Lezen H5 AR1

Pak je leesboek en ga lekker lezen!
timer
15:00
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Pak je leesboek en ga lekker lezen!
timer
15:00

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
  • Terugblik Lezen H1-4
  • Uitleg Lezen H5
  • Zelf aan de slag!



Slide 2 - Tekstslide

Voor we starten....
Noteer eerst het huiswerk in jouw Plenda.

Maandag 13 juni:
Lezen H5, opdr. 1, 2, 3 uit het boek!`

Maandag 4 juli (1500 - 1545u):
Toets Lezen H5+6





Slide 3 - Tekstslide

Doelen van deze les:
Aan het einde van de les:
  • ......

Slide 4 - Tekstslide

Welke begrippen van leesvaardigheid ken je nog?

Slide 5 - Woordweb

Korte terugblik Lezen H1-4
  • onderwerp
  • alinea
  • deelonderwerp
  • hoofdgedachte

Slide 6 - Tekstslide

Korte terugblik Lezen H1-4
  • inleiding
  • middenstuk
  • slot 

Slide 7 - Tekstslide

Korte terugblik Lezen H1-4
  • oriënterend lezen
  • globaal lezen
  • zoekend lezen
  • precies lezen

Slide 8 - Tekstslide

Korte terugblik Lezen H1-4
  • chronologisch verband
  • opsommend verband
  • tegenstellend verband
  • toelichtend verband

Slide 9 - Tekstslide

Tekstverbanden geven verbanden aan tussen ....
A
teksten
B
woorden
C
woorden, zinnen
D
woorden, zinnen, alinea's

Slide 10 - Quizvraag

Chronologisch 
verband
Opsommend 
verband
Tegenstellend
verband
Toelichtend verband
Sleep het signaalwoord
naar het juiste tekstverband
Eerst
Bovendien
Maar
Bijvoorbeeld

Slide 11 - Sleepvraag

 H5 Lezen

De schrijver wil met zijn tekst iets bereiken: hij heeft een doel met zijn tekst. Er zijn vier tekstdoelen:
  1. amuseren 
  2. informeren
  3. overtuigen
  4. activeren

Slide 12 - Tekstslide

 H4 Lezen

Amuseren: de schrijver wil dat de lezer zich bij het lezen van het verhaal vermaakt.
Voorbeeld: een strip, een cartoon, etc.

Informeren: de schrijver wil dat de lezer iets te weten komt bij het lezen van het verhaal. Hij geeft (nieuwe) informatie in zijn verhaal. 
Voorbeeld: een instructie, een gebruiksaanwijzing, een nieuwsbericht, een studieboek, etc. 

Slide 13 - Tekstslide

 H5 lezen

Overtuigen: de schrijver wil dat je door het lezen van de tekst zijn mening overneemt. 
Voorbeeld: een betoog, een recensie, etc.

Activeren: de schrijver wil dat je iets wel of niet gaat doen. Hij wil dat je in actie komt of juist niet. 
Voorbeeld: een reclamefolder, een advertentie, een uitnodiging, etc.

Slide 14 - Tekstslide

 H5 lezen


Als je wilt bepalen wat het tekstdoel is, dan moet je vaststellen wat het belangrijkste is wat de schrijver met zijn tekst wil bereiken. 

Slide 15 - Tekstslide

Sleep het juiste tekstdoel naar het juiste plaatje.

Informeren
Amuseren

Activeren
Overtuigen

Slide 16 - Sleepvraag


Tekstdoel?
A
Informeren
B
Amuseren
C
Activeren
D
Overtuigen

Slide 17 - Quizvraag


Tekstdoel?
A
Informeren
B
Amuseren
C
Activeren
D
Overtuigen

Slide 18 - Quizvraag

Welke tekstsoort hoort bij welk tekstdoel?
timer
1:00
Activeren
Amuseren
Overtuigen
Informeren

Slide 19 - Sleepvraag

Welke vier tekstdoelen zijn er?

Slide 20 - Woordweb

Ik kan tekstdoelen herkennen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Huiswerk
2 februari:
H4 lezen af

9 februari:
H5 Lezen af

Slide 22 - Tekstslide