4V P3_1 verbes irréguliers

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

4V P3_1 verbes irréguliers

FAIRE - LIRE - METTRE - PARTIR - POUVOIR

PRENDRE - SAVOIR - SORTIR - TENIR

VENIR - VIVRE - VOIR - VOULOIR

LEER de ww’en / GEBRUIK de schema’s of je boek

il lisait

il lirait

j’ai pris

tu voyais

je ferai

je veux

vous pouviez

elle prenait

j’ai fait

il a vu

je pars

vous pouvez

ik wil

jullie kunnen

zij nam

ik vertrek

hij las

hij zou lezen

jullie konden

ik heb genomen

ik heb gedaan

ik zal doen

hij heeft gezien

jij zag

ik heb de bus genomen

1. j’ai pris le bus
2. je prenais le bus
3. je prends le bus
4. j’avais pris le bus

hij zou willen

1. il voulait
2. il voudra
3. il voudrait
4. il veux

ik heb gezien

1. j’ai vécu
2. j’ai vu
3. j’ai voulu
4. je suis venu

j’ai vécu

1. ik heb geleefd
2. ik heb gezien
3. ik heb gewild
4. ik ben gekomen

hij is vertrokken naar het feest

ik zal het boek lezen

wij hebben niet gekund gaan
(in mooier Nederlands: “wij konden niet gaan”)

ik neem de trein

Au travail !

- oefen 10 minuten met de werkwoorden op verbuga.eu

- maak pagina 21 (af) in je map

- vul vocalijsten p.79-80 aan in je map