Voorbeeld (fout):
Ik kan de cliënt een injectie in de spier geven
(een injectie geven is niet acceptabel, dit past niet bij wat je moet leren)
Voorbeeld (goed):
Ik kan, tijdens stageperiode 1, de verpleegkundige assisteren tijdens het geven van een injectie in de spier van de cliënt (assisteren past bij wat je moet leren)