 

  • Mensen leveren voor politieke functies
  • Standpunten bekend maken
  • Belangen vertegenwoordigen (van organisaties en groepen in de samenleving)
  • Mensen in politieke functies beïnvloeden 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.2 Indeling partijen
Partijen zijn op verschillende manieren in te delen: 

Progressief betekent in de politiek veranderingsgezind. Iemand die progressief is, wil dingen veranderen in de samenleving. 

Conservatief betekent behoudend. Iemand die conservatief is, wil juist graag dat de situatie blijft zoals die is. 

Dit verschil heeft vaak te maken met de waarden en normen die voor iemand belangrijk zijn, of anders gezegd, met een sociaal-culturele invalshoek. Denk bijvoorbeeld aan kwesties als het homohuwelijk en euthanasie. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

3.2 Indeling partijen
Links
Midden
Rechts
De overheid zorgt voor kwetsbare mensen.
Mensen zorgen voor elkaar.
Mensen hebben een eigen verantwoordelijkheid. 
De overheid is actief op zoek hoe kwetsbare mensen geholpen kunnen worden. 
De overheid steunt de hulp aan kwetsbare mensen alleen als dat nodig is. 
De overheid is passief bij het steunen van kwetsbare mensen. Zorgt wel voor veiligheid (bijv. politie) 
SP, DENK, GroenLinks, PvdD, PvdA
D66, CDA, Christenunie
VVD, SGP, FvD, PVV

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

   Links

  • Collectief belang
  • Actieve overheid
  • Gelijkwaardigheid

Overheid zorgt voor kwetsbare mensen

SP, DENK, PvdD GroenLinks, PvdA,
   Midden

  • Terughoudende overheid
     

Mensen zorgen voor elkaar

D66, 50Plus, CDA, CU


   Rechts

  • Individueel belang
  • Passieve overheid
  • Economische vrijheid
Mensen hebben eigen verantwoordelijkheid
 
VVD, SGP, FvD, PVV

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

sociaaldemocratisch
Liberale partijen
christen-
democratisch
ecologisme
Populisme/
Nationalisme

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken


Examenkatern Politiek (Essener)
Opdracht 11 t/m 19 (blz. 36-39) 
timer
15:00

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk voor volgende keer
Invullen: begrippen en samenvatting H3

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen H3
  • Actief kiesrecht
  • Passief kiesrecht
  • Evenredige vertegenwoordiging
  • Meerderheidsstelsel
  • Politieke partij
  • Lijsttrekker
  • Peilingen
  • Zwevende kiezer
  • Progressief
  • Conservatief
  • Rechtse partijen
  • Linkse partijen
  • Middenpartijen

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies