In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Hoofdstuk 4
Kracht en beweging
Slide 1 - Tekstslide
Hoofdstuk 4
Kracht en beweging Par. 4.1 Voortstuwen en tegenwerken
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt beschrijven waarvan de luchtweerstandskracht en de rolweerstandskracht afhankelijk zijn.
Je kunt de resultante op een voorwerp afleiden.
Je kunt de twee gevolgen van een resultante op een voorwerp benoemen.
Je kunt verklaren welke beweging een voorwerp zal maken als je de resultante kent (eerste wet van Newton)
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
04:41
Noteer hier je antwoord op de vraag
Slide 5 - Open vraag
10:15
Hoe groot is de voortstuwende kracht?
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Video
Resulterende kracht en beweging
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Op een fiets werkt een constante resulterende kracht in de bewegingsrichting. Wat voor soort beweging maakt deze fiets?
A
Een eenparige beweging
B
Een eenparig versnelde beweging
C
Een eenparig vertraagde beweging
D
Een constante beweging
Slide 10 - Quizvraag
Op een fiets werkt een constante resulterende kracht tegen de bewegingsrichting in. Wat voor soort beweging maakt deze fiets?
A
Een eenparige beweging
B
Een eenparig versnelde beweging
C
Een eenparig vertraagde beweging
D
Een constante beweging
Slide 11 - Quizvraag
Op een fiets werken meerdere krachten. De kracht in de bewegingsrichting blijkt 400 N te zijn. De snelheid van de fiets is constant. Hoe groot is de resultante van de tegenwerkende krachten op deze fiets?
A
400 N
B
0 N
C
200 N
D
Dat kun je met deze gegevens niet zeggen
Slide 12 - Quizvraag
Op een liftkooi werken twee krachten: de zwaartekracht (Fz) en de spankracht in de kabel (Fs). Vergelijk de grootte van Fz met de grootte van Fs in de volgende situaties. De lift beweegt omhoog en versnelt.