2 Havo : G - phrases-clés et parler

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Aujourd'hui, c'est le ...

Objectif: Aan het einde van de les heb je geoefend met de woordenschat van het weerbericht. En heb je geoefend met schrijfvaardigheid.

Qu'est-ce que nous allons faire aujourd'hui?

- La météo

- Schrijfvaardigheid

Leerdoelen

(1) "Ik kan de passé composé van werkwoorden op -er goed vervoegen"

(2) "Ik kan de passé composé van de werkwoorden avoir, être en faire goed vervoegen"

(3) 'Ik kan de passé composé gebruiken voor het weerbericht'

Noteer een zin in de passé composé met het weerbericht

quel temps fait-il?

Quel temps fait-il?

1. il fait froid
2. il fait chaud
3. il fait mauvais
4. il neige

Quel temps fait-il?

1. il y a de la pluie
2. il y a de la neige
3. il y a du soleil
4. il y a du vent

Quel temps fait-il?
(2 mogelijkheden, kies er 1)

1. il y a de la pluie
2. il y a de la neige
3. il y a du soleil
4. il y a du vent

Quel temps fait-il?

1. il y a des nuages
2. il y a de la pluie
3. il pleut
4. il neige

Quel temps fait-il?
WAT HOORT ER NIET BIJ?

1. il fait froid
2. il y a de la neige
3. il pleut
4. il gèle

het weerbericht

het heeft geregend

het regent

het is slecht weer

het is koud

het weer, de tijd

la méteo

le temps

Il pleut

il a plu

il fait mauvais

il fait froid

Parler de la météo!

• Maak een weerbericht voor de aankomende dagen in Nederland

• Geef minimaal drie plaatsen aan in Nederland      
• Maak gebruik van plaatjes in je weerbericht
• Stuur je weerbericht naar [e-mail]

Wat heb je onthouden van deze les?

Zijn er nog vragen??

Les devoirs 

Apprendre (leren) 

Apprendre: le vocabulaire A t/m F + Phrases G