2V - Schrijfvaardigheid

2Hd
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

2Hd

Slide 1 - Tekstslide

2V
Schrijfvaardigheid - ESSAYS

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een essay?
Een essay lijkt een beetje op een betoog.
Je geeft bij beide je mening over een onderwerp. In een essay laat je je gedachten de vrije loop, maar zorgt toch ook voor een mooie tekst met samenhang en structuur. 

Een ander woord voor essay is: Beschouwing. 
‘Iets beschouwen’ betekent letterlijk: iets bekijken, van verschillende kanten of met een open blik. Je denkt er dus al schrijvende een beetje over na.

Een essay of beschouwing bevat dus informatie en feiten, maar mag ook best jouw eigen mening bevatten, als je maar zorgt dat de lezer duidelijk zelf een mening mag vormen. Je hoeft hem/haar niet te overtuigen, maar noemt jouw mening als voorbeeld, ter info. Wie weet heeft iemand er wat aan.
Een essay kun je ook ‘voor jezelf’ schrijven, om je eigen gedachten op een rijtje te zetten. Een dagboek is dus eigenlijk ook een beetje een essayverzameling



Slide 3 - Tekstslide

Betoog vs. essay
In een betoog is de schrijver VOOR of TEGEN en wil diegene de lezer overtuigen via argumenten.

In een essay geeft de schrijver de lezer zijn/haar persoonlijke gedachten over een onderwerp, maar zodat de lezer zelf kan nadenken over wat die ervan vindt. Het doel is dus niet overtuigen, maar beschouwen: zelf nadenken en een eigen mening vormen. Een doel van een essay kan ook zijn dat de schrijver zelf eens nadenkt over een onderwerp, terwijl hij/zij aan het schrijven is.


Slide 4 - Tekstslide

VOORBEELD
Als iemand een tekst schrijft over: ‘Waarom moet vuurwerk verboden worden?’ wil diegene je overtuigen. Dat is een betoog.

Als iemand een tekst schrijft over: ‘De voor- en nadelen van een vuurwerkverbod’ wil diegene dat je informatie krijgt om als lezer zelf een mening te vormen. Zowel het doel van die tekst als de hoofdgedachte is anders dan bij een betoog.



Slide 5 - Tekstslide

NOG MEER VOORBEELDEN...
‘Waarom zouden scholen om half 9 kunnen beginnen in plaats van om half 10?’
‘Wat is een bucketlist en wat kan hierop staan?’
‘Wat zijn de belangrijke dingen in het leven?’
‘Wat doen de coronamaatregelen met onze maatschappij?’
‘Wat betekent gelukkig zijn?’
‘Hoe kan ik voorkomen dat mijn planning in de soep loopt voor de toetsweek?’
'Wat is er gebeurd met Navalny?'



Slide 6 - Tekstslide

Beoordeling
Taalgebruik en spelling: zitten er geen fouten in?

Zinsbouw en woordkeuze: gebruik je mooie taal of ga je voor kinderlijke taal? En gebruik je de woorden juist?

Samenhang en structuur: is het goed te volgen en zijn overgangen logisch (door signaalwoorden)?

Inhoud: slaat het ergens op wat je zegt? Zeg je interessante dingen en heb je er echt over nagedacht?

Randvoorwaarden: titel, inleiding, slot, verdeeld in meerdere alinea’s?



Slide 7 - Tekstslide

EINDOPDRACHT
- Je gaat een essay schrijven in iedere les Nederlands die de komende 2,5 week volgt. In totaal zijn dit er 4. Je schrijft ze compleet in de les, niet thuis. 

- Na afloop van deze les selecteer je jouw 2 beste essays en deze ga je uittypen. 

- Elk essay staat op een nieuwe pagina en je maakt een voorblad met je naam en klas erop. - Check spelling, taal, structuur, titels, duidelijkheid nog even goed en verbeter waar nodig!

- Lever dit bestand in op Magister ELO Opdrachten – Essays Nederlands. Lever ook de geschreven essays weer in bij je docent. Let op: je mag dus niet compleet andere teksten inleveren dan de geschreven versie, maar foutjes eruit halen mag wel!

weging 10



Slide 8 - Tekstslide

Stappenplan


Stap 1: voorbereiden. Denk even na over het onderwerp (zelf) of klets er met iemand over (in een twee- of drietal).

