zelftest 1.2

Hoe heten de eerste boeren uit Zuid-Limburg?
A
Bandkeramiekers
B
Trechtbekers
C
Boeren
D
Hunebedbuwers
1 / 30
volgende
Slide 1: Quizvraag
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoe heten de eerste boeren uit Zuid-Limburg?
A
Bandkeramiekers
B
Trechtbekers
C
Boeren
D
Hunebedbuwers

Slide 1 - Quizvraag

Waar kwamen de eerste boeren vandaan?
A
Amerika
B
Midden-Oosten
C
Noord-Afrika
D
Europa

Slide 2 - Quizvraag

De eerste boeren in Nederland woonden in Zuid-Limburg
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Wanneer leefden de eerste boeren in Nederland?
A
10.000 v.C.
B
5.000 v.C.
C
15.000 v.C.
D
20.000 v.C.

Slide 4 - Quizvraag

In deze samenleving ontstaan langzaam de eerste sociale verschillen
A
Samenleving van jagers en verzamelaars
B
Samenleving van de eerste boeren
C
Eerste landbouwstedelijke samenleving

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de belangrijkste ontwikkeling uit het eerste tijdvak?
A
De overgang van jagen naar boeren
B
De overgang van verzamelen naar jagen
C
De overgang van boeren naar steden
D
De overgang van boeren naar verzamelen

Slide 6 - Quizvraag

Lees de zinnen A-D over hunebedden.
Welke 2 zinnen zijn juist?

A De eerste hunebedden werden gebouwd door jager-verzamelaars.
B Er zijn veel voorwerpen gevonden in hunebedden.
C Hunebedden werden gebruikt als familiegraf.
D Hunebedden zijn vooral in Limburg teruggevonden.

A
A en B
B
B en C
C
C en B
D
C en D

Slide 7 - Quizvraag

Waar in Nederland vinden we nog (oude) hunebedden?
A
Zeeland
B
Drenthe
C
Overijssel
D
Friesland

Slide 8 - Quizvraag

Hoe kan ik aan de afbeelding zien dat de hunebedden ná landbouwrevolutie zijn gemaakt?
A
De grote stenen kwamen hier pas tijdens de landbouwrevolutie.
B
Er woonden hier te weinig mensen om samen de hunebedden te maken.
C
Er wordt gebruik gemaakt van dieren.
D
Voor de landbouwrevolutie werden er geen mensen begraven

Slide 9 - Quizvraag

Weten we 100% zeker hoe de hunebedden gebouwd werden?
timer
0:20
A
Ja, we hebben geschreven bronnen over de bouw gevonden
B
Nee, er zijn geen bronnen gevonden over de bouw

Slide 10 - Quizvraag

We weten dat de mensen die de hunebedden hebben gemaakt geloofden in het hiernamaals omdat:
A
Ze rotsschilderingen hebben gemaakt
B
Er rondom de heuvel een krans van kleinere stenen lag
C
Ze trechterbekers maakten
D
Er grafgeschenken werden meegegeven aan de overledenen

Slide 11 - Quizvraag

Welke verandering klopt?
A
economisch: van mannen verzamelen naar mannen weven
B
politiek: van iedereen gelijk naar een soort bestuur door dorpsoudste
C
sociaal: van iedereen gelijk naar een soort bestuur door dorpsoudste
D
overige cultuur: van het bouwen van hunebedden naar het bouwen van tempels

Slide 12 - Quizvraag


Op de afbeelding zien we een goed voorbeeld van ..
A
Irrigatielandbouw
B
Landbouwstedelijke samenleving
C
Polytheïsme
D
Trechterbekercultuur

Slide 13 - Quizvraag

Zet het op de juiste volgorde
A
Landbouw > irrigatielandbouw > overschotten > schrift
B
Landbouw > irrigatielandbouw > schrift > overschotten
C
Irrigatielandbouw > schrift > overschotten > jagers
D
Jagers > irrigatielandbouw > landbouw > schrift

Slide 14 - Quizvraag

De overgang van de tijd van jagers&verzamelaars naar landbouw wordt ook wel de ... genoemd
A
Prehistorie
B
Historie
C
Landbouwrevolutie
D
Irrigatielandbouw

Slide 15 - Quizvraag

Wat was geen gevolg van irrigatielandbouw?
A
Overschotten
B
Meer uitvindingen
C
Bewaren van vlees in vazen
D
Opkomst van steden

Slide 16 - Quizvraag

De start van irrigatielandbouw in Mesopotamië dateren we ongeveer rond ...
A
3500 v.C.
B
8500 v.C.
C
5000 v.C.
D
4500 v.C.

