Oppervlakte van ruimtefiguren

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Deze les

• Korte herhaling cirkels
• Opdracht 53 en 55
• Oppervlakte ruimtefiguren (3.5)

straal

middelpunt

diameter

Welke berekening voor de oppervlakte van de cirkel is juist?

1. oppervlakte = π x 3
2. oppervlakte = π x 3 x 3
3. oppervlakte = π x 6
4. oppervlakte = π x 6 x 6

Welke berekening voor de omtrek van de cirkel is juist?

1. omtrek = π x 10
2. omtrek = π x 5
3. omtrek = π x 5 x 5
4. omtrek = π x 10 x 10

a. Opp cirkel = π x straal x straal

Straal = 700 : 2 = 350 m

Dus opp. meer = π x 350 x 350 = 384845,10006.. m²

b.

384845,10006.. m² = 3848,4510006.. dam² = 38,484510006.. hm² = 38,5 ha

a. Diameter = 2,60

Straal = 1,30

b. Opp. kleed = π x 1,3 x 1,3 = 5,306... = 5,3 m²

c. Omtrek kleed = π x 2,6 = 8,16814... cm = 816,814 m = 817 m

Filmpje

Welke vorm hebben de vlakken van een balk?

1. Vierkant
2. Rechthoek
3. Balk
4. Kubus

Hoeveel vlakken heeft een balk?

1. 4
2. 5
3. 6
4. 8

Deze kubus heeft ribben van 3 cm.
Wat is de oppervlakte van een zijvlak?

1. 3 x 3 = 9 cm²
2. 3 x 3 x 3 = 27 cm²
3. 3 + 3 = 6 cm²
4. 3 x 3 x 6 = 54 cm²

Wat is de totale oppervlakte van deze kubus?

Aan de slag

Maak 58 t/m 62 nu

Huiswerk voor donderdag: heel paragraaf 3.5