Stap 2: einde voor ogen. Bedenk waar je uiteindelijk naar toe wil werken, dus eigenlijk begin je met het slot (in je hoofd).

Stap 3: begin met schrijven. Het is niet erg als je verderop ineens denkt: ik verander het begin even helemaal. Het is ook niet erg als je op een ander slot/eindpunt uitkomt, dan je vooraf had bedacht. Laat je gedachten de vrije loop.

TIP: Houd tijdens het schrijven vooral de structuur in de gaten, door regelmatig signaalwoorden te gebruiken! Voorbeelden: Ook, bovendien, daarnaast, verder, ten eerste, ten tweede, maar, daarentegen, toch, hoewel, kortom, dus, aan de ene kant/aan de andere kant, etc.



Slide 9 - Tekstslide

Essayopdracht 1
Onderwerp:
Wat school je eigenlijk zou moeten leren...
(minimum: 200 woorden - 3 alinea's)

Bekijk het stappenplan en ga aan de slag met essay 1.
Tijd over of geen inspiratie? Kijk eens naar (een stukje van) dit filmpje:
https://www.youtube.com/watch?v=_PsLRgEYf9E (Prince EA – what school is for)

Slide 10 - Tekstslide

Feedbackopdracht
1. Lees essay 1 van een klasgenoot. 

2. Verbeter spelling en onderstreep aandachtspunten in formulering/zinsbouw. 

3. Geef in een andere kleur, onderaan het essay tips en tops. Kijk naar de volgende eisen:
- pakkende inleiding
- middenstuk met minimaal 2 verschillende kanten van/meningen over het onderwerp. 
- passend slot
- eigen mening is niet van belang

Slide 11 - Tekstslide

Essayopdracht 2
Onderwerp:
De voor- en nadelen van het telefoonverbod op school.
(minimum: 200 woorden - 3 alinea's)

Bekijk het stappenplan en ga aan de slag met essay 2.
timer
20:00

Slide 12 - Tekstslide

Feedbackopdracht
1. Lees essay 2 van een klasgenoot. 

2. Verbeter spelling en onderstreep aandachtspunten in formulering/zinsbouw. 

3. Geef in een andere kleur, onderaan het essay tips en tops. Kijk naar de volgende eisen:
- pakkende inleiding
- middenstuk met minimaal 2 verschillende kanten van/meningen over het onderwerp. 
- passend slot
- mening van de schrijver mag niet opvallen
timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Essayopdracht 3
Onderwerp:
Een zelfgekozen actueel nieuwsonderwerp.
LET OP: Je moet dit van verschillende kanten kunnen belichten en niet alleen kunnen beschrijven. 
(minimum: 200 woorden - 3 alinea's)

Bekijk het stappenplan en ga aan de slag met essay 3. 

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht
1. Kies een thema/onderwerp. Let erop dat je meerdere kanten kunt belichten. Het helpt als je zelf (nog geen) uitgesproken mening hebben. 

2. Ga naar www.Nexisuni.com

3. Zoek over jouw actuele onderwerp 1 artikel. 
- Let hierbij op de betrouwbaarheid van de bron, de schrijver en de datum. 
- Het artikel heeft minimaal 800 woorden. 

4. Print deze uit. Markeer de informatie die je wil gebruiken in je essay. 

Slide 15 - Tekstslide

Vervolgopdracht
1. Zoek op eenzelfde manier nog 2 artikelen over hetzelfde thema/onderwerp. Zorg dat je uiteindelijk in in totaal het volgende hebt:

- 1 artikel waarin één kant of perspectief wordt belicht
- 1 artikel vanuit een andere kant/perspectief/oogpunt
- 1 artikel met feitelijke informatie over het onderwerp. 

2. Print deze uit. Markeer de informatie die je wil gebruiken in je essay. 

Slide 16 - Tekstslide

Essayopdracht 4
Onderwerp:
Adviezen voor nieuwe brugklassers
(minimum: 200 woorden - 3 alinea's)

Bekijk het stappenplan en ga aan de slag met essay 4. 

Slide 17 - Tekstslide

Overzicht essays
1. Wat school je eigenlijk zou moeten leren...
2. De voor- en nadelen van een telefoonverbod op school.
3. Een zelfgekozen actueel nieuwsonderwerp. 
4. Adviezen voor nieuwe brugklassers.

(minimum: 200 woorden - 3 alinea's)
 

Slide 18 - Tekstslide