Sales oefentoets J1 P1

Sales oefentoets J1 P1
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Marketing & CommunicatieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Sales oefentoets J1 P1

Slide 1 - Tekstslide

De pijplijn van verkoopactiviteiten waarmee met behulp van verkoopstadia wordt aangegeven wat de mate van waarschijnlijkheid is dat de order daadwerkelijk zal worden afgesloten. Over welk begrip gaat de bovenstaande omschrijving?
A
Verkoopcyclus
B
Prospect Rating
C
Sales Funnel

Slide 2 - Quizvraag

Zet de fasen uit het besluitvormingsproces in de juiste volgorde.
1. informatieverzameling
2. behoefteherkenning
3. na-aankoopprocessen
4. aankoop of niet-aankoop
5. evaluatie van alternatieven
A
1, 5, 2, 4, 3
B
1, 2, 4, 5, 3
C
2, 5, 4, 1, 3
D
2, 1, 5, 4, 3

Slide 3 - Quizvraag

De Facilitair manager bestelt normaal elke 6 weken ongeveer 6 dozen koffiebonen.
Op welk gedrag heeft dit betrekking?
A
Communicatiegedrag
B
Koopgedrag
C
Gebruiksgedrag
D
Afdankgedrag

Slide 4 - Quizvraag

Houdt de DMU zich bezig met de aankoopbeslissing of de verkoopbeslissing rondom een product?
A
Aankoopbeslissing
B
Verkoopbeslissing

Slide 5 - Quizvraag

Je bent in gesprek met de klant. Jullie hebben al diverse fases doorlopen van het verkoopproces. De klant heeft nog niet bevestigd of hij wil gaan kopen. Hij maakt de opmerking: "Wanneer kunnen jullie leveren als ik nu 'ja' zeg?"
Waarvan is hier sprake?
A
After Sales Service
B
Relatiepotentieel
C
Afsluitsignaal

Slide 6 - Quizvraag

Je bent in gesprek met een klant. Na verloop van tijd kom je probeer je zoveel mogelijk bezwaren en weerstanden die de klant opwerpt te bespreken en/of te weerleggen. In welke fase van het verkoopproces bevind je je?
A
Informatiefase
B
Transformatiefase
C
Afsluitfase
D
Openingsfase

Slide 7 - Quizvraag

Je voetbalschoenen zijn kapot, Je gaat op zoek naar nieuwe. Wat voor aankoopgedrag vertoon je?
A
Beperkt probleemoplossend aankoopgedrag (BPO)
B
Routinematig aankoopgedrag (RAG)
C
Uitgebreid probleemoplossend aankoopgedrag (UPO)

Slide 8 - Quizvraag

De aanschaf van een goed CRM-systeem heeft grote invloed op de winst van een onderneming, omdat dit een kostbaar systeem is en heel belangrijk is voor het bedrijf. Een goed CRM-systeem kan je niet zomaar over kopen en als je eenmaal met een leverancier bezig bent, kan je niet zomaar stoppen, want alle klantgegevens staan erin. Het heeft dus een groot leveringsrisico. Volgens het inkoopmodel van Kraljic is hierbij sprake van een:
A
Hefboom product
B
Routine product
C
Knelpunt product
D
Strategisch product

Slide 9 - Quizvraag

Deze persoon heeft de direct mail ontvangen en reageert, vervolgens wordt die doorgestuurd naar de Accountmanager.
Hoe noemen we deze persoon?
A
suspect
B
lead
C
prospect
D
hot prospect

Slide 10 - Quizvraag

Welk begrip hoort bij de omschrijving?
De periode tussen het eerste moment van een contact met de potentiële klant en het moment dat er een positieve uitkomst is.
A
sales funnel time
B
suspect lead time
C
sales lead time

Slide 11 - Quizvraag

In welke fase van de Salesfunnel pas je vooral LSD toe?
A
Voorbereidingsfase
B
Transformatiefase
C
Afsluitfase
D
Informatiefase

Slide 12 - Quizvraag

De manager van de kantine koopt dagelijks vers brood in.
Waarvan is hier sprake?
A
straight rebuy
B
modified rebuy
C
new task

Slide 13 - Quizvraag


Psycholoog Schoonmaker deed in de jaren 70 onderzoek naar gedrag. Daaruit is DAS gedrag ontstaan. Jij zit bij een potentiële klant aan tafel. De klant stelt veel vragen over het product, hij wil vooral veel weten van de eigenschappen en mogelijkheden het product. Wat voor gedrag vertoont de mogelijke klant?
A
Dominant gedrag
B
Afstandelijk gedrag
C
Sociaal gedrag

Slide 14 - Quizvraag


Jij wil graag contact met de inkoper van ROC Mondriaan, want je hebt gehoord dat ROC Mondriaan nieuwe laptops wil gaan aanschaffen. Jij wilt ook graag meedoen in het offertetraject. Helaas lukt het niet om in contact te komen met met de inkoper, omdat je niet voorbij een bepaald lid van de DMU kan komen. Welke persoon van de DMU houdt dat tegen?
A
Decider
B
Influencer
C
User
D
Gatekeeper

Slide 15 - Quizvraag