Slide 17 - Quizvraag



Wat was wel een gevolg van de irrigatielandbouw?
A
Groeiende bevolking door meer voedsel
B
Niet iedereen hoefde meer als boer te werken
C
Er ontstaat handel
D
Er ontstaan steden

Slide 18 - Quizvraag

Welke uitleg past het best bij het begrip 'irrigatielandbouw'?
A
het wegvoeren van water
B
het indelen van akkers
C
het vruchtbaar maken van dorre gronden
D
het oogsten van gewassen

Slide 19 - Quizvraag


In de meeste stadstaten geloofde men in meedere goden. Hoe noemen we dit? 
A
Monotheïsme
B
Polytheïsme

Slide 20 - Quizvraag

Afbeelding van een Ziggurat, Mesopothamië.

Leg uit bij welk kenmerkend aspect dit beeldje het best past: Op de afbeelding zie / in de tekst lees ik ..., dat past bij ..., want ...

Slide 21 - Open vraag

De stadstaten in Soemerië worden ook wel tempeleconomieën genoemd. Leg uit dat deze benaming juist is.

  1. In het centrum van de stadstaten stond een tempel (de ziggurat).  Bij de ziggurat werd handel gedreven en het was de plaats waar een deel van de oogst als belasting werd afgedragen en weer werd uitbetaald aan bijvoorbeeld priesters en ambtenaren of aan handelaren uit andere steden.

Slide 22 - Tekstslide

Wat is polytheisme?
A
geloof waarbij mensen meerdere goden vereren
B
bestuur door een koning of keizer
C
verhalen over de griekse en romeinse goden
D
de enige toegestane godsdienst in een land

Slide 23 - Quizvraag

Hoe wordt het Oud Egyptisch schrift genoemd?
A
Spijkerschrift
B
Muurschildering
C
Mandarijn
D
Hiërogliefen

Slide 24 - Quizvraag

Hoe wordt het schrift genoemd dat zich vanaf ongeveer 2400 voor Chr. in Mesopotamië ontwikkelde?
A
Logoschrift
B
Spijkerschrift
C
Alfabet
D
Kleitabletten

Slide 25 - Quizvraag

Welk paar past niet bij een stedelijke gemeenschap rond 3000 v.Chr.?
A
Een hiërarchische opbouw van de samenleving / de aanwezigheid van een godsdienstig centrum.
B
Een niet-hiërarchische samenleving / de aanwezigheid van een godsdienstig centrum.
C
Een hiërarchische samenleving / het gebruik van het schrift.
D
Een taakverdeling in de samenleving / het gebruik van het schrift.

Slide 26 - Quizvraag

Wat was in Mesopotamië geen taak van een vorst?
A
opperrechter
B
hoofd van het bestuur
C
beheerder van de tempel / ziggurat
D
opperbevelhebber van het leger

Slide 27 - Quizvraag

Wat was in Mesopotamië de volgorde van de sociale klassen (van hoog naar laag)?
A
Koninklijke familie – boeren - priesters – ambachtslieden – slaven.
B
Priesters – koninklijke familie – ambachtslieden – slaven – boeren.
C
Koninklijke familie – priesters – ambachtslieden – boeren – slaven
D
Priesters – koninklijke familie – boeren – ambachtslieden – slaven

Slide 28 - Quizvraag

Welke functies had een tempelcomplex in Mesopotamië
A
Een religieuze functie en een politieke functie.
B
Een militaire functie en een economische functie
C
Een politieke functie en een militaire functie.
D
Een economische functie en een religieuze functie

Slide 29 - Quizvraag

In welke volgorde ontwikkelde het schrift zich?
A
Beeldtekens – klanktekens – letters.
B
Klanktekens – letters – beeldtekens.
C
Beeldtekens – letters – klanktekens.
D
Klanktekens – beeldtekens – letters.

Slide 30 - Quizvraag