Bijeenkomst 3 brede context

Bijeenkomst 3 Brede context

Dynamische schooldag/ koningsspelen
bewegingstussendoortjes



1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BewegingsonderwijsHBOStudiejaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Bijeenkomst 3 Brede context

Dynamische schooldag/ koningsspelen
bewegingstussendoortjes



Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Motiverende opening
tikspel met kaarten

Slide 2 - Tekstslide

Iedereen start met een kaart. 
1 x joker
x aantal plaatjes
x aantal getallen

1. Wanneer je iemand tikt, wissel je van kaart. 
2. Wanneer je iemand tikt speel je steen papier schaar. De winnaar mag kiezen om te ruilen of niet.

Doel van het spel is om een zo laag mogelijk kaart te krijgen.
Bij het signaal stopt het spel en wordt de opdracht verteld. bijv. jumping jack, knie heffen enz. 
Je voert het aantal herhalingen van de kaart uit. 
Joker is 0 herhalingen.
plaatjes 20 herhalingen
getallen = dat aantal.
Na uitvoering blijf je staan op je plek en wordt er weer gestart op teken van docent. 
Wie goed op heeft gelet weet wie een lage kaart heeft.
Joker kan ook nog de rol krijgen om de nieuwe opdracht te verzinnen.
Doelen:
  • Je doet inspiratie op voor verschillende bewegingstussendoortjes en weet hoe je deze in de klas kunt aanbieden.
  • Je bent bekend met de dynamische schooldag en kunt verschillende voorbeelden noemen om kinderen meer te laten bewegen.
  • Je leert nieuwe activiteiten die je kunt inzetten tijdens de koningsspelen/sportdag die voldoen aan de kenmerken van een krachtig (schoolplein)spel.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingstussendoortje

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koningsspelen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koningsspelen
Hoe staat het met je eigen kennis hierover?

A: Jumping Jack
B: Squat
C: Knieheffen
D: hakken/ tenen

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie is de initiatiefnemer van de Koningsspelen?
A
Het Koningshuis
B
Richard Kraijcek
C
de GGD
D
Buurtsportcoach

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer werd de eerste Koningsspelen gehouden?
A
2012
B
2013
C
2014
D
2015

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Door wie wordt de Koningsspelen georganiseerd?
A
Krajicek foundation
B
Johan Cruyff foundation
C
Beide

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer vinden de Koningsspelen traditiegetrouw plaats?
A
de laatste vrijdag voor koningsdag
B
de laatste vrijdag voor de meivakantie
C
de laatste vrijdag van april.

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het thema van de Koningsspelen in 2023?
A
Bewegen is gezond
B
Hand in hand
C
1-2 iedereen doet mee
D
voel je fit

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het centrale thema van de Koningsspelen?
A
sportstimulering
B
bewustwording
C
plezier
D
gezond eten en actief bewegen

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Draaiboek en organisatievormen
Ontwerpfase = Start draaiboek
Voorbereidende fase = Draaiboek af

Aantal organisatievormen:
  • Roulatiesysteem 
  • Uitdaagsysteem
  • Competitiesysteem
  • Poulesysteem
  • Afvalsysteem
  • Spelenkermis

Slide 14 - Tekstslide

Roulatiesysteem 
Bij dit systeem speel je met je team verschillende spelletjes. Je rouleert van spel naar spel. Daarbij kan het zijn dat je ook steeds andere tegenstanders treft als het spelen zijn die je tegen anderen speelt. Een variatie daarvan is het 

Uitdaagsysteem:
Het uitgangspunt bij een uitdaagsysteem is dat een speler of team, een andere speler of team kan uitdagen een spel te spelen. De meest bekende is het laddersysteem waar je de speler die boven of onder je op ladder staat kan uitdagen om een wedstrijd te spelen. Spelers worden nooit uitgeschakeld. Ze schuiven alleen op de ladder naar beneden of naar boven.

Competitiesysteem:
Dit kennen we allemaal van de eredivisie voetbal. Clubs spelen daar in een hele competitie 2 keer tegen elkaar in een uitwedstrijd en thuiswedstrijd. Bij een halve competitie spelen de clubs één keer tegen elkaar. Belangrijk voor competitiesystemen zijn de vastgestelde spelregels.

Poulesysteem
In een poulesysteem speel je in groepjes een halve competitie. Daarna nemen de winnaars van de subgroepjes het tegen elkaar op. Het aantal teams verdeel je in twee of meer gelijke subgroepjes. Belangrijk is de verdeling van de sterkte van de teams over de subgroepjes. Soms laat men daarom ook de nummers één en twee uit de subpoultjes tegen elkaar spelen in een kruisfinale. Zo krijg je een eerlijkere verdeling.
De keuze voor een poulesysteem zien we vaak met sporttoernooien als evenement waar teams van verschillende scholen aan deelnemen.

Afval/ Knock out systeem
Dit systeem ALLEEN is niet geschikt voor het onderwijs. We zien het vooral bij de wedstrijdsport. Wel kan het ingezet worden bij een heel groot toernooi na de poulefase. De nummers een en twee van vier verschillende poultjes worden dan in een knock-outschema gezet. Dit zien we vaak bij individuele sporten (zoals een tafeltennistoernooi).
Soms zie je dat er toch een knock-outschema wordt gebruikt in combinatie met een verliezersschema. Als je dan de eerste wedstrijd verliest kom je in het verliezersschema terecht en op deze manier speel je in ieder geval twee wedstrijden. Ook dit heeft niet onze voorkeur.

Spelenkermis
De spelenkermis is een activiteit die bestaat uit een groot aantal kortdurende en eenvoudige bewegingsactiviteiten. Denk aan hinkelen, hoepelen en ringwerpen. Oud Hollandse spelen lenen zich hier uitstekend voor. De activiteit heeft het karakter van een kermis. De kinderen kiezen (al dan niet in groepjes) willekeurig een activiteit uit. Het aantrekkelijke van zo'n kermis is dat het kortdurende afwisselende activiteiten zijn. Het zijn eenvoudige, makkelijk te organiseren activiteiten.




Intervisie
  • Wie zit er in de werkgroep van de koningsspelen op je stage?
  • Wat is jouw rol in de werkgroep tot nu toe?
  • Wat heb je al gedaan?
  • Waar loop je tegenaan?
  • Wat gaat er goed?
  • Hoe gaan de Koningsspelen eruitzien op je stage?
  •  Hoe ervaar je jouw deelname aan de werkgroep?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitvoering koningsspelen activiteiten.

Er worden 6 verschillende activiteiten voorbereid en uitgevoerd in de gymzaal (1/3 zaal).

Slide 16 - Tekstslide

Studenten gebruiken hun eigen draaiboek of het voorbeeld draaiboek.
Zij kijken hoe het draaiboek in elkaar zit.
Vervolgens worden er 6 activiteiten uitgekozen en uitgevoerd in de zaal.
Hierbij gaat het om PAD uitleg VLAP
Hoe actief is de activiteit? Valt deze binnen het thema / beleving?
Bewegingstussendoortje!

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
10 tellen in de rimboe

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiding bijeenkomst 4
- Neem een les mee naar de gymzaal die je gaat uitvoeren op je stage en waar je bewegen aan kunt/wilt toevoegen!
- lees het artikel over de dynamische schooldag
- Bereid een presentatie voor van 5 min. en vertel hierin hoe de Koningsspelen zijn verlopen en wat jou rol daarin is geweest. Denk aan rol werkgroep, voorbereiding, uitvoering dag zelf, communicatie enz. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies