gt 4e dagbesteding deel d wo

Mevrouw Jacobsen gebruikt incontinentiemateriaal. Je ziet dat er een ongelukje is gebeurd. Wat is een ongelukje?

A
Mevrouw Jacobsen heeft zich bezeerd.
B
Het incontinentiemateriaal heeft gelekt.
C
Het bed van mevrouw Jacobsen is stukgegaan.
D
Mevrouw Jacobsen heeft het verkeerde incontinentiemateriaal gebruikt
1 / 17
volgende
Slide 1: Quizvraag
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Mevrouw Jacobsen gebruikt incontinentiemateriaal. Je ziet dat er een ongelukje is gebeurd. Wat is een ongelukje?

A
Mevrouw Jacobsen heeft zich bezeerd.
B
Het incontinentiemateriaal heeft gelekt.
C
Het bed van mevrouw Jacobsen is stukgegaan.
D
Mevrouw Jacobsen heeft het verkeerde incontinentiemateriaal gebruikt

Slide 1 - Quizvraag

Osteoporose is...
A
Chronische longziekte
B
Pijnlijke en rode gewrichten, vaak ook met ontstekingen.
C
Ontkalking van de botten, komt vaak voor bij vrouwen na de overgang.
D
Ontstekingen aan gewrichten.

Slide 2 - Quizvraag

Rachid heeft diabetes.

Wat is een ander woord voor diabetes?

A
griep
B
blaasontsteking
C
nierziekte
D
suikerziekte

Slide 3 - Quizvraag

Kenmerkend voor de Ziekte van Parkinson is
A
Trillingen, voorovergebogen lopen met schuifelende pasjes
B
Vaak knipperen met de ogen
C
Geen reukvermogen meer hebben
D
Heel snel lopen, spieren doen wat ze willen

Slide 4 - Quizvraag

Welke symptomen horen bij artrose?
A
Ontsteking van de gewrichten en pijn bij het bewegen
B
Ontsteking van de gewrichten en trillende ledematen
C
Zwelling van de gewrichten en schuifelend lopen
D
Zwelling van de gewrichten en trillende ledematen

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een technologisch hulpmiddel
A
Een deurbel
B
Een laptop.
C
Een zorg robot

Slide 6 - Quizvraag

Een rubberen tegel bij een oversteekplaats is een hulpmiddel voor
A
Auditieve beperking
B
sociale beperking
C
Motorische beperking
D
Visuele beperking

Slide 7 - Quizvraag

Dit hulpmiddel valt onder de categorie:
A
huishouden
B
verzorging
C
communicatie
D
bewegen

Slide 8 - Quizvraag

ADL hulpmiddelen zijn er om?
A
Kwaliteit van leven te geven
B
Afhankelijkheid te stimuleren
C
Zorgen voor minder belasting van de rug
D
Zorgen dat er minder mensen in de zorg nodig zijn

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een ambulant begeleider?
A
Begeleider die naar jongeren toe gaat.
B
Begeleider in de zorg
C
Begeleider in kamers onderhouden

Slide 10 - Quizvraag

wat is geen signaal wat wijst op dementie?
A
onrust
B
verandering in gedrag en karakter
C
slecht beoordelingsvermogen
D
Hoofdpijn

Slide 11 - Quizvraag

Wanneer kom je weer naar het sportcentrum?
Open of gesloten?
A
Open
B
Gesloten

Slide 12 - Quizvraag

Wat is objectief rapporteren?
A
Een verslag waarin een mening is meegenomen.
B
Een objectief verslag met alleen feitelijke informatie.

Slide 13 - Quizvraag

Is de volgende zin objectief of subjectief: ‘Martijn was vandaag lastig en vervelend, hij wilde niet eten en slapen en huilde de hele dag’
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 14 - Quizvraag


Wat gebeurt er in de hersenen van iemand met de ziekte van Alzheimer?
A
De hersencellen krijgen niet genoeg zuurstof
B
De hersencellen stoppen met functioneren en sterven af
C
De verbindingen tussen de hersencellen werken niet meer
D
Er worden teveel hersencellen aangemaakt

Slide 15 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van Empathie?
A
Boodschappen doen voor de oude buurman
B
Je niet kunnen inleven in een ander.
C
Luisteren en begrip tonen naar iemand die net z'n partner is verloren.
D
Tijdens een voetbalwedstrijd woorden naar de scheidsrechter roepen.

Slide 16 - Quizvraag

In Nederland is er steeds meer vergrijzing. Wat betekent dit
A
Nederland raakt overbevolkt
B
Er zijn steeds meer mensen met grijze haren
C
De jongeren zorgen voor de ouderen
D
Mensen in Nederland worden steeds ouder

Slide 17 - Quizvraag