5.4 De invloed van media

Hoofdstuk 5 Media 
5.4 De invloed van de media
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 5 Media 
5.4 De invloed van de media

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
 Uitleg 5.4
Zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen


  • Je kan uitleggen dat vrijheid van meningsuiting belangrijk is in een democratie
  • Je kent de maatschappelijke functie van de media
  • Je kan uitleggen hoe media bijdragen aan beeldvorming


Slide 3 - Tekstslide

Maak aantekeningen
Maak aantekeningen

Slide 4 - Tekstslide

Vrijheid van meningsuiting
Persvrijheid > De vrijheid van journalisten om ongehinderd berichten te kunnen schrijven en publiceren. Er zijn ook landen waar journalisten te maken hebben met censuur.

Censuur >het expres weglaten van of veranderen van informatie.  Censuur komt vaak voor in dictaturen of in landen waar geen vrijheid van meningsuiting is. Het is bedoeld om de mening van de mensen te beïnvloeden.

In onvrije landen worden mensen geïndoctrineerd. Er wordt hen een mening of idee opgedrongen




Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Vrijheid van meningsuiting
Persvrijheid is onderdeel van de vrijheid van meningsuiting. Iedereen mag op televisie en radio en internet zijn mening geven.

Maar er zijn wel regels voor deze vrijheid bij het gebruik van media:
  1. Je mag niet discrimineren.
  2. Je mag niet beledigen.
  3. Je mag niet opzettelijk liegen.
  4. Je mag geen haatzaaien.

Doe je dat wel dan kán de publicatie of uitzending verboden worden. De rechter bepaalt dit meestal. Dit is dus anders dan censuur waar dit vooraf bepaald wordt


Slide 7 - Tekstslide

Maatschappelijke functie van de media
 
1. Informatieve functie 
2. Controle- of waakhondfunctie 
3. Socialiserende functie

Slide 8 - Tekstslide

Maatschappelijke functie van de media
Betrouwbare media zijn belangrijk voor de samenleving om de democratie goed te laten werken.  Dit heet de maatschappelijke functie van de media

Die bestaat uit drie delen:
1. Informatieve functie > we worden geïnformeerd over wat er in de samenleving gebeurt  (vrije informatie).
2. Controle- of waakhondfunctie > de media kijken of politici hun werk wel goed doen. Of ministers bijvoorbeeld beloftes wel nakomen en zich aan de wet houden
3. Socialiserende functie > via de media komen we in contact met allerlei waarden en normen binnen de samenleving. Ze kunnen sociale cohesie versterken.

Slide 9 - Tekstslide

Beeldvorming


De media zorgen er voortdurend voor dat je op een bepaalde manier naar een situatie kijkt >  dit zorgt voor beeldvorming.

Beeldvorming > Je vormt je steeds een beeld van iets, iemand of een situatie.

Dit hoeft niet altijd de waarheid te zijn. Informatie is betrouwbaarder als deze zo compleet mogelijk is.


Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Selectieve waarneming
Als je informatie krijgt, geloof je dat sneller als het overeenkomt met het beeld dat je al had over dat onderwerp. Je kiest bewust én onbewust wat je wilt zien en horen, dit is selectieve waarneming.

Veel mensen kiezen voor media die informatie geven die vaak goed past bij de beeldvorming die je al had.


--> Voorbeeld volgende slide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Selectieve waarnemingen
Door de media maar ook door jouw beeld...

Slide 15 - Tekstslide

Filterbubbel

  • Een zoekmachine en sociale media zorgen ervoor dat je informatie krijgt die speciaal voor jou interessant is, maar je ook sneller in je eigen mening bevestigt.
  • Zo ontstaat een filterbubbel om je heen die het lastiger maakt om andere meningen te horen en lezen.

Slide 16 - Tekstslide

Er komen 5 vragen aan... 
Ter controle en afsluiting.... 

Slide 17 - Tekstslide

Waar zouden journalisten hun informatie NIET vandaan halen?
A
Zij zoeken zelf naar nieuws (interviews, tips, politieberichten, social media enzovoort)
B
Persbureaus (bedrijven waar journalisten nieuws verzamelen)
C
Zij verzinnen zelf iets en publiceren dit direct op internet of in de krant
D
Personen en organisaties (tweets, tv uitzendingen)

Slide 18 - Quizvraag

Als ik een wedstrijd van het Nederlands elftal op televisie kijk voel ik me echt een ''Nederlander''
A
Dit hoort bij de informatieve functie
B
Dit hoort bij de controle- waakhondfunctie
C
Dit hoort bij de socialiserende functie

Slide 19 - Quizvraag

Het is goed dat de media onderzoekt of er fouten zijn gemaakt! Ze noemen het de toeslagenaffaire.
A
Dit hoort bij de informatieve functie
B
Dit hoort bij de controle- waakhondfunctie
C
Dit hoort bij de socialiserende functie

Slide 20 - Quizvraag

Als Max Verstappen een race van F1 wint dan ben ik trots op het feit dat een Nederlander dit bereikt!
A
Dit hoort bij de informatieve functie
B
Dit hoort bij de controle- waakhondfunctie
C
Dit hoort bij de socialiserende functie

Slide 21 - Quizvraag

Het is fijn dat het politieke debat werd uitgezonden. Nu weet ik de standpunten van alle partijen en kan ik een verstandig besluit nemen bij het stemmen.
A
Dit hoort bij de informatieve functie
B
Dit hoort bij de controle- waakhondfunctie
C
Dit hoort bij de socialiserende functie

Slide 22 - Quizvraag

Zelfwerktijd PO 
Deadline 31 maart! 

Je kan er nu al aan beginnen! 

Slide 23 - Tekstslide