H11.1 De bouw van een atoom

H11.1 De bouw van een atoom.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H11.1 De bouw van een atoom.

Slide 1 - Tekstslide

Na deze les kan je ...
... de elektrische lading van een atoom afleiden uit de opbouw.

... de massa van een atoom bepalen a.d.h.v. de opbouw. 

... het massagetal en het atoomnummer op de juiste manier noteren. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat zijn de 'bouwstenen' van een atoom?

Slide 3 - Open vraag

Een atoom bestaat uit proton, neutronen en elektronen. 

  • In de kern zitten protonen en neutronen.
  • Hieromheen 'cirkelen' elektronen. 

Slide 4 - Tekstslide

Elektrische lading
  • Protonen: 

  • Neutronen: Geen lading

  • Elektronen:

Een atoom is altijd neutraal.

Een atoom kan ioniseren, dan verliest het atoom een proton of elektron en wordt het dus geladen. 
+1,0e=+1,61019C
1,0e=1,61019C

Slide 5 - Tekstslide

Een atoom heeft 4 protonen, 3 neutronen en 3 elektronen. Wat is de lading?
A
1 e
B
- 1 e
C
0
D
Geen idee

Slide 6 - Quizvraag

Massa
Deze massa worden meestal uitgedrukt in u (atomaire massa eenheid) 1 u =

  • Protonen: 1,00726 u

  • Neutronen: 1,008665 u

  • Elektronen: 0,00054858 u

BiNaS tabel 7B
1,660541027kg

Slide 7 - Tekstslide

Atoomnummer en massagetal
  • Atoomnummer: Aantal protonen in de kern.
  • Massagetal: Aantal protonen + aantal neutronen. 


  • A = N + Z
A: Massagetal
N: Aantal neutronen
Z: Atoomnummer

Slide 8 - Tekstslide

Een stof heeft een massagetal van 15 en er draaien 6 elektronen om de kern. Hoeveel neutronen zitten er in de kern?
A
6
B
9
C
15
D
21

Slide 9 - Quizvraag

Notatie
X: Scheikundig symbool van atoom.

A: Massagetal (N + Z)

Z: Atoomnummer (aantal protonen)

Slide 10 - Tekstslide

Hoeveel neutronen heeft deze stof?
A
3
B
6
C
9
D
0

Slide 11 - Quizvraag

Hoeveel elektronen heeft deze stof?
A
50
B
80
C
130
D
180

Slide 12 - Quizvraag

Isotopen
  • Dit zijn atomen met hetzelfde atoomnummer, maar met een ander massagetal. 

  • Komen niet altijd voor in de natuur. 

  • BiNaS tabel 25A

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Alternatieve schrijfwijze
Isotopen worden ook wel eens alleen met het massagetal omschreven. 
H-1
H-2
H-3

Slide 15 - Tekstslide

Welk isotoop heeft de meeste protonen?

A
Zn-64
B
Zn-65
C
Zn-66
D
Maakt niet uit

Slide 16 - Quizvraag

Na deze les kan je ...
... de elektrische lading van een atoom afleiden uit de opbouw.

... de massa van een atoom bepalen a.d.h.v. de opbouw. 

... het massagetal en het atoomnummer op de juiste manier noteren. 

Slide 17 - Tekstslide

Ik heb deze doelen behaald.
010

Slide 18 - Poll

Maak opgave 1, 2, 3, 5, 6 en 8.

Slide 19 - Tekstslide