Gebruik minstens 4 begrippen:
- 250 woorden (of meer) smartphone gedrag
- Beschrijf je dag routine met voorbeelden
- voel jij je verslaafd of niet? Leg uit waarom wel of niet!
- gebruik minstens 4 begrippen in je verhaal uit het rijtje hieronder:
FOMO, communiceren, probleem, dopamine, face-to-face, beïnvloeden, generatie, concentratievermogen, slaap, nomofobie, lichamelijke verschijnselen, geestelijke verschijnselen, ontwenningsverschijnselen, discipline.